Allemaal shiny beautiful people. Rotterdammers hè, dat is echt wat anders dan de grachtengordel. Wel heel veel kinderen, dat krijg je op een bepaalde leeftijd. En aangezien het een verjaardagspartij is, een surprise party, is er heel veel eten. Echt heel veel eten.
En berusting. Ik ben heel rustig. En op de vraag of ik ook een stuk appeltaart/koek uit de oven wil, zeg ik: “Heerlijk! Heb je het zelf gemaakt?” Het antwoord is bevestigend.
Ik heb vijf dagen vet, suiker en koolhydratenvrij geleefd. En ben erachter gekomen dat er waarheid zit in mens sana in corpore sano. Mijn lichaam is niet gezond, het verwerkt de hoeveelheid voedsel niet zonder restanten achter te laten. Mijn geest is verslaafd aan het gevoel dat voedsel me geeft: voldoening. Inmiddels is mijn geest zo ver dat het beseft dat niet al het eten goed is voor mijn lichaam. Ik kan redelijk weerstand aan bieden aan mijn suikerrush maar heb de afgelopen drie dagen pijn in mijn hersenen gehad. Tegelijkertijd ben ik drie keer wakker geworden met het gevoel van overwinning. Niet slecht.
Vanochtend gaf de weegschaal 61.6 aan. Een ons meer dan eergisteren. Ik bleef kalm. Het kán. En 61.5 of 61.6 betekent dat dit een plafonnetje is waar ik doorheen moet. Appeltjes helpen. En op dit partijtje geef ik me niet gewonnen door een stuk taart te nemen, maar doe ik energie op voor de rest van de week afzien. Maak ik mezelf iets wijs? Ik vind van niet. Het hoort niet, maar weet ‘het protocol’ hoe ik me voel? Hoe druk mijn leven is en hoe hard ik werk op een megahoeveelheid eten waar ik niet gelukkiger van word? Het is zaterdag. Ik ben op een partijtje en eet 1 (klein) stuk appeltaart. En aangezien het een kinderpartijtje is, snaai ik een handjevol spekkies. Wokkelspekkies, die tot mijn verbazing proeven alsof er suiker overheen is gestrooid. Door een handjevol spekkies stil ik mijn verlangen om op een dag naar de Albert Heijn te rennen een zak, een grote zak te halen en leeg te vreten. Misschien wil ik het niet zien, maar heus, ik zie het probleem niet.
Ook later op de avond, als ik bij mijn moeder ben en zij zegt ‘kom we gaan even wat eten aan de Kralingse plas’, zie ik het probleem niet. Ik bestel zeewolf. Ik eet de koekjes bij m’n thee. En de huisgemaakte friet met mosterdmayo is verrukkelijk. Het dessert sla ik af, de wijn raak ik ook niet aan.
Vanochtend werd ik voldaan wakker. Ik had tot 04.00 geschreven. En ondanks dat mijn geest én lichaam de gang naar de weegschaal niet aankonden, voelde ik me geen mislukkeling. Ik heb een fijne zaterdag gehad en vandaag heb ik de (mentale) energie om een correctiedag uit te voeren: De hele dag staan appeltjes op het menu. Alleen maar appeltjes.
Ebru Umar zal de komende tijd schrijven over haar afvalperikelen.