Binnenland

CBS: Meer jongeren ontvingen vorig jaar jeugdhulp, vooral tienermeiden

30-04-2024 12:19

Illustratiefoto

Redactie, TPO, 30 april 2024 –  Zeker 474.000 jongeren ontvingen afgelopen jaar jeugdzorg, een stijging van 10.000 (2,2 procent) ten opzichte van 2021. Dit blijkt uit voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Deze groei is voornamelijk te wijten aan een stijging in jeugdhulp zónder verblijf, vooral onder tienermeiden van 12 tot 18 jaar.

Jeugdhulp zonder verblijf

In datzelfde jaar ontving 1 op de 9 jongeren tot 23 jaar een vorm van jeugdzorg, terwijl het onder jongeren tot 18 jaar ging om 1 op de 7. Het overgrote deel van deze hulp bestond uit jeugdhulp zonder verblijf, waarbij 447.000 jongeren thuis zorg op afspraak ontvingen, zoals individuele of groepstherapiesessies.

Het aantal jongeren dat andere vormen van jeugdzorg ontving, daalde. Zo was er een afname in jeugdhulp met verblijf (-5 procent), ondertoezichtstelling (-15 procent) en voogdij (-10 procent).

Het aantal jongeren met jeugdreclassering daalde ook (-4 procent), hoewel dit aantal ten opzichte van 2022 wel steeg met 2 procent na een langdurige daling.

De stijging in jeugdhulp in 2023 wordt voornamelijk gedreven door een toename van tienermeiden die jeugdhulp zonder verblijf ontvangen. Zo kregen 102.000 meiden van 12 tot 18 jaar deze vorm van hulp, wat een stijging van 10 duizend is ten opzichte van twee jaar eerder.

Het is meteen ook de grootste stijging in elke leeftijdsgroep.

Grote verschillen tussen gemeenten

Het percentage jongeren dat jeugdzorg ontvangt, varieert sterk tussen gemeenten. In Tiel en Veendam kreeg meer dan 15 procent van de jongeren tot 23 jaar jeugdzorg in 2023, wat het hoogste percentage is.

Aan de andere kant was het percentage in Schiedam, Raalte, Maassluis, Schiermonnikoog, Ameland, Staphorst en Vlieland het laagst, met minder dan 6 procent.

Er kunnen verschillende redenen zijn voor de verschillen tussen gemeenten. Gemeenten hebben de vrijheid om zelf keuzes te maken over hoe ze jeugdzorg organiseren, wat kan leiden tot variaties in de beschikbare hoeveelheid en soorten jeugdzorg.

Daarnaast spelen sociaaleconomische factoren een rol, zoals inkomensniveaus, het aantal eenoudergezinnen en de mate van gebruik van zorgdiensten