Redactie, TPO, 3 april 2024 – De rechtbank in Arnhem heeft besloten om voorlopig het uitzetten van een derdelander uit Oekraïne te verbieden, meldt het ANP. De man heeft beroep aangetekend tegen de mededeling dat zijn bescherming eindigt en dat hij moet vertrekken.
Totdat er een uitspraak is gedaan, mag hij in zijn opvang in Amersfoort blijven.
Dinsdagavond heeft de Raad van State (RvS) bepaald dat zes andere derdelanders voorlopig hun recht op opvang behouden. Rechters zijn nog bezig met het beoordelen van hun zaken en er zijn vragen gesteld aan de hoogste rechters van de Europese Unie om duidelijkheid te krijgen.
De rechters zijn verdeeld en er zijn onbeantwoorde vragen bij de hoogste Europese rechter. Hoewel de voorlopige voorziening alleen geldt voor de zes individuen, wordt de uitspraak beschouwd als een richtlijn voor anderen in een vergelijkbare situatie. Andere derdelanders, die om voorlopig verblijf verzoeken, kunnen dus waarschijnlijk hetzelfde antwoord verwachten.
Hulporganisatie MiGreat pleit ervoor dat alle derdelanders uit Oekraïne voorlopig in Nederland mogen blijven, inclusief de vluchtelingen die nog in afwachting zijn van een rechterlijk oordeel en de derdelanders die hun uitzetting nog niet hebben aangevochten.
Volgens directeur Roos Ykema is het duidelijk dat deze mensen recht hebben op opvang wanneer ze naar de rechter stappen: “Het is overduidelijk dat deze mensen recht op opvang krijgen als ze naar de rechter gaan. Om hen dan in de tussentijd toch op straat te zetten, is zinloos geweld. Bovendien verspil je als Staat gewoon heel veel geld aan allemaal rechtszaken die toch verloren gaan worden.”
De overheid streeft ernaar dat derdelanders uit Oekraïne asiel aanvragen of Nederland verlaten. Dinsdagavond oordeelde de Raad van State dat zes derdelanders voorlopig mogen blijven omdat er onduidelijkheid heerst over hun juridische positie.
Eerder in september gaf de Raad van State ook al een richtinggevend oordeel. Destijds mocht een derdelander uit Tanzania voorlopig in Nederland blijven in afwachting van een uitspraak.
Als reactie hierop besloot de staatssecretaris van Asiel, Eric van der Burg (D66), dat deze regeling van toepassing was op alle derdelanders, die in Oekraïne woonden met een tijdelijke verblijfsvergunning toen Rusland het land binnenviel.
Nu worden ze verzocht terug te keren naar hun land van herkomst en daar te wachten tot het einde van de oorlog.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) benadrukt de noodzaak van uniforme duidelijkheid en rechtszekerheid met betrekking tot de verblijfsstatus van derdelanders die tijdens de oorlog in Oekraïne naar Nederland zijn gevlucht, na een lange periode van onzekerheid.
Dit komt naar voren na de recente uitspraak van de RvS, die heeft besloten dat derdelanders toch mogen blijven. De VNG merkt echter op dat zelfs deze meest recente uitspraak aangeeft dat de situatie voortdurend verandert.
Hoewel de VNG geen inhoudelijk commentaar geeft op de uitspraak van de RvS, geeft de vereniging wel aan dat ze de uitspraak bestuderen met betrekking tot mogelijke scenario’s binnen het bestaande beleid en de impact daarvan op gemeenten.
De vereniging wacht op een reactie van het ministerie van Justitie en Veiligheid voordat ze verdere stappen ondernemen. Volgens de VNG was het voor gemeenten al moeilijk om te bepalen of derdelanders wel of geen recht hebben op opvang.
Diverse rechtbanken hebben inmiddels uitspraken gedaan waarin is bepaald dat derdelanders die rechtszaken hadden aangespannen, toch mogen blijven.
Hierdoor is het volgens de VNG lastig om in individuele gevallen de juridische verblijfsstatus vast te stellen.