Het CBS en ministerie van Justitie hebben als onderdeel van de Veiligheidsmonitor een enquête gehouden onder 173.000 Nederlanders van 15 jaar en ouder, met de vraag of ze het afgelopen jaar zijn gepest. In totaal gaf 2 procent van de ondervraagden aan het slachtoffer te zijn geweest van pestgedrag. Dit zou betekenen dat onder de gehele bevolking van 15-plussers bijna 240.000 mensen last hadden van pesten. De jongere leeftijdscategorieën maakten vaker melding van pesten dan ouderen. Homoseksuelen maakten vaker melding van pestgedrag dan lesbiennes, en biseksuele mannen en vrouwen zaten hier tussenin. Al deze groepen maakten vaker melding dan heteromannen- en vrouwen.
Bijna de helft van de slachtoffers gaf aan enkel te maken te hebben met wat het onderzoek ”traditioneel pesten” noemt. Dat wil zeggen met pesten in levende lijve. 31 procent had juist alleen last van pestgedrag als ze online waren. 19 procent had van beide vormen last. Jongeren hadden meer last van online pesten dan ouderen. Zoals te verwachten was gaven jongeren ook het vaakst aan dat het pestgedrag kwam van een medescholier- of student. Ouderen werden juist het vaakst gepest in de buurt waar ze wonen. Bij 58 procent van de slachtoffers zorgt het pesten voor mentale klachten. Zo hebben veel mensen minder vertrouwen in de medemens, voelen ze zich minder veilig en hebben ze last van depressieve klachten.
Bij 69 procent van de mensen was de dader van het pestgedrag bekend. Vooral wanneer het pesten online plaatsvond was de dader vaak een vreemde. Mensen die bij anderen melding maakten van het feit dat ze gepest werden, deden dit vooral bij naaste familie. 16 procent van de slachtoffers deed afgelopen jaar aangifte bij de politie vanwege pestgedrag.
