Opinie

Geert Dales – De vuile CDA-was hangt waar die hoort: buiten

20-06-2021 12:20

CDA-leider Wopke Hoekstra.

Nu het stof is neergedaald na de clusterbom van ex-CDA’er Pieter Omtzigt staren we in een gapend gat van richtingloosheid, morele leegte en hypocrisie. Van het ooit zo machtige christendemocratische bolwerk rest een Potemkindorp waar met onvaste hand op de bordkartonnen gevels ‘Gerechtigheid, Solidariteit, Gespreide Verantwoordelijkheid en Rentmeesterschap’ is gekwast. Een lichte storm voldoet om de vier basiswaarden van het CDA definitief van de timpanen te blazen.

“Ik was midden veertig toen ik ‘de politiek in ging’ en had dus al een half leven in andere kringen achter de rug. Al snel merkte ik dat het politieke milieu bijzondere kenmerken vertoont. Wonderlijke omgangsvormen, een bovengemiddeld aantal rare snuiters, monoloog boven dialoog, poseergedrag, bovenmatig opportunisme, veel hypocrisie, onveilige werkomgevingen en een opvallend losse omgang met de waarheid en de beginselen van moraliteit en integriteit”

Bovenstaand citaat uit mijn boek Tien Zetels is gestoeld op twee decennia ronddolen in het politieke universum. Het CDA had een inspiratiebron kunnen zijn, maar het waren vooral de absurdistische vertoningen die ik van 2018 tot 2020 meemaakte als voorzitter van 50PLUS die mij ertoe brachten de pen te hanteren.

‘Elke euro van de tonnen overheidssubsidie die in de vereniging 50PLUS en de twee neveninstellingen gepompt wordt is weggegooid geld’

In mijn politieke leven was al veel gekkigheid voorbijgetrokken, maar wat daar gebeurde sloeg alles. Onder leiding van oppermanipulator, gewoonteleugenaar en onverbeterlijke betweter Jan Nagel (ex-PvdA, ex-Leefbaar Nederland, ex-PRDV, ex-OOKU) slaagden beroepsquerulanten, oproerkraaiers en bestuurlijke tuinkabouters erin om 50PLUS in slechts enkele maanden tijd van de tien zetels, die Henk Krol als politiek leider en ik als partijvoorzitter met hulp van een groep serieuze, competente mensen in de peilingen wisten te bereiken, terug te brengen naar nul in de Tweede Kamer. Hoogtepunt in dit drama was de aanstelling door Nagel persoonlijk van een nieuwe politiek leider die eigenstandig het pensioen- en AOW standpunt van 50PLUS ‘bijstuurde’ omdat, zei Liane den Haan “ik nu eenmaal uit D66 kom”. Dat bijsturen was een draai van 180 graden. Van rabiaat tegenstander werd 50PLUS ineens voorstander van een nieuw pensioenstelsel. Alsof de PVV van de ene dag op de andere het salafisme aanprijst. En dan verbaasd zijn dat niemand de partij nog serieus neemt.

Het nieuw gekozen partijbestuur doet alsof de wederopstandig nabij is. In de peilingen scoort 50PLUS een fractie van de kiesdeler. 50PLUS is dood en dat is maar goed ook. Niets voegt die club na al het gesodemieter en de programmatische chaos nog toe aan het politieke en maatschappelijke landschap. Elke euro van de tonnen overheidssubsidie die in de vereniging 50PLUS en de twee neveninstellingen gepompt wordt is weggegooid geld.

Qua achterbakse, conflictueuze partijcultuur en maatschappelijke zinledigheid moet 50PLUS intussen zijn meerdere erkennen in het CDA. De smerige walm die uit de christelijke beerput opstijgt roept de vraag op waarom de Haagse journalistiek wel enthousiast verslag deed van rotzooi en ruzie in de ouderenpartij, maar niet in de gaten had dat in het veel belangrijkere en machtiger CDA de betonrot aanzienlijk dieper was doorgedrongen. Terwijl er nationale media-aandacht was voor de stroopwafelbonnen van Henk Krol en een ruzietje tussen de nummers 1 en 3 op de 50PLUS-kandidatenlijst, verdonkeremaande het CDA een miljoenengift en werd de nummer 2, achter wie zich bij de lijsttrekkersverkiezing nagenoeg de helft van de CDA-leden schaarde, intern uitgekotst en het werken onmogelijk gemaakt. Er waren een lek van het Omtzigt-memo en een Sywert van Lienden voor nodig om deze doos van Pandora geopend te krijgen.

‘Het demasqué dat zich in die ooit grote, machtige en gerespecteerde ‘bestuurderspartij’ voltrekt is ronduit verbijsterend’

De mythe wil dat toen Pandora haar doos opende en alle denkbare rampen ontsnapten, zij zich doodschrok en razendsnel het deksel dichtklapte. Zo bleef de hoop in de doos. Iets voor het CDA om zich aan vast te klampen, want veel meer is er niet over. Het demasqué dat zich in die ooit grote, machtige en gerespecteerde ‘bestuurderspartij’ voltrekt is ronduit verbijsterend. Alle ingrediënten van een entiteit in verval zitten erin: onheldere missie, machtsbehoud boven bestaansreden, niet leven naar je eigen principes, verdeelde leiding, opportunistisch gedrag, losse omgang met ethische normen, gebrekkige onderlinge loyaliteit, ruimte voor een foute organisatiecultuur door wangedrag onbestraft te laten of pas in actie te komen na druk van buiten. En dat alles gelardeerd met krampachtige pogingen om de schijn op te houden dat het reusachtig goed gaat, dan wel dat het weer helemaal goed komt.

De 76 pagina’s die Pieter Omtzigt bij elkaar tikte als input voor de commissie die de verkiezingscampagne evalueert bieden daarvoor weinig grond. Vergeefs zoek je naar een plausibele en urgente reden voor een voortgezet bestaan van deze partij. Nergens ontwaar je ook maar een begin van een samenhangend, onderling loyaal en missiegedreven collectief dat leeft naar de waarden die het zelf predikt. De hypocrisie, de abjecte partijcultuur, het ideeënloze machtsdenken, de egotripperij en het onderlinge venijn spatten ervan af. In elke organisatie is wel eens onmin, maar de kwalificaties ‘teringhond, psychopaat, gestoord, labiel, eikel, zieke man’ en de weigering van fractiemedewerkers om voor Omtzigt, wiens beeltenissen in de partijburelen waren voorzien van een Hitler-snor, te werken duiden op een zwaar verziekte en zeer onveilige partijcultuur.

Zelfs 50PLUS, waar gekkigheid en oncollegiale omgangsvormen troef waren, zonk niet zo diep. Het is even ironisch als triest dat drie vooraanstaande 50PLUS’ers, Europarlementariër Toine Manders, Brabants Statenlid Chris Spooren en oud-Tweede Kamerlid Simon Geleijnse naar het CDA overstapten omdat zij de naargeestige 50PLUS cultuur zat waren. Een van hen belde me. Met spijt als haren op zijn hoofd.

‘In het formatieproces is Wopke Hoekstra van het meest gewilde meisje in de klas gereduceerd tot een lulletje rozenwater die veinst, huichelt en liegt’

Als Omtzigt zijn pen had laten liggen zou het CDA, zeker na de aftocht van Van Lienden, nog steeds een imago van nette, ‘stabiele bestuurderspartij’ hebben kunnen ophouden en was dat scheurende bastion wellicht pas in elkaar gezakt op een moment dat het CDA opnieuw op het regeringspluche zat. Omtzigt heeft met zijn feitenrelaas en analyse gezorgd dat eventuele coalitiepartners weten wat voor vlees ze in de kuip hebben. Een gewaarschuwd mens telt voor twee.

In het formatieproces is Wopke Hoekstra van het meest gewilde meisje in de klas gereduceerd tot een lulletje rozenwater die veinst, huichelt en liegt. Wat kan hij nog inbrengen aan de formatietafel? In de peiling van Maurice de Hond van 20 juni is er van het CDA niet veel meer over. Negen van de vijftien zetels weg! Met zes even groot als VOLT en de CU. Er zijn geen verkiezingen en het CDA heeft in de Kamer nog steeds 15 zetels, maar in zee gaan met dit zinkende schip kan geen verantwoordelijk bestuurder zich veroorloven.

Bedenk alleen maar even hoeveel ‘kompromat’ de gekrenkte ex-CDA’er Omtzigt in de tas heeft. Elke dag kan hij het vloerkleed onder deze of gene CDA-prominent en dus onder de partij vandaan trekken. Eén anoniem briefje met bijlage in de brievenbus van een journalist kan iemand de kop kosten en een regering met het CDA destabiliseren. Waarom ook zou ‘Groep Omtzigt’, waarvan De Hond in zijn peiling van 13 juni een potentieel van tussen 20 en 30 zetels analyseerde, wachten met het forceren van nieuwe verkiezingen tot het CDA zich weer herpakt heeft?

‘Als je de Jan Nagel van het CDA van stal haalt om je club te redden is het definitieve einde een kwestie van tijd’

De 15e zetel van het CDA wordt momenteel bezet door Henri Bontenbal, die op 1 juni aantrad nadat Omtzigt zich eind mei formeel ziek meldde. Via de sociale media verkondigt hij, gebruikmakend van zijn status als parlementslid, enthousiast de CDA-boodschap. Maar hij zit op de stoel van Groep Omtzigt. Op 10 juni stapte Omtzigt uit het CDA met de mededeling dat hij wel Kamerlid blijft. Formeel staat het CDA in zijn recht, maar moreel deugt het niet dat bijna vier maanden lang een zetel telt als ‘CDA’ –met alle getalsmatige en publicitaire voordelen van dien- terwijl die inmiddels toebehoort aan een andere fractie. De zetel had onmiddellijk na het vertrek uit het CDA van Omtzigt ter beschikking moeten worden gesteld. Dat geen CDA’er een punt van deze omgekeerde zetelroof maakt zegt iets over het gebrek aan respect voor Omtzigt –tot voor kort ‘Onze Pieter’- en het povere integriteitsbesef in die partij.

Wat wil je ook als je na de afgang van voorzitter Rutger Ploum Marnix van Rij aantrekt als interim-voorzitter. Van hem is menigeen zijn dubieuze rol vergeten toen hij begin deze eeuw kortstondig partijvoorzitter was en partijleider Jaap de Hoop Scheffer wilde wippen om zelf lijsttrekker te worden. Toen dat mislukte, De Hoop Scheffer gekrenkt de wijk nam en Van Rij geloosd werd, kregen we Jan Peter Balkenende, wiens politieke hoogtepunt tot dan toe de aanvaarding met algemene stemmen in 1993 van de ‘krokettenmotie’ in de gemeenteraad van Amstelveen was. In 2020 werd Van Rij, dankzij partijgenoot staatssecretaris van Koninkrijkszaken Raymond Knops, Regeringscommissaris voor Sint Eustatius. Toen CDA-voorzitter Rutger Ploum na de Kamerverkiezingen van maart jl. de eer aan zichzelf hield rook van Rij een nieuwe kans om zijn CV, waarop een paar jaartjes wethouder in Wassenaar het bestuurlijke hoogtepunt vormde, op te poetsen. Een jaar na zijn benoeming was Van Rij al weer weg uit de Antillen. Opnieuw lonkte Haags pluche. Als je de Jan Nagel van het CDA van stal haalt om je club te redden is het definitieve einde een kwestie van tijd.

‘Van Ark is niet het type dat zich door het CDA in het pak, of beter in de jurk laat naaien’

Van Rij en politiek leider Hoekstra zwegen als het graf over de miljoenenoplichterij van prominent partijgenoot Sywert van Lienden. Ze zullen een gat in de lucht gesprongen hebben toen die zijn partijlidmaatschap opzegde. Maar daarmee zijn de problemen voor het CDA niet weg en de vragen evenmin. Waarom sloeg het CDA geen alarm toen Van Lienden in het kader van zijn sollicitatie naar het Kamerlidmaatschap melding maakte van zijn commerciële belangen? Waarom ving Van Lienden bijna twee keer zoveel mondkapjeswinst als zijn kompanen Bernd Damme en Camille van Gestel. Verzilverde hij daarmee zijn (CDA-)netwerk, waarover Damme en Van Gestel niet beschikten? Zonder Sywerts connecties en publieke bekendheid zou de deal er nooit gekomen zijn. Als het onderzoek van VWS-minister Tamara van Ark naar de mondkapjeshandel, dat begin september klaar is, ook maar de minste behulpzaamheid voor, laat staan bevoordeling van Van Lienden c.s. door CDA-vice premier en minister van VWS Hugo de Jonge of andere prominenten blootlegt zijn de poppen aan het dansen. Van Ark maakte bekend dat door toedoen van ambtenaren passages over politieke druk uit een deelrapport zijn verwijderd. Zij wil die terug zien in het definitieve onderzoek. Dat moet voor het CDA reden tot grote zorg zijn. Van Ark is niet het type dat zich door het CDA in het pak, of beter in de jurk laat naaien.

De volgende complicatie is Hans van der Wind, de man die het CDA kort voor de verkiezingen 1,2 miljoen euro toeschoof. Omtzigt suggereert dat hij daarmee invloed kocht, te weten het vervangen van de gekozen lijsttrekker De Jonge door zij-instromer Hoekstra in plaats van ‘running mate’ Omtzigt. Ook zou hij op de rem hebben getrapt bij CDA-steun voor verhoging van het minimum-jeugdloon en op het gaspedaal bij Hoekstra’s ideeën over een verkorting van de WW-duur. Van der Wind is voorzitter van de Fondsenwervingscommissie van het CDA en was lid van het campagneteam.

Sponsors hebben geen invloed op het programma” verklaarde de CDA-leiding. Dat zal best. Maar bedrijven die grote bedragen neertellen doen dat nooit zonder doel. Al jaren pleit ik voor een totaalverbod op bedrijfsdonaties, naar analogie van België en Canada waar men door schandalen wijs is geworden.

‘Lobbyen doe je maar op eigen kracht, niet door met een zak geld bij een politieke partij binnen te wandelen’

Donateurs, zeker grote, kopen entree tot politici. Eenmaal aan tafel lobbyen zij voor hun zaak of vragen gunsten die nooit op papier komen te staan. 50PLUS ontving tussen 2015 en 2017 in drie tranches in totaal 350.000 euro van vastgoedbedrijf Metterwoon. Daarmee werden campagneactiviteiten betaald. Formeel niets mis mee. In 2019 trof ik eigenaar en megamiljonair Chris Thünnessen in de werkkamer van toenmalig partijleider Henk Krol en hoorde hem vragen om bemiddeling bij het tot stand brengen van een gesprek met de voorman van een grote partij die hij persoonlijk niet kende en met wie hij over vastgoedgerelateerde concept-wetgeving wilde spreken. Zo gaan die dingen. Het mag, maar het is ongewenst. Lobbyen doe je maar op eigen kracht, niet door met een zak geld bij een politieke partij binnen te wandelen. Dat kan de gewone man ook niet. Met slechts 14 miljoen euro extra overheidssteun kunnen alle businessclubs, vriendenstichtingen, ‘Clubs van Honderd’ en andere fundraisingvehikels van politieke partijen, mede bedoeld om de door de Wet Financiering Politieke Partijen beoogde transparantie te omzeilen, bij het grofvuil. De helft van een jaarwinstje Sywert. Het schandaal staat op de drempel. Het is beter dat voor te zijn.

Van der Wind doneerde via twee BV’s. Meer dan een miljoen euro is naar Nederlandse maatstaven uitzonderlijk veel, waarbij wel bedacht moet worden dat giften aan ‘Algemeen Nut Beogende Instellingen’ (ANBI, zoals alle politieke partijen minus de PVV) fiscaal aftrekbaar zijn en in het bedrijf als kostenpost worden opgevoerd. Van elke euro partijdonatie betaalt u dus via gemiste belastingsinkomsten zo’n dertig tot vijftig cent mee.

Van der Wind was mede-eigenaar en baas van Van Dijk Educatie, een semi-monopolist in de educatieve dienstverlening met een hoog aandeel in de distributie van schoolboeken, thans actief onder de naam The Learning Network. Toen in 2009 de Wet Gratis Schoolboeken (WGS) werd ingevoerd en scholen de aanschaf van boeken Europees moesten aanbesteden terwijl ze nog meerjarige contracten met Van Dijk hadden, claimde Van der Wind schadevergoeding. Van de scholen. Die het weer moesten ophalen bij het ministerie van onderwijs. De WGS gaf vooral de grote distributeurs wind in de zeilen. Europese aanbestedingen zijn complex en duur. De kleintjes overleefden dat niet en werden opgekocht door de grotere, zoals Van Dijk Educatie. Grote distributeurs konden met massa-inkopen de uitgeverijen onder druk zetten om korting af te dwingen. En druk op het ministerie uitoefenen om de vergoeding per leerling op te trekken. Kortom: Van Dijk Educatie, lees Van der Wind, had grote zakelijke belangen bij de WGS.

Die WGS was een huzarenstukje van toenmalig CDA-staatssecretaris en later minister van onderwijs Marja van Bijsterveldt. Van 2002 tot 2007 was zij voorzitter van het CDA. Daarna bewindspersoon op Onderwijs, tot 2012. In 2011 kreeg onderzoeksbureau Regioplan van Van Bijsterveldt de opdracht de werking van de WGS te onderzoeken. In de begeleidingscommissie zat haar partijgenoot Hans van der Wind, toen al een invloedrijke CDA’er. Het onderzoek pakte positief uit over de effecten van de wet. Dus kon Van der Wind verder bouwen aan zijn imperium. In 2016 werd het verkocht aan een Amerikaanse investeringsmaatschappij. Naar verluidt bracht het 300 miljoen euro op, waarvan 80 voor Van der Wind, die inmiddels in diverse andere bedrijfstakken actief is en dus blijvend belang heeft bij entree in de hoogste kringen. In zijn telefoonboek staan alle CDA-kopstukken. Zo is die 1,2 miljoen minus de belastingaftrek snel terugverdiend. Het mag, maar het is zeer ongewenst.

Marja van Bijsterveldt is tegenwoordig burgemeester van Delft en voorzitter van de CDA-Integriteitscommissie die ook gaat over royementskwesties. In die hoedanigheid liet zij een verzoek om Van Lienden te royeren net zo lang hangen tot Sywert zelf het hazenpad koos. Zo hoefde het CDA geen opening van zaken te geven.

In 2011 stelde een commissie onder leiding van oud-minister Hanja Maij-Weggen, bekend van het inhuren als Europarlementariër van haar dochter tegen een aanzienlijke vergoeding, een handreiking integriteit op die nog steeds van toepassing is. ‘Een betrouwbaar politicus’ luidt de veelbelovende titel.

“Van CDA politici mag worden verwacht dat hun persoonlijk gedrag, ook privé, altijd de toets der kritiek kan doorstaan. Van CDA politici mag worden verwacht dat ze bij hun beslissingen het belang van burgers boven hun privébelang stellen en de schijn van vermenging van deze twee vermijden en ze nooit de schijn wekken gevoelig te zijn voor gunsten van welke aard dan ook.”

Je hoeft maar even aan het Limburgse CDA te denken of het Omtzigt-memo te lezen en je ziet in één oogopslag hoe serieus de handreiking wordt genomen.

Een andere oud-minister van het CDA is Liesbeth Spies, thans burgemeester van Alphen aan den Rijn. Zij is voorzitter van een commissie die evalueert waarom de verkiezingscampagne tot zo’n bedroevend resultaat leidde. Begin juli worden de resultaten verwacht. Grote kans dat de toch al verzwakte ­Wopke Hoekstra opnieuw forse schade zal oplopen waardoor zijn positie aan de formatietafel verder onder druk komt te staan. Ik raad Liesbeth Spies aan even te kijken naar de gang van zaken bij 50PLUS. De parallellen zijn treffend. Een lijsttrekkerswisseling kort voor de verkiezingen. De aanwijzing van een nieuwe lijsttrekker zonder tussenkomst van de leden. Een gefrustreerde gepasseerde kandidaat die geschikter was. Een inhoudelijke zwabberkoers met periodieke bijstelling van standpunten op hoofdthema’s. Gebrekkige teamspirit. Ruzies. Integriteitsproblemen bij het leidinggevende kader. Niet ingrijpen bij ontsporingen. En een politiek leider met matige communicatieve gaven en een geloofwaardigheidsprobleem.

‘Pieter Omtzigt deed wat hij moest doen. Niet zwijgen, maar uiten’

Omtzigt is geen groot romancier. Hij heeft een veel te gedetailleerd, ongestructureerd en rommelig document afgeleverd dat niet lekker leest. Toch is het de moeite waard. De vinger ligt op alle zere plekken en dat is dan ook de reden dat een reeks partijprominenten er alles aan deed om Omtzigt weg te zetten als een zieke zeur die we niet al te serieus moeten nemen. ‘Pieter heeft zijn kritiek zo scherp opgeschreven dat het veel kapot heeft gemaakt’ klaagde een oud-Kamerlid van het CDA. ‘Het stuk is gelekt uit de omgeving van Pieter’ diskwalificeerde de partijvoorzitter zijn ex-partijgenoot. ‘Pieter heeft een burn-out, maar kon kennelijk wel 76 bladzijden tikken’ jeremiëerde een andere partijprominent. ‘De toon is beschadigend, niet constructief’ huilde partijideoloog Hans Borstlap. ‘Hier baal ik van’ sprak politiek leider Hoekstra.

Nog maar een paar weken geleden stond iedereen amechtig te kwezelen toen informateur Herman Tjeenk Willink zijn wufte wijsheden over ‘een andere bestuurscultuur’ en ‘macht en tegenmacht’ over het Binnenhof strooide. Als de tegenmacht en transparante cultuur zich een paar weken later daadwerkelijk aandient wordt die meteen gefileerd en is er geen CDA-topper te vinden die het Omtzigt-memo omarmt als een waardevolle bijdrage om nog iets van de christendemocratie overeind te houden en te waarderen als een belangrijke opmaat naar de dringend noodzakelijke bestuurlijke cultuurverandering.

Pieter Omtzigt deed wat hij moest doen. Niet zwijgen, maar uiten. De boodschap is een pijnlijke en de natuurlijke reflex van een onzekere, dwalende en angstige omgeving is de boodschapper om zeep te helpen. Omtzigt is geëxcommuniceerd. Als klokkenluider zal hij door zijn oude vrienden met de nek worden aangekeken. Omdat hij hun vuile was hing waar die hoort te hangen: buiten.

Tegeltjeswijsheid indoctrineert de adolescent dat je ‘je eigen nest niet bevuilt’. Dat je beter duikt om het jezelf niet moeilijk te maken. ‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’ is het mantra van de wegkijker. Waarmee wantoestanden voortwoekeren en misdragingen onbestraft blijven. Op Omtzigt kreeg dit geen vat. Zodat we nu allemaal kunnen zien waar ideologische verwatering, machtsbehoud, pover integriteitsbesef, hypocrisie en een gebrekkige teamspirit toe leiden. Uiteindelijk naar dezelfde nul zetels als die van 50PLUS.