Boze commentaren in de media en van bozer burgers: hoe kan Sigrid Kaag (D66) nou minister van Financiën worden terwijl ze helemaal niet voor rekenen heeft doorgeleerd en waarom gaat Wopke Hoekstra (CDA) nou Buitenlandse Zaken doen terwijl Kaag dat veel beter kan? Waarom wordt Dilan Yeşilgöz-Zegerius (VVD), bekend van WNL en Powned, minister van Veiliheid en Justitie terwijl ze nog nooit een wetboek van binnen heeft gezien?
Staatsrechtelijk gezien is er niet zoveel mis: ministers zijn immers dienaren van de kroon die het land in zijn naam bestieren en die niet zozeer op de inhoud hoeven worden uitgezocht, als wel hun loyaliteit aan het vaderland, de courante verhoudingen in de Kamer en nog meer van dat soort gedoetjes. Als ze maar een beetje leiding kunnen geven aan de ambtenaren van hun departement.
Dat is natuurlijk een veel te genuanceerd en D66-erig antwoord, maargoed. En ‘hunnie hebben niet opgelet bij staatsinrichting’ voldoet ook niet helemaal als verklaring.
Nee, ik heb stiekem het gevoel dat er iets fundamenteel raars is aan de zaak dat je in Nederland overal iets heel specifieks voor gestudeerd moet hebben. In de Etos heb je al gediplomeerde Priscilla’s achter de kassa en good luck als je in Nederland meer dan minimumloon wil verdienen in loondienst zonder perkamentje met een krabbel erop.
Zelfs bij Kamerleden lijkt het er steeds meer op dat je gewoon netjes iets als bestuurskunde moet hebben gedaan (en uiteraard al vanaf je vijftiende flyeren voor van die tandpastaglimlachgriezelbuskidsclubs als de JOVD) om nog een kansje te maken. Ook voor de politiek kun je tegenwoordig studeren. Wij leven, zo schrijven ze dan in de verstandige kranten, in een ‘Diplomacratie’. De HR-afdeling heeft het land overgenomen en iedereen bepaalt zijn relatieve maatschappelijke positie aan de hand van de letters BA, Msc. of MBA achter de naam. Het is dus wel raar dat het dan voor minister ineens niet heel veel meer uitmaakt.
Misschien heeft die verwonderde boosheid over het geshuffle met ongekwalificeerde ministers ook een beetje te maken dat die diplomacratie eigenlijk een beetje een zwak systeem is. We hebben ons in Nederland tot doel gesteld dat de helft van de bell curve hoger opgeleid moet worden, ook al betekent dit dat mensen die vroeger nog maar met moeite door de LTS kwamen nu met een diploma Leisure Management of iets anders totaal zwakzinnigs naar de hogere sferen van hoogopgeleide bourgeoisie gekatapulteerd worden.
Daar klopt natuurlijk niets van: het is één grote scam. Dat blijkt op twee momenten. Namelijk a) op het moment dat je met je gave en dure diploma in de International Studies/Ervaringsdeskundige/Women’s Studies alleen terecht kan bij de Starbucks en b) op het moment dat je merkt dat er bij kartellista’s die de boel runnen helemaal niet op studies wordt gelet, maar meer of ze bij de Shell gewerkt hebben of dat ze lid zijn geweest van de juiste partijgremia en studentenverenigingen.
Op dat eerste kun je goed boos worden: dan kun je leuke stukken schrijven voor de Groene Amsterdammer over onrecht of meelopen met een demonstratie tegen ‘het kapitalisme’. Op het tweede kun je ook boos worden juist als je niets hebt gestudeerd en je nergens aan de bak komt omdat de computer nee zegt als je geen hbo’tje hebt afgerond, of juist als je je jarenlang in het zweet hebt gewerkt voor een diploma en je nog steeds maar moeilijk rond kan komen in hyperinflatia: al met al kan iedereen – met en zonder papiertje – boos worden dat onze minister van Financiën niet kan rekenen maar wel precies weet waar de knop van de subsidiekraan zit.
Lees meer van Constanteyn Roelofs: