Door: Jan Omvlee, TPO- Voor het eerst heeft een Kamermeerderheid zich uitgesproken voor het maken van excuses voor het Nederlandse slavernijverleden. Kamerleden van de partijen die in augustus een reis maakten naar Suriname, Curaçao en Bonaire schrijven nu in een brief dat het kabinet excuses moet maken namens de Nederlandse Staat.
De voorstanders van excuses zijn D66, CDA, GroenLinks, PvdA, SP, ChristenUnie, Volt en BIJ1. In de brief schrijven ze dat 2023 een belangrijk jaar kan worden omdat het dan 150 na de definitieve afschaffing van de slavernij in het Caribisch deel van het Koninkrijk is. Niet 1863, maar 1873 dus. De schrijvers adviseren het kabinet om een speciaal fonds op te richten voor het herdenkingsjaar, en om projecten en initiatieven te steunen in het kader van de herdenking.
Ook moet er volgens de partijen een ”gezamenlijke canon van het Koninkrijk der Nederlanden” komen, waarin ”meerdere perspectieven” worden behandeld. Zo moet er meer aandacht komen voor ”de helden die zich verzet hebben tegen de slavernij”.
Daarnaast moeten er ”langdurige en duurzame educatieve programma’s” komen voor het onderwijs over en onderzoek naar het koloniale- en slavernijverleden. Het slavernijverleden moet worden gezien als onderdeel van het koloniale verleden. Dat laatste is kennelijk nog niet voldoende het geval.
Verder moet er een einde komen aan de visumplicht voor Surinamers die naar Nederland willen komen, en moeten er beperkingen weg worden genomen voor Surinamers die in Nederland willen studeren.
De VVD, PVV en JA21 waren niet mee geweest op de reis.
