(Mike Corder, Voorburg, AP, 20 november 2023) – Blikken vis, potten pastasaus en zakken bonen staan opgestapeld in blauwe kratten. Vlees, zuivel en brood worden koud gehouden in een enorme vriezer en een inloopkoelkast in deze welvarende Nederlandse stad. De voorraden zijn aanwezig om de nieuwe armen te voeden in een van de rijkste landen ter wereld.
Hulpbehoevende gezinnen staan in de rij voor een aalmoes bij voedselbanken in heel Nederland, wat onderstreept hoe armoede wortel schiet, zelfs in gezinnen uit de lagere middenklasse. En waarom de aanpak ervan een belangrijk thema is geworden bij de parlementsverkiezingen van aanstaande woensdag.
Als het nog erger wordt, “dan wordt het echt een schandaal voor de samenleving,” zegt Rob Kuipers, een 70-jarige gepensioneerde hoge ambtenaar die voorzitter is van de lokale voedselbank in Leidschendam-Voorburg, op fietsafstand van het parlement in Den Haag.
De kosten van levensonderhoud, een chronisch tekort aan sociale en betaalbare woningen en beperkte toegang tot betaalbare gezondheidszorg. Ze zijn in verkiezingscampagnes bekend geworden onder de verzamelnaam “bestaanszekerheid”. Het is een onderwerp dat alle partijen in hun verkiezingsprogramma’s aan de orde stellen.
“We hebben lange tijd mensen gehad die in armoede leefden, maar dit was altijd, relatief gezien, een kleinere groep en een vrij marginale groep en nu heeft dit zich uitgebreid naar de lagere middenklasse. En dat is, denk ik, de reden waarom we er nu zoveel over praten,” zegt Maurice Crul, professor sociologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
“Dit was altijd een onderwerp dat de progressieve of de linkse partijen op de agenda zetten,” voegt hij eraan toe. “Maar nu zie je dat ook populistische rechtse partijen en de middenpartij dit groots op de agenda zetten.”
Die middenpartij wordt verpersoonlijkt door Pieter Omtzigt, een voormalig christendemocraat die afgelopen zomer het Nieuw Sociaal Contract oprichtte. Zijn peilingen zijn al zo hoog dat hij een sleutelrol zal spelen in coalitiebesprekingen zodra de stemmen zijn geteld.
Na jarenlang campagne te hebben gevoerd voor gemarginaliseerde leden van de samenleving en regeringsschandalen aan het licht te hebben gebracht, is het aanpakken van armoede een van zijn twee belangrijkste campagnethema’s.
“Er is een lange lijst van dingen die we moeten doen om die crisis in de kosten van levensonderhoud aan te pakken,” vertelt hij verslaggevers op een campagne-evenement.
“We zullen de primaire levensbehoeften betaalbaar maken”, staat in het manifest van zijn partij, met maatregelen zoals het hervormen van de belasting- en welzijnsregels om mensen meer besteedbaar inkomen te geven.
De centrumrechtse Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, of VVD, van aftredend premier Mark Rutte – traditioneel gezien als een partij voor de rijken en een voorstander van de vrijemarkteconomie – belooft ook te helpen.
“Om ervoor te zorgen dat mensen die fulltime werken de eindjes aan elkaar kunnen knopen, zullen we het minimumloon verhogen”, staat in het partijprogramma. “Om armoede onder kinderen aan te pakken, zullen we gezinnen met kinderen gerichte steun geven.”
Een centrum-links tweepartijenblok onder leiding van voormalig EU-klimaatchef Frans Timmermans stelt een aantal van dezelfde oplossingen voor. Het pleit voor een verhoging van het Nederlandse minimumloon naar 16 euro per uur. Voor werknemers ouder dan 21 jaar is het huidige minimum 12,79 euro voor een 36-urige werkweek.
Voor sommige werknemers en voor anderen die van een uitkering leven, is dat niet genoeg.
De nationale koepelorganisatie van 176 Nederlandse voedselbanken zegt dat ze in totaal 38.000 huishoudens – 100.000 mensen – per week bedienen en dat 1,2 miljoen mensen onder de armoedegrens leven. Dit aantal is iets lager dan een jaar geleden, toen de inflatie in Nederland en de rest van de wereld de pan uit rees.
Nog maar 18 maanden geleden had de voedselbank in Leidschendam-Voorburg, een gemeente met zo’n 78.000 inwoners die onlangs op de vijfde plaats eindigde in een onderzoek naar de meest ‘leefbare’ steden in Nederland, 140 klanten.
Dat aantal steeg naar 250 toen een crisis in de kosten van levensonderhoud de wereld overspoelde en ook het rijke Nederland niet spaarde. “Die 250 huishoudens zijn goed voor 700 mensen”, zegt Kuipers.
Het werkelijke aantal mensen op de armoedegrens kan veel hoger liggen. De voedselbank Leidschendam-Voorburg waar Kuipers leiding aan geeft, schat dat het werkelijke aantal mensen dat in aanmerking komt voor voedselhulp wel eens twee tot drie keer zo hoog zou kunnen zijn.
Nu wacht hij af hoe de verkiezingen uitpakken en welke nieuwe constellatie van partijen het land gaat besturen.
Partijprogramma’s “staan vol mooie woorden en relatief weinig precieze daden,” zegt hij.
Hij is benieuwd “hoe die mooie woorden worden omgezet in concrete daden” na de verkiezingen.