Redactie, TPO, 15 augustus 2024 – “Als een jager nu toestemming krijgt, waar houdt het dan op?” vroeg de advocaat zich af.
Deze zaak werd aangespannen door een Friese jager die de mogelijkheid wil verkrijgen om op een wolf te schieten als deze een aanval op de schapen van Kees Terpstra in de gemeente Opsterland zou uitvoeren, meldt het ANP.
Eerder waren zowel de korpschef van de politie in Friesland als de minister van Justitie en Veiligheid tegen de aanvraag. De advocaat van de jager, Piet Stehouwer, vindt dat toestemming wel verleend moet worden en argumenteert dat elk dier gelijkwaardig is.
De advocaat van de minister betoogt echter dat een aanval op een paar schapen niet genoeg is om de wolf af te schieten.
Volgens de advocaat van het ministerie worden wapenverloven voor zelfverdediging alleen in zeer uitzonderlijke gevallen verleend. Een aanval op een schapenkudde wordt niet beschouwd als een uitzonderlijk geval, aldus de advocaat.
Hij benadrukt dat er eerst preventieve maatregelen moeten worden genomen, zoals wolfwerende rasters of kuddehonden, en dat een ontheffing bij de provincie kan worden aangevraagd, wat in dit geval nog niet is gebeurd.
Stehouwer weerlegt dit door te stellen dat wolven vaak over de rasters heen springen, zelfs als ze voldoen aan alle vereisten. “Daar zijn voldoende video’s van,” aldus Stehouwer. De advocaat van het ministerie stelt echter dat het nog onduidelijk is of de rasters effectief waren tijdens de aanval in 2022, waarna de aanvraag werd ingediend.
Zelfs als de rasters werkten, vindt de minister het wapenverlof nog steeds buitenproportioneel.
Op de vraag van de rechter of er andere manieren zijn om een wolf tijdens een aanval weg te jagen, antwoordt Stehouwer dat methoden zoals het afschieten van vuurwerk niet effectief blijken te zijn. Dit onderstreept de beperkingen van de beschikbare preventieve maatregelen.
De rechter doet binnen zes weken uitspraak in deze zaak.
