Een dystopie met Google Glass in het centrum, iets wat Tessa de Vet ons voorhoudt. Er is echter ook een positieve toekomst mogelijk met Google Glass, zoals elk product ten goede en ten kwade gebruikt kan worden. Denk daarbij aan gezondheid en veiligheid, de hoofdissues van vandaag de dag. De kostenposten, die ons de put in jagen verholpen door een brilletje. Dat is het realistische optimistische verhaal dat ik u voor wil houden over Google Glass.
Eerst nog even; wat is dat? Google Glass? Google Glass is een brilletje waar al een jaar of twee over wordt gespeculeerd en die nu steeds meer vorm begint te krijgen. Fanatiekelingen konden een Google Glass al bestellen om het te testen en het is al meerdere keren via verschillende media met argusogen bekeken. Een parodie op het reclamefilmpje voor Google Glass is ook viral gegaan. Met Google Glass kan je in de buitenwereld staan, zonder steeds op een schermpje te kijken. Het schermpje zit namelijk voor je neus. Recentelijk werd bekend dat Google werkt aan manieren om via oogbewegingen te gaan scrollen en voice-control behelst ook een groot onderdeel van Google Glass. Google Glass komt in een tijd waarin Apple ook al aan een dagelijks product aan het werken is: de iWatch. Meer dan een horloge. Bovendien heeft Google schoenen aangekondigd, die kunnen praten. Het komende decennium gaat dus waarschijnlijk een strijd worden tussen Google en Apple.
Het direct delen wordt zo steeds meer onderdeel van ons leven. Nu pakken we er nog een smartphone of een tablet bij, maar de toekomst wijst op meer dagelijkse producten, die deze functie overnemen. Er komt ook meer controle op ons leven via deze producten. Daar komt de meeste angst om de hoek kijken: controle. Het is nu al mogelijk om via GPS onze locatie minuut per minuut bij te houden. Het schijnt dat Facebook jouw acties volgt op sites via hun ‘vind ik leuk’-knoppen. Privacystrijders zoals Bits for Freedom waarschuwen ons daar al tijden voor, gevolg is wetgeving waar niet over is nagedacht (de cookiewetgeving), die bovendien ook niets uithaalt. Dit zijn de negatieve kanten van de controle en van de gecreëerde behoefte om direct te delen. Praktische zaken, die zich nu al voordoen en niemand ervaart het als een dystopie.
Er is steeds de keuze ingebouwd. Mensen konden er al tijden voor kiezen om geen cookies op te slaan, men kan bovendien de GPS tracking gewoon uitzetten. Bovendien staat het je vrij om geen Facebook aan te maken, maar als je het toch doet zijn er genoeg manieren om geen sporen achter te laten op het internet. De keuze is er en die zal ook blijven bestaan. Daar ben ik van overtuigd. Hoe ver de technologie ons ook zal brengen, de mogelijkheid blijft bestaan om te kiezen. Daar hebben we eeuwen voor gestreden, veel bloed voor vergoten en dat zullen we niet een, twee, drie uit handen geven. Dat is al een reden waarom de dystopie van Tessa niet mogelijk zal zijn.
Verder zijn er ook de mogelijkheden, waar mensen altijd wel gebruik van willen maken. Met steeds meer producten om ons heen, die ons leven registreren, kunnen die producten ook ons leven inrichten. Met de stappenteller in de schoenen van Google, de hartslagmeter in de iWatch van Apple en wie weet welke andere producten kunnen we precies afmeten welk gerecht ons het beste past. Besluit je om daar van af te wijken? Geen probleem, maar dat is meer gezondheidsrisico, dus meer premie. Dit klinkt al Big Brother, maar denk eens in: wordt u ook niet woedend op de Bible Belt, die vaccinatie weigert en evenveel premie betaalt? Of vindt u het ook niet onrechtvaardig dat de roker evenveel premie betaalt als u? In plaats van een rookverbod de premie omhoog en niemand die klaagt. En hoe verschilt een vaccinatie van een Google Glass, als het allebei bedoeld is om ziekte te voorkomen? Als men zou kunnen kiezen tussen een vaccinatie en Google Glass, weet ik de uitkomst al.
Voorkomen is beter dan genezen en de kosten van gezondheidszorg zullen dalen. We hebben meer geld over voor dingen die echt belangrijk zijn, bijvoorbeeld school. Dan gaan onze kinderen weer blij naar school fietsen, omdat school weer leuk is. Vervolgens fietsen ze door een groen stoplicht en komt er plots een auto aangescheurd, zo door rood. Gelukkig hadden ze goed opgelet, anders waren er ongelukken gebeurd, maar de auto is gevlogen en er staat geen flitspaaltje in de buurt. Wat nu als we onze kinderen hadden geleerd om bij dit soort situaties hun Google Glass te gebruiken. “Ok glass, video” is genoeg en kenteken wordt geregistreerd, bewijs is meteen geleverd. We klagen altijd over te weinig blauw op straat, maar zo kunnen we zelf de problemen registreren. Een smartphone pakken kost toch altijd meer moeite dan eventjes die drie woorden.
Zo geven we burgers meer autonomie, maar het recht zelf in handen nemen gebeurt niet. Bedenk ook eens wat er gebeurd als de politie allemaal deze techniek bij zich heeft! Herinnert u zich RoboCop nog, een Hollywoodfilm van onze eigen Paul Verhoeven? De tagline daar was: half robot, half mens, geheel agent. Wat zijn nou de grootste kwaliteiten van RoboCop? Grootse kracht, grote accuraatheid, maar volgens mij is zijn grootste kwaliteit als agent om direct bewijs te leveren door een simpele opnamefunctie. Het zou natuurlijk absurd zijn om met een pistool en een smartphone in je handen op een plaats van misdaad te komen, maar een brilletje kan geen kwaad. Sterker nog: als de agent in problemen zit kan hij via slimme technologie zijn locatie doorgeven en een hulpkreet zenden. De nieuwe tagline zou zijn: een brilletje, een mens, samen superagent.
Er zijn duizenden haken en ogen te noemen bij de situaties die ik schets, haken en ogen die ook al duizenden malen genoemd zijn, waaronder dus in het stuk van Tessa de Vet. Mijn doel was echter ook niet om een utopie te creëren, maar de zon te laten schijnen achter de duistere wolken van het dystopia. Verkeer is doodsoorzaak nummer een en met iets meer sociale controle door middel van een brilletje is dat verleden tijd, gezondheidszorg zou ook betaalbaar kunnen worden. Wie wil dat nou niet?
Nathanael Korfker is 18 jaar en optimistisch over de toekomst.
CC-Foto: Antonio Zugaldia