Het probleem dat links heeft is dat zij een ideaal hebben. Aangezien een ideaal per definitie nooit bereikt kan worden moeten er schuldigen gevonden worden voor dat falen. Voor de nationaal-socialist Adolf Hitler waren dat de joden. Voor de marxist Stalin was dat de bourgeoisie. Voor de huidige linkse mensen zijn dat blanke mannen. Op een gegeven moment escaleert dit en volgt een genocide. De haat van links leidt tot vernietiging van het beste dat een volk bezit.
Rechts kan hier tegenover met een positief verhaal komen. Voor vredevolle en hoffelijke relaties tussen de mensen, vriendschappelijke verhoudingen tussen de landen en solidariteit met diegenen die zich in moeilijke omstandigheden bevinden, is het van belang dat rechts het beleid bepaalt. In deze tijd van de coronapandemie en andere beangstigende ontwikkelingen in deze 21ste eeuw, is het aanwakkeren van tegenstellingen tussen mensen, bijvoorbeeld in naam van een ideaal, en het ontkennen van het waardevolle in de eigen beschaving contraproductief. We zullen meer dan ooit onze positieve krachten moeten gebruiken om de huidige uitdagingen aan te kunnen.
Een productief verhaal betekent eerst en vooral dat de anderen, in dit geval de mensen van links, niet als tegenstanders worden gezien. Wij kunnen het met hun visie op de mens en op de samenleving volstrekt oneens zijn, maar dat verhindert niet dat we met hen discussiëren of dat we hen het recht tot spreken zouden ontzeggen. Het gaat er ook niet om dat ze onze opvattingen moeten delen en we zien hen niet als de vertegenwoordigers van het kwaad die het zwijgen moeten worden opgelegd. Op de universitaire campussen worden ze evengoed uitgenodigd. De campus zal op die manier de arena van het vrije woord blijven. Een open forum in plaats van een cancel culture.
Ten tweede betekent een rechts beleid dat we het goede uit het verleden behouden en waar we tekortschieten het proberen te verbeteren. In het curriculum van de onderwijsinstellingen bijvoorbeeld is het fundament het waardevolle dat we geërfd hebben van vorige generaties. Het gaat er niet om dat de studenten ’zichzelf herkennen in het curriculum’, maar dat ze leren open te staan voor wat onze beschaving heeft te bieden. Het is de taak van de leraren om hun enthousiasme voor onze cultuur op de leerlingen over te dragen.
Dat fundament voor de opvoeding en het onderwijs kan mensen van kleur, mensen die behoren tot de LHTB-groep en anderen de tools bieden om bij te dragen aan de emancipatie en de verlichting van de eigen groep. De oudere generatie heeft de plicht de erfenis van het verleden over te dragen op de nieuwe generaties. Het is precies die erfenis die jongeren en mensen uit minderheidsgroepen een houvast biedt om volwassen te worden en te emanciperen. Overgewaaid uit de VS zijn er nu studenten die het curriculum willen beïnvloeden, omdat zij zich erin ’niet herkennen’ of ze hebben een ruimte nodig waar ze zich veilig kunnen voelen. Dat kan nooit de bedoeling zijn. De universiteit is er juist om de beste wetenschappers en denkers de gelegenheid te geven hun enthousiasme, hun kennis en meedogenloze kritische houding over te dragen op de jongere generatie.
Ten derde legt rechts de nadruk op de vrijheid van het individu. Zonder vrijheid kan ik mijn eigen leven geen vorm geven. Dit laatste is een basisvoorwaarde voor persoonlijk geluk en om een vervuld leven te leiden. Ik moet tot mezelf kunnen zeggen: ‘Wat ik ben, is goed’ en dan kan ik de vraag stellen waar ik mezelf kan verbeteren. Voor die vrijheid is het noodzakelijk dat we in volle vrijheid kennis kunnen nemen van het beste wat onze beschaving te bieden heeft. Dit laatste geldt bijvoorbeeld voor literaire hoogtepunten, filosofische inzichten die een revolutie in ons denken hebben teweeggebracht of de wetgeving die in de loop der eeuwen in een democratie is ontstaan. Het gevaar van een cancel culture is dat juist die mensen worden geboycot die jongeren kunnen aanzetten tot kritisch denken. Een rechtse attitude betekent dat we beleefd omgaan met mensen die een andere mening hebben.
De Britse filosoof Roger Scruton illustreerde het belang van de erfenis uit het verleden aan de hand van de architectuur. De glazen blokken die overal oprijzen zijn bedacht door ingenieurs die zich architect noemen. Wat bij hen prioriteit heeft is het toepassen van de modernste technieken met de nieuwste materialen. Zij hebben, ondermeer ten gevolge van een eenzijdige opleiding, geen benul meer van schoonheid. Zij creëren een stad zonder ziel, waar de mensen uit wegtrekken om in voorsteden te gaan wonen. Ingenieurs vergeten de esthetische waarde van een Griekse zuil of zien niet hoe belangrijk de schaduw is onder een schuin, overhellend dak. Stel de oerlelijke architectuur van de DDR tegenover een stad waar het erfgoed wordt gekoesterd om het verschil te zien tussen een linkse en een rechtse mentaliteit. Het gaat om dictatuur tegenover menselijkheid, om harde confrontatie tegenover gereserveerdheid.
Het gebrek aan gevoel voor schoonheid ontbreekt evenzeer in de hedendaagse kunst. Het negatieve en destructieve overheersen. In deze tijd van veel wanhoop is het echter van belang het mooie naar voren te halen. De overweldigende belangstelling voor oude kunst bewijst waar mensen van nu gevoelig voor zijn. Wie even afstand wil nemen van alle onheilstijdingen over covid-19 kan ik aanraden een uurtje naar cantates van Bach te luisteren. Dan zien we de relativiteit van onze dagelijkse zorgen.
Een ander belangrijk aspect van de erfenis uit ons verleden is de wetgeving. Die wetgeving kan altijd worden verbeterd, maar biedt wel het fundament voor de vrijheid en de rechtvaardigheid waar we nu van genieten. Revoluties of bewegingen die de bestaande wetgeving wilden vernietigen of radicaal vervangen, zoals de Franse revolutie, de revolutie van de bolsjewieken en van de nazis hebben geleid tot de grootste onvrijheid en onrechtvaardigheid. Rechts heeft een belangrijke taak om de basis van ons rechtssysteem waar mogelijk te handhaven. Nu zien we helaas al te vaak dat dit systeem wordt ondermijnd door falende ambtenaren en frauderende burgers. Zou dit niet te wijten zijn aan linkse tolerantie ten aanzien van zogenaamde zielige slachtoffers, met als gevolg onverschilligheid is en gebrek aan durf om in te grijpen? Het vereist moed om te handhaven.
Scruton noemt zich een ‘reluctant capitalist‘. Hij is met tegenzin een kapitalist. Enerzijds is economische vrijheid noodzakelijk om een grote samenleving draaiend te houden. Men moet vrij kunnen produceren, verkopen en kopen, ook de eigen arbeid. Anderzijds zijn er dingen die niet te koop zijn, waar marktdenken uit den boze moet zijn en waar een andere attitude vereist is. Bij dit laatste denken we aan kunst, sport en natuurlijk ook de seksuele relaties.
Als laatste voorbeeld wil ik naar het ontwikkelingswerk verwijzen. Voor Afrika is dit een ramp geweest en er zijn nauwelijks hoopvolle tekenen te zien. Een links beleid, hoe goed bedoeld ook, werkt hier niet. Het bloedvergieten, de verkrachtingen en de hongersnoden gaan maar door. Voor dit continent zou het een zegen zijn indien een doortastend rechts beleid wordt gevoerd. In het koloniale tijdperk hadden de Afrikanen het beter dan nu. Kolonialisme past niet meer in onze tijd, maar er moet wel nagedacht worden over hoe we de mensen daar uit de ellende kunnen halen. Een ‘reluctant capitalist‘ zou hier alles in het werk stellen om in Afrika werkgelegenheid te creëren en tegelijkertijd zou hij respect hebben voor de eigen cultuur van de Afrikaanse volkeren. Ook daar is de culturele erfenis de trots van het volk en een basis om een betere samenleving op te bouwen. Meer in het algemeen in de internationale politiek is het niet onze taak niet-westerse landen te bekritiseren. Het volstaat zelf het goede voorbeeld te geven en de dialoog aan te gaan met partners die als gelijkwaardig worden beschouwd. Aan de praktijk van cancelen en veroordelen komt op die manier een einde. De armen, de verdrukten en de vernederden in de wereld zullen het meest baat hebben bij een doortastend rechts beleid.