Een federaal hof van beroep heeft op dinsdag een bevel uitgevaardigd dat voorkomt dat de staat Texas migranten arresteert die ervan verdacht worden illegaal de Verenigde Staten binnen te komen, zoals gemeld door verschillende media, waaronder Associated Press.
Texas had de wens dat staatsofficieren, in plaats van alleen federale agenten, de bevoegdheid zouden hebben om op te treden tegen mogelijke illegale migranten, meldt het ANP. Deze mogelijkheid wordt in ieder geval voorlopig belemmerd door de beslissing van het hof van beroep.
Eerder op de dag had het hooggerechtshof van Texas toestemming gegeven om op basis van eigen wetgeving op te treden tegen de stroom van immigranten die de grens met Mexico oversteken. De Texaanse grens met Mexico strekt zich ongeveer 2000 kilometer uit en vormt de helft van de grens tussen beide landen.
Het hooggerechtshof verwierp het verzoek van de regering-Biden om de wet niet van kracht te laten worden. De regering betoogde dat alleen de federale overheid, en niet individuele staten, autoriteit heeft over immigratiezaken. De regering beschuldigde Texas van het schenden van de grondwet met hun eigenzinnige optreden.
De wet geeft de mogelijkheid om mensen die schuldig worden bevonden aan het illegaal oversteken van de grens een straf op te leggen van 180 dagen tot 20 jaar gevangenisstraf. Voordat deze straffen worden opgelegd, moeten de betrokkenen eerst bevolen worden om terug te keren naar Mexico; de zwaarste straffen zijn voor degenen die weigeren dit te doen.
De Republikeinse gouverneur van Texas, Greg Abbott, beschuldigt de Biden-regering ervan niets te doen tegen illegale immigratie, terwijl illegale immigranten nauwelijks strafrechtelijk worden vervolgd door federale autoriteiten.
Daarom besloot Texas eind vorig jaar met een wet dat zij dit zelf gaan aanpakken.