Lang geleden, ik zal een jaar of zes, zeven geweest zijn, had ik mijn eerste paardrijles. Nadat de basisbeginselen waren uitgelegd kreeg ik de opdracht het paard te zadelen zodat ik er als ruiter de eerste stappen mee kon maken. Toen ik klaar was barstte de instructeur in bulderend gelach uit en vroeg of ik van plan was het paard achterwaarts te laten draven. Daaruit moest ik opmaken dat het zadel verkeerd om zat. Deze pedagogisch onverantwoorde vernedering gaf mijn weerbaarheid een forse impuls. Met mijn ruitervaardigheid kwam het ook helemaal goed. Op regionale concoursen hippiques verwierf ik menig lint. Meestal het rode, de tweede prijs. Word je bescheiden van.
Aan het voorval uit mijn jonge jaren moest ik denken toen ik dezer dagen in De Volkskrant een interview las met minister van Volksgezondheid Hugo de Jonge. Bij dat interview was een foto van de bewindspersoon afgedrukt waarop, hij gezeten voor zijn witte Yamaha piano, zelfverzekerd de wereld toelacht.
Waarom hebben al die foto’s van Hugo de Jonge zo’n Twin Peaks Vibe? pic.twitter.com/5iAJ4HCZjQ
— Piet Burgering (@PietBurgering) August 6, 2021
Bij foto’s heb ik altijd de neiging niet naar het hoofdonderwerp te kijken, maar naar de details er omheen. Zo zag ik op de fraaie ministeriële parketvloer een klein zwart beeldje pal voor de Yamaha staan. Een aapje, met lamp. Op de piano stond, op een wit sokkeltje, een kleine zwarte buste. Zo te zien was het Beethoven. Maar het kon ook prof. Wim Voermans van de Universiteit Leiden of wijlen prinses Juliana zijn.
Nog intrigerender vond ik de bladmuziek op de lessenaar van de piano. De foto was te onscherp om de noten te kunnen lezen, dus welk muziekstukje het was weet ik niet. Heel ingewikkeld oogde het niet. Wel zag ik meteen dat het stuk op zijn kop stond. De g-sleutel -ook wel vioolsleutel genoemd- zat rechtsonder terwijl die links in de bovenste balk van de bladmuziek hoort. Ik moest er net zo hard om lachen als de instructeur om het verkeerd gezadelde paard. Even hilarisch als pijnlijk.
De eerste gedachte is: hier zit een poseur. Deze man doet alsof hij piano kan spelen, maar kan het helemaal niet want hij ziet niet dat zijn bladmuziek op de kop staat. Deze kijk op de zaak vindt steun in een eerder portret van de minister voor dezelfde piano die rond de kerst van 2020 in de bladen verscheen. Parmantig keek hij, gezeten achter zijn witte klavier en gestoken in een helblauwe coltrui, in de lens terwijl zijn vingers op de toetsen liggen. Aan de houding van de vingers kun je zien dat hij geen noot speelt. Het is een en al pose.
Dat in Hugo de Jonge een poseur schuilt zagen we al op de eerste dag van zijn ministerschap toen hij na de beëdiging op Paleis Noordeinde alle aandacht wegtrok van koning Willem-Alexander en de kersverse collega’s door een paar bizarre clownsschoenen, waarmee hij ook nadien nog veelvuldig de focus op zich gericht wist.
Hoewel ik graag slechte eigenschappen van mensen blootleg en aan de kaak stel -wie niet?- was het toch niet de gedachte ‘wat een ijdele poseur’ die als eerste in mij opkwam bij het zien van die foto. Ook al omdat ik, anders dan velen, een zekere sympathie koester voor die man. Terwijl om hem heen de ene bewindspersoon na de ander bezwijkt onder de druk van regeringsverantwoordelijkheid gaat Hugo de Jonge fier voorwaarts, stormen van kritiek trotserend en kennelijk bestand tegen ridiculiserende opmerkingen over zijn zonnebankhoofd, zijn altijd goed gecoiffeerde manen, de te strakke jeans en die maffe schoenen. Zoiets dwingt respect af.
Of zijn bestuurlijk handelen geslaagd of een mislukking is valt pas te goed te beoordelen in retrospect, na de parlementaire enquête over het coronabeleid van Rutte-III. Uit eigen ervaring weet ik hoe moeilijk openbaar bestuur kan zijn als je voor situaties zonder precedent komt te staan. ‘In het donker varen op een oceaan in dichte mist zonder kompas’ noemde premier Rutte het. ‘Kijken in een gat net zo zwart en diep als de kunstwerken van Anish Kapoor’ heb ik het ooit genoemd. Makkelijke kritiek is aan mij niet besteed. Ik geef Hugo de Jonge het voordeel van de twijfel.
Mijn sympathie voor de minister werd verder aangewakkerd door het interview bij de pianofoto:
“Ik denk dat de politiek ervan zou opknappen als de aanmoediging verantwoordelijkheid te nemen groter is dan de afstraffing als dingen verkeerd uitpakken. Als er in een Kamerdebat niets aan oplossingen wordt bereikt is dat ongezond. We hebben inmiddels achttien fracties in de Kamer en als een Kamerdebat niet meer is dan steeds luidruchtiger achttien keer de groetjes doen aan de eigen achterban, geformuleerd in bijtende verwijten en botte beledigingen, dan zijn we ver van huis.”
Die zat!
Terug naar de foto. Wat ik zag was niet zozeer een poseur, als wel een boodschapper. Hugo de Jonge wilde iets overbrengen. Hij wilde iets rechtzetten. Hij maakte een tijdje geleden een grote fout toen hij volstrekt onnodig de hele cultuurwereld tegen zich in het harnas joeg met zijn stelling dat het gemis van voorstellingen en concerten makkelijk op te vangen was door af en toe een dvd’tje aan te zetten. Had ik de kans gehad zou ik hem gevraagd hebben of dezelfde redenering ook gold voor de sekswerkers die wel weer aan de slag konden. Je kunt toch ook naar Pornhub kijken?
De Jonge zal begrepen hebben dat hij met de cultuurwereld een vredespijp moest roken. Zijn karakter gaf hem in dat subtiel en met trots te doen, zonder tekst, zonder excuses, zonder door het stof te gaan voor zijn botte bejegening van kunstenaars en cultuurliefhebbers. Beelden zeggen meer dan woorden, moet hij bedacht hebben. Het interview met De Volkskrant bood een unieke kans. Die krant wordt in de beledigde sector goed gelezen.
Zo kwam het dat Hugo de Jonge plaatsnam voor zijn piano, om te tonen dat zijn culturele hart echt wel op de goede plaats zit en hij niet alleen de man is van de dvd, maar ook van de echte muziek. Sterker nog, hij is zelf een uitvoerend artiest. Met Hugo de Jonge zit de kunst- en cultuurwereld gebeiteld. Hij droomt al van het ministerschap van OCW in Rutte IV (dat er overigens niet komt). ‘Als Halbe Zijlstra dat kan, kan ik het zeker’ ging er door zijn hoofd. Kunstzinnig beeldje op de vloer, elegant bustetje op de piano en afdrukken die prent!
Nu nog de witte Yamaha vervangen door een zwarte en een wat complexere partituur op de lessenaar met de vioolsleutel links boven, dan komt het helemaal goed. Zoals het met mij en dat paardenzadel ook dik in orde is gekomen.