Als persoon lijkt Mark Rutte een ideale premier. Hij maalt niet om geld of goederen, heeft geen last van ijdelheden en echte schandalen rond zijn persoon zijn er nauwelijks geweest. Maar waarom dan toch dat liegen? Waarom zonder gêne dingen zeggen die gewoon niet waar zijn? De minister-president heeft dat ook niet nodig, in het debat is hij de meeste Kamerleden verreweg de baas. Regelmatig zijn ministers betrapt op leugens, veelal in een poging om zichzelf uit de politieke problemen te helpen. In het debat op 1 april over ‘Omtzigtgate’ zagen we een Mark Rutte die onwaarheden verkondigde die helemaal niet nodig waren. Als hij de Tweede Kamer gewoon de waarheid had verteld, dan waren de negatieve gevolgen veel minder geweest. Waarom is de waarheid slechts een optie? Ik meen wel een verklaring te hebben voor de moraal van deze ervaren politicus. Maar laten we eerst kijken naar een politieke nieuwkomer.
‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet.’ Dat zei Caroline van der Plas in haar eerste bijdrage in de Tweede Kamer, ook vorige week in het debat over ‘Omtzigtgate’. Het is een tegeltjeswijsheid die de voorvrouw van de BoerBurgerBeweging (BBB) hier te berde bracht, maar dat wil niet zeggen dat het niet waar is. Zij had deze moraal meegekregen van haar ouders, zo vertelde Caroline in de Kamer, maar dit morele principe is veel ouder. Deze ‘gulden regel’ vinden we in iets andere woorden terug bij de klassieke filosofen (bij Plato, de sofisten en Aristoteles); bij alle grote religies (het jodendom, het christendom en de islam) en in de oude oosterse wijsheden (het confucianisme, taoïsme en boeddhisme). Heel vreemd is het dus niet om een beroep te doen op dit eeuwenoude morele beginsel, op het moment dat in het bestuur het vertellen van halve waarheden en hele leugens de gewoonte lijkt geworden.
‘Ik lieg niet’, bleef Mark Rutte tijdens het debat volhouden. Ik geloof hem, of ik geloof dat hij geloofde dat hij niet loog. Rutte lijkt vooral te kijken of het doel goed is, in dit geval zo snel mogelijk een nieuwe regering maken. Als het doel goed is, dan is het middel om dat doel te bereiken ook altijd goed, zo lijkt de gedachte. De feiten anders voorstellen is dan niet slecht, omdat het einddoel dat je nastreeft goed is. Een moraal die ook prima past bij de neoliberale opvattingen van de minister-president, op de vrije markt wordt alle gedrag beloond dat leidt tot meer winst. Het is eveneens de moraal van de manager die Kamerleden als Omtzigt of Leijten wil managen. Ik kan me niet voorstellen dat Mark Rutte zélf zo voorgelogen en gemanaged zou willen worden. ‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet.’ Dat is een goede les van Caroline Van der Plas. Een oude moraal voor de nieuwe Tweede Kamer.