Het Europees Parlement lanceert een ‘argumentenkaart’ als hulpmiddel voor een nette discussie over schaliegas. Alsof daarover nog iets te beslissen valt. Het zat erin, het moest gebeuren – alleen weet je nooit uit welke richting de revolutie nadert. U droomt wellicht nog van windmolens, van biogas, van een extra dikke trui om de ijsbeer te redden. Het spijt me, dat is allemaal helaas flauwekul.
Het had iets moois, het groene denken: over minder verbruiken, en duurzame bronnen en zo. Maar dat alles is binnenkort geschiedenis. De wereld van de energievoorziening maakt momenteel een revolutie door die al dat gepraat over groene energie binnen de kortste keren volstrekt achterhaald zal maken.
En de grote spelbederver is schaliegas. Gas uit redelijk oppervlakkige gesteentelagen. Spotgoedkoop gas, werkelijk onmetelijke voorraden, gemakkelijk beschikbaar, en we hoeven er niet voor te bedelen in Qatar of Siberië. De Amerikanen halen het momenteel uit hun eigen achtertuin, en in Europa is ook meer dan genoeg te vinden. In de VS is schaliegas in korte tijd uitgegroeid tot een van de voornaamste energiebronnen. Daar zijn ze binnenkort geen energie-importeur meer, maar exporteur. En voor de goede orde: wat ze gaan exporteren is niet dat gas, maar hun enorme steenkoolvoorraden. Tegen verwoestende spotprijzen. Niet alleen de gasprijs is nu extreem laag, ook die van kolen is gekelderd. Zeg maar dag met je handje naar die dure groene alternatieven.
Wat zegt u? Dat is een kwestie van kiezen? Als wij hier in Europa kiezen voor schone, dure energie, dan wordt het schone, dure energie? Dat had u gedacht. Zeker, de politiek kan net doen of er iets te kiezen valt. Alsof ze daar greep op heeft. De intentie mag er misschien zijn, maar als Europa straks economisch in het slop komt dankzij die dure energie, dan duurt het niet lang of we moeten ook hier om. Dan kunnen we kiezen voor die even goedkope smerige steenkool, de iets duurdere en politiek gevoelige olie – of gewoon dat goedkope schaliegas gaan winnen en stoken. We hoeven ons echt geen illusies te maken. Europa zal haar groene gefröbel moeten opgeven. En laten we dat maar snel doen, want elders is die keuze dan allang gemaakt. Daar heeft de politiek namelijk überhaupt niets te vertellen. Daar heerst de markt.
Hoe gaan we de burger ervan doordringen dat de groene droom ten einde loopt? Dat ook Europa aan het schaliegas moet? De grote angst is uiteraard dat hierover, na al die jaren van groene energie-illusies, een volksopstand uitbreekt. Dat hier een schaliegas-angst gaat ontstaan, net zoals we nog steeds behept zijn met een kernenergie-angst. Nee, de discussie moet vooral beschaafd blijven, en ‘goed’ aflopen. Ziedaar de reden waarom het Europees Parlement deze week feestelijk de ‘Europese Schaliegas Argumentenkaart‘ (PDF) in ontvangst heeft genomen. Een keurig en kleurig overzicht van alle voors en tegens van schaliegas. Netjes tegenover elkaar. Twee even lange lijstjes. Gemaakt door ons eigen TNO en de Argumentenfabriek.
Ach, veel stelt het niet voor. U kunt het allemaal zelf ook wel verzinnen. De meeste argumenten zijn lekker algemeen, en de ‘kaart’ geeft niet aan welke argumenten , voor of tegen, nu zwaarder zouden moeten wegen dan andere. Dat mogen wij Europeanen dus zelf uitmaken. In een beschaafde discusie. ‘Op dit moment, aldus EP-CDA-lid Lambert van Nistelrooij in het bijgaande persbericht, ‘is in verschillende EU-lidstaten het publieke debat gaande op dit onderwerp en is een onafhankelijk overzicht van de argumenten belangrijk om partijen te helpen overeenstemming te bereiken.’ Want overeenstemming, dat moet er komen. Het is weer die schitterende voorlichters-illusie waar ooit kernenergie aan ten onder is gegaan. Het idee dat als iedereen nou maar netjes naar de deskundigen luistert, en alle argumenten kent, dat we dan met z’n allen vast tot een eensluidend oordeel zullen komen.
Maar bij kernenergie ging die discussie volkomen de mist in. Daar waren het uiteindelijk een stel ineenstortende kerncentrales die het debat bepaalden. Rampen zonder ernstige gevolgen (afgezien van spook- en jankverhalen over supergrote vliegen en zieke zielige kindertjes), maar die de tegenstanders de kans gaven de stralingsangst tot op hysterische hoogte op te drijven. Dit keer is er geen stralingsangst – al doen tegenstanders wel hun best met verhalen over de smerige praktijken va de schaliegasindustrie (klopt, maar who cares?) en over water uit de kraan dat kan branden – ja, u heeft het ook gezien en lekker gerild.
Nee, als het om ‘ja of nee’ gaat, kijkt geen hond naar dat fraaie, saaie, nutteloze, nietszeggende lijstje van de Argumentenfabriek. En nee, actievoerders zullen er ook niet aan te pas komen met hun brandende water. Het grote verschil is dat kernenergie toen geen absolute noodzaak was. Er was toen nog olie en gas genoeg. Met schaliegas ligt dat anders. We kunnen niet zonder – of we gaan economisch keihard op de bek. En als die parlementariërs, of wij burgers, straks te lang zitten te ouwehoeren met die Argumentenkaart in hun handen, dan zal de industrie dat keihard in ieders oren toeteren.
Er is geen weg terug. Er is geen ruimte voor debat. Er is alleen spotgoedkoop gas.