Nog 389 dagen tot 15 maart 2023. Dan maken de verkiezingen voor de Provinciale Staten en de Eerste Kamer een einde aan het te lange bewind van VVD en D66 en hun junior partners CDA en CU. ‘Beware the Ides of March’ schreef Shakespeare al in zijn ‘Julius Caesar’.
Van toepassing voor vandaag is een tweede citaat uit de mond van Brutus, die eerst zichzelf ziet als Redder des Vaderlands, maar dan – kon Rutte dat maar! – beseft dat zijn tijd voorbij is:
“There is a tide in the affairs of men, which, taken at the flood, leads on to fortune; Omitted, all the voyage of their life Is bound in shallows and in miseries.”
Nog geen maand terug in het Torentje, en nu al drie misères voor Rutte. Een nieuwe minister van Onderwijs die in de Kamer wordt geconfronteerd met het schandelijke gedrag van het ROC Nijmegen dat docent Paula van Manen eerst schorste en daarna ontsloeg omdat ze een boekje had geschreven: ‘Wanneer krijgen we weer les?’ met kritiek op onzinnige onderwijs-modes die van bovenaf door schoolmanagers verplicht en overhaast worden ingevoerd.
De zaak speelt sinds 2019 en Paula van Manen heeft al 40.000 euro schadevergoeding gekregen maar wil liever haar baan terug. Onderwijsspecialist Harm Beertema zei tegen minister Dijkgraaf: ‘Deze casus staat symbool voor de autoritaire cultuur waarin de colleges van bestuur, ondersteund door een batterij van juristen, nota bene betaald uit de lumpsum, het opnemen tegen een eenzame individuele leraar die het waagt om kritisch te zijn ten aanzien van vernieuwingsbeleid dat erdoor gedramd wordt tegen alle rationaliteit in.’
De nieuwe minister weigerde twee keer om te helpen: ‘Er zijn op dit moment bij mij geen signalen dat de besturen daar de vrijheid van meningsuiting beperken’. Hij bleef dus de managers van het ROC steunen en ontpopte zich als een slechte regent die slaafs zijn ambtenaren volgt, ook als ze het mis hebben. Zoveel verwachtingen van een nieuwe start bij Onderwijs en toch na een paar weken al weer teleurgesteld.
Nog een tweede teamlid van Rutte-IV met een valse start. Minister Kuipers leert via onderzoek van de NOS – niet een spreekbuis voor een oppositiegroep, maar een semiofficiële nieuwsverzorger – dat in 2020 ambtenaren essentiële teksten hebben veranderd in adviezen van het RIVM over mondkapjes als bescherming tegen covid-19. Nederland was heel slecht voorbereid en de ambtenaren meenden dat ze de ziekenhuizen moesten steunen met hun claim op alle beschikbare mondkapjes door in de RIVM-teksten in te voegen dat mondkapjes in de verpleeghuizen niet zo nodig waren.
Verschillende leden van het officiële RIVM-team maken nu hun afschuw duidelijk over deze noodlottige verminkingen van hun andersluidend advies, maar minister Kuipers dekt zijn ambtenaren en beweert dat er niet is geknoeid maar dat ambtenaren alleen hielpen met ‘verduidelijkende vragen’. De onafhankelijkheid van het OMT wordt daarbij ‘totaal niet aangetast’, aldus de minister.
Regent Kuipers spreekt hier een onwaarheid – hoogstwaarschijnlijk zelfs een leugen, omdat hij toen als hoofd van een groot ziekenhuis zelf de schaarse mondkapjes met kracht opeiste ten koste van de verpleeghuizen en dus heel goed op de hoogte moet zijn geweest. Hoogleraar gezondheidsrecht Jaap Sijmons: ‘Ik denk dat hier zelfs de wet geschonden wordt. Daarin staat dat de minister zich niet moet bemoeien met de wetenschappelijke methode van het RIVM. Daar moet hij echt van afblijven. Dat is hier niet gebeurd.’
En deze week een derde misère, voor verantwoordelijkheid van het interim-kabinet van vorig jaar. Pakistan International Airways bood in september een vlucht aan uit Kabul, maar Nederland weigert, met als enige argument dat nu nog in de stukken te vinden is dat 300 paspoorthouders in één vlucht zo’n belasting zijn voor de opvang hier.
Wat deze drie misères gemeen hebben is dat het daarbij niet – zoals vaak in de politiek – gaat over kwesties van inkomens of geld. De SP vindt de VVD de partij van de rijkaards; de VVD ziet de SP als financieel onzinnig. Wie dan in het vuur van de strijd de woorden ‘goed’ of ‘slecht’ gebruikt, laat zien dat hij met hartstocht deelneemt aan het debat, maar niet – hopen we – dat wie anders denkt moreel ‘slecht’ is.
Milieuactivisten kunnen hun tegenstanders zien als ‘slecht’, maar bedoelen dan – hopen we – ‘fout ingelicht’ en ‘eigenwijs over onderwerpen waar ze beter kunnen vertrouwen op deskundigen’. Maar bij dezen drie misères is ‘slecht’ absoluut van toepassing in de morele zin. De feiten liggen op tafel, maar de twee ministers Dijkgraaf en Kuipers houden hun rug niet recht. De Taliban vermoordt, maar een ambtenaar vindt het te veel gedoe om driehonderd landgenoten in een keer te helpen.
Rutte laat zich voorstaan op zijn rijke ervaring in het besturen. Dan zou hij best collega’s Dijkgraaf en Kuipers kunnen helpen om hun morele misstappen alsnog te herstellen. En hij zou de rechtschapen Jaap de Hoop Scheffer (oud-minister, oud-hoofd van de NATO, oud-hoogleraar) kunnen vragen om de nieuwe, onervaren minister van Buitenlandse Zaken te adviseren over de nodige ingrepen in dat departement. Dat kost geen geld, en is niet in strijd met enig regeerakkoord.
De winst is dat schrijfster Paula van Manen en haar talrijke volgers op Twitter zien dat er recht komt in haar zaak tegen de managers van het ROC-Nijmegen. En dat de duizenden Nederlanders die oudere familieleden hebben verloren in de eerste maanden van 2020 vertrouwen krijgen in het onderzoek naar het covid-beleid. En dat Buitenlandse Zaken na de ellende in Afghanistan van vorig jaar weer gaat streven naar een professioneel niveau.
Herstel van vertrouwen komt niet van snel en soepel praten in tv-shows – was dat het recept dan had Mark Rutte nooit zo veel glans verloren. Rutte weet dat een paar Kamerleden van de oppositie (Pieter Omtzigt, Renske Leijten, Harm Beertema en andere collega’s die ik – sorry – nog niet op het netvlies heb) de ministers aanpakken op gebroken beloftes en morele misstanden. Dat moet de premier zelf ook doen. Maar als de makke schapen van VVD, D66, CDA en CU de fouten blijven vergoelijken, en Rutte zich daarachter blijft verschuilen, dan zullen veel teleurgestelde kiezers het opgeven en de dagen aftellen tot 15 maart van volgend jaar.
Lees meer van Eduard Bomhoff:
Deze column verscheen eerder op Wynia’s Week. De onafhankelijke berichtgeving van Wynia’s Week wordt mogelijk gemaakt door de donateurs. Steunt u ook deze broodnodige, ongebonden journalistiek? Graag! Doneren kan op verschillende manieren. Lees HIER. Hartelijk dank!