De Nederlandse kiezer hoopt dat de nieuwe toekomstige regering een stuk linkser en progressiever zal zijn, dit blijkt uit onderzoek van I&O Research. Een opmerkelijke verschuiving, aangezien het land 10 jaar geleden nog juist een conservatieve correctie wenste.
Volgens onderzoeker Peter Kanne was het kabinet Rutte I uit 2010 een conservatief antwoord op de ‘progressieve, internationaal georiënteerde politiek van de decennia die hieraan voorafgingen.’ Tegelijkertijd ontpopte het beleid van deze regering zich uiteindelijk veel rechtser dan de kiezer volgens hem wenste:
“Sociaaleconomisch hebben de kiezers zich knollen voor citroenen laten verkopen. Sociaal-cultureel is het regeerakkoord bovendien beduidend conservatiever dan de opvattingen van VVD- en CDA-kiezers.”
Uit een enquête onder 1.293 Nederlanders zou dan ook blijken dat de kiezer deze keer aanstuurt op een links progressieve koers. Een ruime meerderheid van Nederland is bijvoorbeeld tegen marktwerking in de publieke sector, voor een basisbeurs en voor een lagere AOW-leeftijd.
Over sociaal-culturele onderwerpen zoals veiligheid, immigratie, integratie en buitenlandpolitiek denkt de gemiddelde burger eveneens minder conservatief dan in 2010. Zo vindt bijvoorbeeld 59% van de bevolking dat: ‘moslims en mensen met een migratieachtergrond zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse manier van leven.’ Tien jaar geleden was dat nog 67%. Vooral stemmers op het CDA en de VVD zouden op dit punt gematigder zijn geworden. Alleen de kiezers van de PVV, FvD en SGP gaan hierin niet mee.
Naast de burger is ook de bestuurlijke elite linkser geworden wat betreft sociaaleconomische onderwerpen. Hier vinden we dan ook de grootste voorstanders om de coronacrisis te gebruiken voor een ‘Great reset’ en de start van een ‘nieuw normaal’. Een inclusief Utopia dat helaas wordt omsloten door een gigantische culturele kloof:
“Het is de vraag of de politieke elite en politieke partijen (veelal gevoed door die bestuurlijke elite) goed doorhebben wat kiezers sociaal-cultureel willen.”
Aldus Binnenlands Bestuur.
Dit ravijn zien we ook terug in de peilingen. De kiezer mag dan dromen van een progressiever beleid, de progressieve partijen profiteren hier niet van. Er is immers momenteel geen een linkse partij die 10% van de kiezers weet te overtuigen.
De PvdA, GroenLinks, D66 en SP halen gezamenlijk nog geen 66 zetels binnen in een tijd dat de kiezer dus verlangt naar een progressiever beleid. Men heeft zelfs meer vertrouwen in de sociale kant van een liberale premier die al tien jaar aan het roer staat. Een beschamend resultaat dat meteen de vraag oproept: wie zijn deze mensen? Stelletje prutsers.
Positieverandering van de kiezers de afgelopen tien jaar: