Tijd voor een positief bericht over Femke Merel van Kooten. Het is gemakkelijk om haar negatief neer te zetten: ooit begon ze bij de Partij voor de Dieren, splitste zich af, werd lid van 50Plus, begon met Henk Krol de Partij voor de Toekomst en liep daar ook weer weg. Van Kooten is erg druk geweest met al haar partijaffiliaties, maar toch heeft ze zich ontwikkeld tot een prima Kamerlid. Van Kooten levert serieuze inhoudelijke oppositie en dat kun je van veel van haar collega’s niet zeggen. En zo komt de vraag op hoe het verder moet na de verkiezingen van maart.
Het probleem van afsplitsers is dat ze niet herkozen kunnen worden en dus een eigen partij nodig hebben. En dus introduceerde Van Kooten haar partij Splinter. De ambitie klinkt goed: ‘Splinter wil het groene, progressieve, liberale, sociaaldemocratische geluid zijn dat nu zo gemist wordt’. Er is maar één probleem: deze ambitie slaat nergens op. Natuurlijk kun je ontevreden zijn over bestaande partijen, maar groene geluiden zijn er al en progressieve en liberale ook. Deze algemene idealen passen prima bij partijen als PvdA, GroenLinks en PvdD. Allemaal tegen polarisatie en voor verbinding, net als Splinter.
En dus staat er op de website een ongelofelijk lange tekst met standpunten die allemaal ook elders te vinden zijn. We lezen dat Splinter een bindend correctief referendum wil, preventie in de zorg, geen eigen risico meer, klimaatbeleid, dierenwelzijn, een breder welvaartsbegrip dan alleen inkomen, schijnzelfstandigheid van ZZP’ers tegengaan, meer aandacht voor het MKB, de wijkagent terug, duurzame kringlooplandbouw, een duurzaam voedselsysteem, meer aandacht voor mensenrechten, een groenere leefomgeving, aandacht voor cultuur, emancipatie en een heleboel ideeën over onderwijs.
Waar Splinter voor staat is daarmee heel transparant, maar niemand gaat deze standpunten lezen aangezien de kans minimaal is dat deze partij überhaupt een zetel gaat halen. En zelfs als Splinter die zetel haalt, kun je je afvragen wat de relevantie van al deze standpunten is: Van Kooten zal meestal simpelweg meestemmen volgens de lijnen van andere progressieve partijen. Er is weinig reden aan te nemen dat Van Kooten bijvoorbeeld erg zal afwijken van de dierenpartij, behalve dat ze zich ook op niet-dierenthema’s wil richten. Wat dat betreft had Van Kooten het allemaal wel wat korter kunnen houden.
Splinter schrijft de politiek te willen vernieuwen, maar de uitvoering ervan is halfslachtig. Van Kooten heeft laten zien dat ze als eenling serieuze oppositie kan leveren en de vraag is dus waarom dat niet haar belangrijkste boodschap is. Splinter moet van Van Kooten kennelijk lijken op een partij, met leden en een bestuur en een heel lang ‘concept’ programma, waar allerlei mensen nog een plasje over moeten doen. Vreemd, want juist Van Kooten heeft laten zien dat dit allemaal niet nodig is: een effectieve eenling in de Kamer is ook van waarde. Volgens velen is versplintering slecht, maar Van Kooten stelt terecht dat je het ook kunt zien als iets positiefs voor zowel burger als democratie.
Het idee dat je een individuele politicus kiest en geen partij had heel vernieuwend kunnen zijn. De kandidatenlijst van Splinter zou dan uit een of meerdere individuele kandidaten bestaan die als persoon op hun eigen merites gekozen willen worden. Dit past bij veel passages in het programma van Splinter: het gaat alleen om resultaten, niet om proefballonnetjes, inhoudsloze moties, vriendjespolitiek of baantjesjagen. Splinter zal doorvragen, transparant zijn over de omgang met lobbyisten en focussen op gedegen wetgeving, doordachte plannen en constructieve samenwerking met andere partijen.
Het programma refereert op deze manier aan een eenvrouwspartij: ‘een Splinter is onafhankelijk’ staat er. Een Splinter stemt nadrukkelijk ‘zonder last’. Dat klinkt prachtig: een individueel Kamerlid vraagt vertrouwen aan de kiezer en zal vervolgens op basis van inhoud en discussie tot een onafhankelijk en beargumenteerd oordeel komen. Er is een digitale fractiekamer ingericht waarvoor je je kunt aanmelden. Daar kun je input geven en zo wordt het verkiezingsprogramma ‘een interactief document’. Inzichten kunnen door discussie en actuele ontwikkelingen veranderen en dat wordt vervolgens transparant gemaakt.
Een mooi initiatief dus, behalve dan dat Van Kooten zich heeft laten verleiden niet all the way voor deze politieke vernieuwing te gaan, maar haar initiatief verpakt in de vorm van een traditionele partij met een ellenlang programma wat vooral maskeert wat Splinter is – een eenling – en wat Van Kooten echt gaat doen: haar eigen prioriteiten stellen. Immers: ze kan als Splinter nooit op alle thema’s uit het programma het verschil maken. Een Splinter moet wel prioriteiten stellen, daarover in conclaaf gaan met de achterban en kan kiezers trekken die extra aandacht willen voor deze specifieke prioriteiten.
Als de prioriteiten van Splinter transparant zouden zijn, zou dat kiezers kunnen overhalen om achter die doelen te gaan staan. Het zou een mooi en concreet alternatief kunnen zijn in een tijd waarin alle partijen op elkaar lijken. Maar in plaats daarvan schrijft Van Kooten een programma waarmee ze opvallend veel op de partijen lijkt waartegen ze zich afzet.