Als u dacht dat 2021 erg was: we krijgen een D66-minister als opvolger van Hugo de Jonge. Wie het is weten we nog niet maar een verbetering kan het allemaal niet worden. Het probleem is natuurlijk dat het technocratische bestuurdersliberalisme waar D66 de krachtigste politieke uiting van is namelijk nogal slecht is in het aanpakken van de problemen waar we mee geconfronteerd worden.
In de eerste plaats gelooft de D66’er namelijk dat politieke verandering van boven komt. Als het systeem maar slim genoeg is ingericht dan volgen de mensen van zelf, denken ze. Als je maar genoeg instituten met verstandige mensen bouwt (en veel consultants) dan komt alles goed. Maar deze crisis laat juist groot institutioneel falen zien. Kijk maar eens hoe het RIVM aan het schutteren is: dan zijn mondkapjes weer ‘schijnveiligheid’, dan moeten we weer overal de kapjes op. Dan wel weer scholen dicht, dan niet. Veel te laat komen met het idee dat Long Covid misschien toch een dingetje gaat worden. The list goes on.
Over instutioneel falen gesproken: het ministerie zelf kan er ook wat van. We zijn het traagste jongetje van de klas met prikken, er werden miljarden verspilt aan shady deals met ondernemers en tot overmaat van ramp hebben de ambtenaren niet eens de tijd om al hun falen weg te lakken om te voldoen aan alle WOB-verzoeken, dus wordt journalisten verteld dat ze dan maar de tering kunnen krijgen. Het ministerie is één grote puinzooi. Ook de overmatig gebureaucratiseerde zorg kraakt en piept. Onherstelbaar met managementprocessen verbeterde overheidstaken is très D66.
Daarnaast zijn er nog wat andere problemen. D66 heeft geen medisch-ethische ondergrens (orgaanrovings, ouderen onder druk zetten om ‘dan maar’ het spuitje aan te vragen, abortusrecht als graadmeter van beschaving zien, enzovoort enzovoort). Niet helemaal de mensen die je over oma moet laten beslissen.
Het wordt daarnaast steeds duidelijker dat de omgang met het virus gaat neerkomen op een aanscherping van onze maatschappelijke normen op het gebied van hygiene: niet meer knuffelen en ongevraagd driekussen, mondkapjes op in het OV, minder rochelen en kuchen…
Maar D66 gelooft niet in normen en waarden omdat de partij de permanente puberteit van de postmoderne mens die tegen ‘regels en hokjes’ is aanhangt. Nee, volgens de clueloze spreadsheetrakkers van de sociale pseudowetenschappen moet je gedrag niet vastleggen in normen en taboes, maar ‘nudgen’ – ofwel met positieve prikkels versterken. Zoals zonnetjes positieve bedankjes op prullenbakken schilderen in plaats van aso’s te vertellen dat ze hun redbullblikjes niet op straat moeten pleuren. Zo werkt de mens natuurlijk niet. Maar goed, het soort lui dat dat wel gelooft komt nu wel aan de knoppen van het belangrijkste ministerie in crisistijd.
Happy happy joy joy. Fijn 2022 allemaal rakkers!
Lees meer van Constanteyn Roelofs: