Elf jaar geleden, op 2 juni 2002, begon de Amerikaanse zender HBO met het uitzenden van The Wire. In The Wire staat Baltimore centraal, een zusterstad van Rotterdam aan de oostkust van Amerika. Een stad die al decennia kampt met diepgewortelde drugsproblemen, ruim 200 moorden per jaar, armoede en een teruglopend inwoneraantal. Komen de verhalen uit de serie overheen met de werkelijkheid? “98 procent van de The Wire is waargebeurd.”
Baltimore lijkt op het eerste gezicht een keurige stad. In het centrum rijden taxi’s af en aan en het groene neonlicht van Starbucks is duidelijk zichtbaar. Maar schijn bedriegt. Neem de bus vanaf de beruchte North Avenue die Noord en West met elkaar verbindt en je ziet straat na straat de armoede. Dichtgetimmerde en verlaten huizen bepalen het staatbeeld. Krakkemikkige kleine huisjes met daken van golfplaten staan naast mooie Victoriaanse woningen met hun karakteristieke trappen. Ze hebben één overeenkomst: ze zijn allemaal verlaten door hun bewoners en ingenomen door daklozen. Op de hoek van de straat staat een groep donkere mannen bij elkaar. Dealen gebeurt in Baltimore openlijk. De politie doet vrijwel niets.
Wat The Wire geliefd maakt is het realisme van de serie. Alle scènes zijn opgenomen in Baltimore, waardoor je al rijdend door de wijken van de stad het gevoel krijgt dat je je in in het hart van de serie bevindt. Veel mensen uit de stad voelen zich ook verbonden met de serie, vertelt James MacArthur. Hij blogt dagelijks over de criminaliteit en drugsmoorden in zijn stad. “In de serie zijn amper lijken te zien. Maar in het dagelijks leven lopen er dagelijks kinderen langs een crime scene die nog niet ontdekt is door de politie. Kun je je voorstellen hoe traumatiserend dat kan zijn voor kinderen?” De realiteit is echter dat veel jongeren in Baltimore geen ander leven kennen. Vaak hebben ze geen ouders die het goede voorbeeld kunnen geven. Het leven op straat is het enige leven dat ze kennen. En het dealen van drugs is vaak de enige manier om geld te verdienen.
Voor Benjamin Tony, werkzaam bij een lokale afkickkliniek, was drugs dealen de normaalste zaak van de wereld. De vijftiger was tientallen jaren actief in het drugswereldje en kent mensen op wiens leven een personage is gebaseerd in The Wire. Een van de drugsbazen in de serie heet Avon Barksdale en zijn karakter is gebaseerd op het leven van de nog levende Nathan Bodie “Avon” Barksdale, een bekende van Tony. Twintig jaar geleden was hij een gevreesd en markant figuur in Baltimore. Gevreesd vanwege de roekeloze manier waarop hij tegenstanders uit de weg liet ruimen, markant vanwege het missen van een been. Barksdale liep zijn hele leven met een stok. “We waren nog jong en hij had een dealer beroofd”, vertelt Tony. “Toen we even later op een stoep zaten spotte de man die hij beroofd had ons. Hij twijfelde geen moment en reed zo met zijn busje over zijn been. Dat vergeet ik nooit meer…”
Een van de plekken die regelmatig terugkomt in The Wire is ‘The Pit’, een binnentuin van een groep huizen die McCulloh Homes wordt genoemd. Jongetjes van twaalf fietsen voortdurend om de huizen heen. Ze staan op de uitkijk voor politie of potentiële kopers van drugs. In het midden van de binnentuin hangen de échte dealers. Ze komen alleen in actie als de jongetjes een afgesproken gebaar geven. Het is een surrealistisch beeld. Plots rijdt een grote terreinwagen met voorin twee blanke mannen het terrein op. De jonge dealertjes schrikken zich wezenloos. Ze vluchten direct, want het zou zomaar de politie kunnen zijn. Op de binnenplaats liggen de echte dealers in een deuk als blijkt dat het geen politie is, maar dat de verslaggever een rondleiding krijgt. De jonge dealertjes komen weer tevoorschijn en gaan weer door alsof er niets aan de hand is. Business as usual.
Barack Obama is een van de grootste fans van The Wire en zijn favoriete personage is Omar Little. Hij staat bekend om het overvallen van drugsdealers en zijn homoseksualiteit. Omar is gebaseerd op het leven van de nog levende Donnie Andrews en Billy Outlaw. Beiden waren gespecialiseerd in het bruut overvallen van drugsdealers en Outlaw was homo. Hij werd enkele jaren geleden in zijn cel vermoord, vertelt Barbara Kuczinski. Ook zij werkt bij een afkickkliniek in de stad. Zij is een van de inwoners die iets kan zeggen over Baltimore en de gelijkenis met de serie. “She lived The Wire”, zoals ze het zelf zegt. Ruim 22 jaar verkocht de gezette blondine heroïne zodat ze geld had om zelf drugs te gebruiken. Door de drugs verliet ze haar gezin en 11-jarige dochter. Slapen deed ze onder de brug. Daar hoorde ze veel hartverscheurende verhalen die ook deels terugkomen in de serie. “98 procent van wat je ziet is waargebeurd.”
Tien jaar na de eerste aflevering van The Wire is Baltimore weinig veranderd, zo lijkt het. Nog steeds wordt er om de dag iemand vermoord en wordt er openlijk op iedere straathoek gedeald. “Dat zal ook niet snel veranderen”, meent Kuczinski zeker te weten. “Al jaren ziet de toekomst er somber uit. Zolang ze elkaar blijven doodschieten om een paar spuitjes heroïne komen er geen betere tijden voor Baltimore.”