Filmmuseum Eye besteedt met een grote tentoonstelling aandacht aan de Italiaanse filmregisseur Michelangelo Antonioni (1912-2007). Behalve zijn films is een selectie te zien uit zijn privédocumenten, originele scenario’s en brieven van onder meer Alain Delon en Marcello Mastroianni. Ook zijn er schilderijen van Antonioni’s hand te bewonderen.
Wie nooit een film van de Italiaanse regisseur Michelangelo Antonioni heeft gezien heeft nog nooit een film gezien. Als je bereid bent Antonioni’s eigenzinnige filmtaal te accepteren opent hij je ogen als geen ander. Antonioni eist een zekere volwassenheid van zijn publiek en de bereidheid om de onzekerheid en onvoorspelbaarheid van het leven onder ogen te zien.
Alles blijft zoals het is, er verandert weinig tot niets in het leven van de personages die om elkaar heen draaien, veel praten, maar niets zeggen. Zo mogelijk verontrustender: Antonioni is een meester van de anticlimax. Terwijl het verstrijken van de tijd meedogenloos wordt vastgelegd zijn we getuige van een korte periode uit het leven van enkele met elkaar verbonden personages. Veel meer krijgen we niet te zien, gewoon zoals het is, niet meer en niet minder. Het leven van gewone mensen en hun eenzaamheid, apathie en leugens. Mensen die niet in staat zijn hier iets aan te veranderen, wat indirect leidt tot het onvermogen te communiceren.
In La Notte zegt een van de personages terloops: “telkens wanneer ik probeer te communiceren verdwijnt de liefde”. En als ze al communiceren zeggen ze vaak het tegenovergestelde van wat ze bedoelen. Antonioni laat ongegeneerd de laatste restjes hoop en gevoelens zien bij mensen die stuurloos door het leven zwalken. Metaforen voor de wrange desolatie en wanhoop dienen zich bij Antonioni aan via de kleur van het decor, het meubilair van een kamer, de nadruk op objecten in een vreemde omgeving, het naar de voorgrond plaatsen van architectuur en landschap waarin de personages niet zozeer verdwalen maar zich in verliezen.
Nadat in de jaren vijftig in de Po-delta gaswinning voor de broodnodige economische stimulans, industrialisatie en toenemende welvaart zorgt, ontwikkelt zich ook het artistieke filmklimaat van Italië. In tegenstelling tot ondubbelzinnige films over de dagelijkse sleur, zoals in de neorealistische cinema van Roberto Rosselini en Vittorio de Sica, kiest de voormalige filmcriticus Antonioni voor een meer visuele en subjectieve stijl. Hij wil de gevoelens van mensen laten zien die in een tijd van financieel economische voorspoed onveranderd gevangen blijven in een web van persoonlijke crisis, intriges en mislukte relaties. Volgens Antonioni leven we in een samenleving die “gedomineerd wordt door de splitsing tussen de wetenschappelijke vooruitgang en de rigide en stereotype moraliteit. De consequentie hiervan is dat de mens zwaar belast is met emotionele eigenschappen die niet zozeer oud en achterhaald maar vooral ongeschikt en gebrekkig zijn.” Stukje bij beetje schroeft hij vakkundig de mens en zijn gevoelens uit elkaar.
Verpersoonlijking van deze niettemin meeslepend gefilmde observaties is Antonioni’s muze, de actrice Monica Vitti. Zelden een actrice gezien die met één enkele blik zo hartverscheurend de wanhoop en troosteloosheid weet over te brengen. Haar doordringende oogopslag draagt een film als l‘Avventura naar ijle hoogten. Vitti’s personage wil uit alle macht de leegte van haar leven compenseren in haar toenadering tot de verloofde van de in het begin van de film op mysterieuze wijze verdwenen vriendin. Wat volgt is een prachtig geacteerde prelude vol twijfel en wispelturigheid. De kijker in de mangel van elkaar aantrekkende en afstotende karakters.
Een ander hoogtepunt is l’Eclisse. De film opent met een van de meest onthutsende scènes ooit op het witte doek vastgelegd. Intuïtief beweegt de camera door een woonkamer net op het moment dat twee geliefden bezig zijn hun relatie te beëindigen. Er vallen stiltes die ongemakkelijk lang duren en het gevoel van voyeurisme accentueren. Na deze openingsscène wordt l‘Eclisse een spel van contrasten. Tegen een decor van een modernistisch aandoende stad met hermetische wegen en kruisingen waarover amper verkeer rijdt, speelt de omtrekkende liefdesbeweging tussen Vitti en haar nieuwe vlam, een jonge beurshandelaar gespeeld door Alain Delon. Vlak voor het einde van de film verliezen we de nieuwe geliefden zonder enige aanleiding en zonder aankondiging vooraf uit het oog. Ze maken een afspraak waar ze zich allebei niet aan houden. Opeens eindigt de film met beelden van anonieme passanten die op een bus wachten, verlichte straten, een close-up van een lantaarnpaal. l’Eclisse doet onwillekeurig denken aan andere films met een open einde, films die voor velerlei interpretatie vatbaar zijn, films die aantonen dat kunst niet per se uitleg behoeft, films kortom van David Lynch.
Il Deserto Rosso is ongetwijfeld de meest ongenaakbare rolprent van Antonioni. Ogenschijnlijk naargeestig maakt de film die zich afspeelt op het terrein van een chemische fabriek, bij nadere bestudering alsnog een gedenkwaardige indruk. Puur om artistieke redenen werkt Antonioni voor het eerst met kleur. Personages en de raadselachtigheid van de gebeurtenissen waar ze mee te maken krijgen, gaan op in betekenisvolle kleurschakeringen die verwijzen naar schilderijen van Mark Rothko en Barnett Newman.
Overigens is Antonioni zelf een verwoed kunstschilder: “Als ik geen regisseur was geworden, dan wel architect of schilder. Ik hou meer van tonen dan van zeggen”. Voor dat tonen hanteert Antonioni typische filmtechnieken zoals het opvallend gebruik van filters en focus, het zonder reden uit beeld laten lopen van acteurs, en het ‘bespieden’ van de acteur door hem met de camera achterop de rug te filmen. Het resultaat werkt licht desoriënterend. Dankzij Antonioni’s talent blijf je echter waakzaam, alsof je naar een spannende thriller kijkt, een thriller waarin de mens zowel dader als – zijn eigen – slachtoffer is.
Antonioni’s internationale doorbraak heet Blow-Up. Het met hippe mode impulsen ontluikende Londen van 1966 vormt de achtergrond voor leven en werk van een vrij arrogante modefotograaf. Door toeval meent hij getuige te zijn van een moord in een park. Hij vindt inderdaad een lijk, raakt hierdoor geobsedeerd maar bemerkt een dag later dat het lijk verdwenen is. Gedurende de hele film worden vaststaande situaties en gebeurtenissen uit hun context geplaatst en uitvergroot. De interpretatie van Blow-Up balanceert sterker dan ooit tussen schijn en werkelijkheid, tussen het abstracte en het emotionele. Voordat de camera vol op hem inzoomt is de fotograaf tijdens de ontroerende slotscène niet alleen getuige maar ook heel even participant aan een tenniswedstrijd voor pantomimespelers. Fotograaf, kijker en daarmee indirect de film worden als het ware overgeheveld naar een onberedeneerde gevoelsmatigheid.
“Gek hoe weinig en minimaal mensen reageren op grote gebeurtenissen als er niemand in de buurt is die ze kan zien”. Aldus Jack Nicholsons personage in The Passenger, een beruchte klassieker uit 1975 waarin Nicholson verwoede pogingen onderneemt van identiteit te wisselen, van journalist naar wapenhandelaar. Maar hoe hij ook zijn best doet te ontsnappen aan zijn oorspronkelijke bestaan, een daadwerkelijk ontkomen lijkt onmogelijk. Op de hielen gezeten door bekenden uit zijn vorige leven wordt Nicholson zich des te meer bewust van zijn verleden maar ook van zijn hernieuwde schijnidentiteit. Ook The Passenger, in Europese bioscopen destijds te zien als Profession: Reporter, is zwanger van symboliek, vervreemding en onthechting. Legendarisch is het minutenlange, uiterst merkwaardige eindshot. Vanuit Nicholsons hotelkamer pant de camera traag door de raamspijlen waarna ze ononderbroken om het hotel gaat en in diezelfde kamer eindigt.
Antonioni’s films vergen ontvankelijkheid en acceptatie van de kijker. Gewend als de kijker is aan het moderne filmtempo met zijn snelle montage zal het voor menigeen even wennen zijn. Wennen aan een ritme dat bedachtzaam onderdompelt in andermans leven dat naar gelang je eigen levenservaring angstvallig dicht bij jezelf blijkt te staan. Ook dat is even wennen. Wennen aan films waarin niks wordt uitgelegd, oplossing en antwoord hardnekkig achterwege blijven. Inderdaad, net als in het echte leven.
Michelangelo Antonioni – Il maestro del cinema moderno / Eye, Amsterdam (t/m 17 januari 2016)