Ik schreeuwde, maar niemand hoorde het. Mijn gevoel koos haar eigen pad zonder dat ik het door had. Tevergeefs probeerde ik alle stukken bij elkaar te houden, maar ik had mijzelf allang niet meer onder controle. Ik heb nooit geweten wat het met je doet, als iemand zo belangrijk voor je is, dat het bijna beschamend wordt. Zonder ben je niets, voel je niets, besta je niet. En niemand zou ooit begrijpen hoe pijn het doet. Je zou wensen, dat je al het slechte kon terughalen, zodat ook gelijk weer het goede mee kwam. Hopeloos en verlaten.
De sigaret die ik tussen mijn vingers had verbrandde net zo snel als mijn hoop. Ik kon het niet aan zien hoe zij haar spullen bij elkaar raapte. Ik zag haar langzaam bewegen naar de badkamer en zag hoe zij ook haar tandenborstel in haar tas deed. Traag zette ze haar voeten naar de keuken en legde mijn sleutelbos terug op de tafel. Ik probeerde te slikken, maar er was geen spuug. Ik zag tranen in haar ogen, haar hand rustte nog op de sleutels, die de hare waren.
Het was eind 2005 toen zij mij met een dubbele tong midden in de nacht opbelde en haar liefde uitsprak. Ze is rechtstreeks naar mijn huis doorgefietst en ik maakte ontbijt. Ze kwam binnen alsof ze altijd al bij mij binnen had moeten komen. De aantrekkingskracht tussen ons beiden was zo hevig, dat ik haar gelijk tegen het aanrecht wilde duwen en stevig op haar lippen wilde kussen, adem halen deed er niet toe. Maar ik was ook bang, bang dat ik het moment kapot zou maken met ook maar één beweging. Toch deed ik het, ik zoende het van glas gemaakte meisje en zij zoende terug. Het glas dat langzaam veranderde in iets houdbaars, naarmate de zoen langer duurde en voor ik het door had, was het de liefde van mijn leven die ik hier vast had. Armen, benen en vingers kwamen te kort. Ik wilde alle delen van haar lichaam voelen, proeven en ruiken. Dicht tegen mij aan drukken om te laten zien hoe hard mijn hart voor haar klopte. Hals over kop raakten we verliefd, sloten ons op in mijn kamer en kwamen zo nu en dan buiten om crackers, limonade en sigaretten te halen. Rennend door de regen, gillend van geluk en zelfs haar billen dansten sierlijk mee.
Weken hebben wij gespendeerd onder de lakens, dicht tegen elkaar, niet weten wat er buiten ons afspeelde. We bouwden tenten en speelde indiaantje tot diep in de nacht. Ik schreef met watervaste stift mijn naam op haar witte buik en samen bedachten we de mooiste namen voor onze kinderen en fantaseerden over de inrichting van ons toekomstige huisje. Slapen deden we als iedereen naar het werk vertrok en we de zon onder het gordijn door zagen kruipen. Ik ben een held in relaties verneuken, maar deze wilde ik lief hebben. Alles waar ik naar op zoek was vond ik bij haar. Dit was het paradijs, van spelen naar ruzie, van seks naar liefde. En soms knaagde er iets, een onderbuik gevoel, dat als ik wakker werd, ze niet meer naast mij lag. Maar als ik dan weer mijn ogen open deed en een vertrouwde adem in mijn nek blies, waaiden al mijn twijfels weg. Wist ik veel, dat zij de afstand wilde bewaren, die ik zo klein had gemaakt.
Foto: ANP