In 2022 werden 17.500 jongeren tussen de 12 en 18 jaar door de politie verdacht van een misdrijf. Opvallend genoeg betrof het bij ruim een kwart van deze verdachten een meisje. Dit percentage meisjes onder de verdachten was nooit eerder zo hoog. Dit blijkt uit de Monitor Jeugdcriminaliteit van het WODC in samenwerking met het CBS.
Hoewel het aantal verdachte jongens nog altijd hoger ligt dan het aantal verdachte meisjes, was de stijging van het aantal verdachte meisjes in 2022 met een toename van 42% opmerkelijk.
Daarnaast toont het onderzoek aan dat in 2022 bijna de helft van de verdachte winkeldieven tussen 12 en 18 jaar meisjes waren, een stijging van 70% vergeleken met het voorgaande jaar.
De totale jeugdcriminaliteit zag een opmerkelijke geografische verdeling. In 2022 woonde 40% van alle verdachten van 12 tot 18 jaar in één van de 25 grootste gemeenten van Nederland. Amsterdam had het hoogste aantal minderjarige verdachten met 25 per duizend minderjarige inwoners.
In contrast hadden Breda en Apeldoorn, van de 25 grootste gemeenten, het laagste aantal minderjarige verdachten.
In de Biblebelt werden het minste aantal jongeren verdacht van een misdrijf. De gemeenten Bunschoten, Rijssen-Holten en Hardinxveld-Giessendam hebben het laagste aantal jeugdcriminelen van Nederland.