Door: Jan Omvlee, TPO- De Nederlandse overheid moet stevig gaan lobbyen in Brussel, om zo geld los te krijgen voor de zogeheten Lelylijn, dat schrijft RTV Noord. Dit project moet een directe spoorverbinding tot stand brengen tussen Groningen, Friesland, Flevoland en Amsterdam, maar daar is veel geld voor nodig.
Minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat heeft in juli een verzoek ingediend bij de Europese Commissie, om de Lelylijn te steunen in het kader van het ”TEN-T” netwerk. Dit project bestaat uit een aantal kansrijke Europese spoorverbindingen, die vanuit Brussel subsidie kunnen krijgen. Het probleem is echter dat Nederland van de Lelylijn wel eerst een echt Europees project moet maken. Hiervoor was een uitbreiding naar Duitsland voorgesteld.
Het plan om de lijn door te trekken met een verbinding tussen Groningen en Bremen, lijkt echter stuk te lopen op Duitse scepsis. Er zou te weinig potentiële reizigers zijn die vanuit Bremen naar Nederland willen komen, of andersom. Daarnaast zijn er nog genoeg andere Europese projecten die meedingen naar de miljarden in de subsidiepot.
De provincies Groningen, Drenthe en Friesland lobbyen ook gezamenlijk in Brussel, om zo sterker in de schoenen te staan. Ook bij Mara Bubberman, de Brusselse lobbyist voor Noord-Nederland, staat de Lelylijn al langer op de agenda. Zij zegt dat het project de verbinding in Noordwest-Europa ”een flinke duw in de rug” kan geven.
De aanlegkosten van de Lelylijn worden momenteel geschat op 5 tot 10 miljard euro. Het kabinet heeft hiervoor 3 miljard begroot, en de rest zou betaald moeten worden door de provincies, als er geen andere fondsen beschikbaar komen. Het Europese geld zal dus hard nodig zijn. Volgende week komt het onderwerp voorbij op een Europese top van de transportraad in Praag, maar aanpassingen aan het TEN-T netwerk zullen pas in de loop van volgend jaar door het Europees Parlement geloodst worden. Het lobbyen gaat nog even door.