Na jaren van debat en politieke strijd is het correctief bindend referendum een stap dichterbij in Nederland, meldt het AD. De Eerste Kamer stemt dinsdag over het voorstel van de volksraadpleging, die als een ‘noodrem’ wordt beschouwd voor onpopulaire wetten. Tijdens het debat vorige week over een correctief bindend referendum tekende zich een ruime meerderheid af voor het plan.
Het referendum wordt door diverse staatscommissies en experts gezien als een waardevolle aanvulling op de parlementaire democratie. In het voorstel zijn wetten die betrekking hebben op belastingen, internationale verdragen, het koningshuis en de grondwet uitgesloten. Maar verder biedt het referendum de bevolking de mogelijkheid om door het parlement aangenomen wetten te herroepen. Wel dienen dan minimaal vier miljoen Nederlanders zich via het correctief bindend referendum tegen een wet uit te spreken. Het correctief bindend referendum belooft een belangrijke stap te zijn in het versterken van de burgerparticipatie en het verbeteren van de representativiteit van de democratie in Nederland. Er zijn echter nog complexe discussies te verwachten, met name over de details van de uitvoeringswet, zoals de benodigde handtekeningen en opkomstpercentages, voordat dit referendum een werkelijkheid wordt.