Als voetbal u lief is, als de sport uw leven is, dan gaat u hart sneller kloppen elke keer dat u langs een leeg voetbalveld loopt. U vraagt zich misschien af: komt het ooit nog terug? Is dit terecht? Het antwoord op beide vragen is: nee.
En hoe langer wij onze koppen in het zand steken, hoe minder reëel het is dat de bruine kantines, waar je al je duivelse gal zonder repressailles van ander politiek correct volk om je heen kon spuwen, nooit meer terug zullen komen. Nooit meer. Niet perse omdat het straks niet meer kan, maar omdat we tegen die tijd vergeten zijn hoe dat ook alweer moest, omdat we vergeten zijn dat het kon, omdat het nieuwe normaal, normaal is geworden.
Zoals wij weten is het nieuwe normaal niet gezellig. Af en toe een wedstrijdje zonder publiek, zonder voor de wedstrijd in de gangen alvast de tegenstander – maar ook tegelijk je broeder, die ook gekozen heeft voor zo’n treurige zondagochtend op een grasveldje – in de ogen kan kijken.
Niet meer frauderen met spelerspasjes, omdat alles via de app gaat. Uiteraard is dat goed voor de eerlijkheid van het spel, maar we kennen allemaal de charme van een grensrechter die pikt voor zijn eigen elftal en daarna rijkelijk beloont wordt met een kratje bier. Met de tegenstander die na de wedstrijd diezelfde grensrechter tegenkomt in de bruine kantine en ook een biertje in zijn handen krijgt gedrukt als goedmakertje van het pikmomentje. Over die charme heb ik het.
Straks zitten we met een testsamenleving waar je eerst getest wordt voordat je mag voetballen. Allemaal via de app te controleren. In het nieuwe normaal is het niet meer mogelijk dat als Jantje ziek is je even het autistische broertje van je teamgenoot laat invallen op Jantjes naam, want nee, op de app staat dat Jantje positief is getest. Een test die bepaalt of jij ziek bent, een onbetrouwbare PCR-test.
En ik hoop dat wij, beginnend in Den Haag, onze ballen nog hebben en 17 januari als de horeca opengaat ook met de kantines en haar kratten bier de deuren openen. Want er zijn twee mooie plekken die bepalen wat we doen in Den Haag: het Binnenhof, maar ook de Haagse Bluf.
Natuurlijk heb je ook voetballers die wél achter deze maatregelen staan. Wat moeten we met hen? Trainers zeiden vroeger altijd tegen voetballers: “Als je geen zin hebt om te rennen, dan blijf je maar thuis!”.
Ik hoop dat de trainers vanaf nu zullen zeggen: “Als je bang bent om een balletje te trappen, dan blijf je maar thuis.”
Dat is voor mij het nieuwe normaal.