De Turkse president Erdogan is in Saudi-Arabië voor een staatsbezoek en een ontmoeting met kroonprins Mohammed bin Salman. De twee hadden in april al eens telefonisch met elkaar gesproken, maar de fysieke ontmoeting markeert een keerpunt in de moeizame relatie tussen de twee landen. Het lijkt erop dat Turkije door de economische malaise definitief afscheid neemt van de harde lijn die het de afgelopen jaren nam tegenover de Saudi’s.
De moeilijkheden begonnen met de moord op de Saudische journalist Jamal Khashoggi in 2018. Khashoggi, zelf een gevestigde stem in Saudi-Arabië, had zich in de voorgaande jaren ontpopt als criticus van de Saudische regering. Hij moest uitwijken naar het buitenland, maakte plannen om te trouwen met zijn Turkse verloofde. In Ankara werd hij onder valse voorwendselen de Saudische ambassade ingelokt, en vermoord. President Erdogan gaf tijdens de daaropvolgende diplomatieke rel de Saudische leiders de schuld, en Mohammed bin Salman werd door analisten aangemerkt als hoofdverdachte. Khashoggi was onder andere tegen de Saudische oorlog in Jemen, een conflict waar Mohammed bin Salman een grote rol in speelde. Ook was hij kritisch op de Wahabitische vorm van de islam die in Saudi-Arabië aan de bevolking wordt opgelegd.
Na het telefoongesprek in april werd echter duidelijk dat Turkije geen intenties had om de moord nog langer in de weg van betere relaties te laten staan. De Saudische staat had in 2019 een aantal van de vermeende moordenaars veroordeeld, maar deed alsof ze uit zichzelf handelden zonder instructies van hogerop. Bij het huidige staatsbezoek lijkt Khashoggi geen rol meer te spelen. De twee landen maken duidelijk dat ze streven naar een hechtere samenwerking op het gebied van economische investeringen, energie en defensie.
De grote reden voor de Turkse ommezwaai is de economische malaise waarin het land verkeert. De inflatie loopt op tot 70 procent, en het land kampt met een werkloosheid van (officieel) 14 procent. Er zijn duidelijk buitenlandse investeringen nodig om de economische situatie te verbeteren. Daarnaast kan Turkije een verlaging van de brandstofprijzen goed gebruiken. Het land produceert zelf bij lange na niet genoeg olie voor de eigen consumptie.
Bij al deze kwesties kan Saudi-Arabië uitkomst bieden. Zo staat het land ook onder druk van de Verenigde Staten om de olieproductie te verhogen, en zal het genoeg inkomsten hebben om in de Turkse economie te investeren. Een aankoop die de Saudi’s zeker willen doen, is een vloot van de Turkse Bayraktar-drones. Het koninkrijk heeft op jaarbasis meer dan 63 miljard dollar uit aan defensie, en voert continue bombardementen uit in Jemen.
Zo lijkt Saudi-Arabië toch als de winnaar tevoorschijn te komen gedurende wereldwijde spanningen. In juli zal president Biden het koninkrijk bezoeken, en veel van dezelfde problemen hebben die Turkije ook heeft. De hoge inflatie en brandstofprijzen zullen ervoor zorgen dat het koninkrijk zich voorlopig geen zorgen hoeft te maken om buitenlandse kritiek. Tegelijkertijd profiteert het indirect van een conflict waar de rest van de wereld alleen maar pijn van lijdt.