De puinhopen van Jürgen Klinsmann

02-03-2013 13:27

Het Amerikaanse mannenvoetbal is momenteel een puinhoop. Ik was erbij toen de Verenigde Staten eerder deze maand in de heksenketel van San Pedro Sula helemaal van de mat gespeeld werd door het zeer matige Honduras en met 2-1 verloor.

Jürgen Klinsmann is nu anderhalf jaar bondscoach en van al zijn grootspraak is niets terechtgekomen. Sterker nog, het team is achteruitgegaan sinds de doodsaaie Bob Bradley ontslagen werd ten faveure van de Duitse wereldburger, die Amerika naar de wereldtop moest brengen. Jagen op de bal, veel balbezit, vleugelspitsen, een beetje vreugde in het spel. Hij heeft het er nog steeds over. En nog steeds is er niets van terug te zien op het veld.

In de jeugd gaat het al niet veel beter. Het onder-23 team haalde de Olympische Spelen niet, hetgeen niet al te moeilijk had mogen zijn, in de beslissende wedstrijd tegen El Salvador. De onder-20 haalde het laatste WK niet. De nieuwe lichting speelt ten tijde van schrijven een kwalificatietoernooi in Mexico, maar dat team is niks. Ook tussen de onder-17 zit vrij weinig. Je moet naar de onder-15 afzakken, waar oud-Ajacied Dave van den Bergh assistent-coach is, voordat je talent aantreft.

Tot overmaat van ramp spelen de jeugdselecties van aartsrivaal Mexico de pannen van het dak. Ze zijn Olympisch kampioen en wereldkampioen van de onder-17. De onder-20 werd derde op hun WK. Het ene na het andere supertalent rolt van de band af.

Toch is er één vlak waarop Amerika wereldwijd de scepter zwaait in het mannenvoetbal: tolerantie. Voetballer Robbie Rogers kwam uit de kast. De 25-jarige linkerspits begon zijn profcarriere bij SC Heerenveen – samen met Michael Bradley – maar maakte er nooit zijn debuut. Hij speelde vervolgens bij de Columbus Crew en groeide uit tot international. Achttien interlands speelde hij. Tot voor kort stond hij bij Leeds United onder contract, maar hielden blessures hem van het veld. Nou stopt hij ermee.

Of hij met pensioen gaat omdat hij openlijk homo is of dat het met blessures en een gebrekkige motivatie te maken heeft, is onduidelijk. Wat wel duidelijk is: in de Amerikaanse voetbalkringen klonk niets dan oorverdovende trouw, vriendschap, acceptatie en toejuiching toen Rogers op zijn site zijn geaardheid opbiechtte.

Als Rogers nog professioneel wil voetballen, dan kan hij dat in Amerika in alle rust en met het volle respect van toeschouwers – meer dan dat, zelfs –doen, ook dat is duidelijk. Dat kunnen weinig voetballanden de Verenigde Staten nazeggen.

Deze column verscheen eerder op SportAmerika.nl. SportAmerika is de grootste site in Nederland en België op het gebied van Amerikaanse sporten.