VVD-Kamerlid Joost Taverne wil af van de lappendeken van internationale organisaties, ngo’s en goede doelen die ontwikkelingshulp verdelen. Het Nederlands beleid loopt volgens hem over van goede bedoelingen maar het effect is nihil. In de huidige situatie lukt het de Tweede Kamer niet om de stroom belastinggeld goed te controleren. Dat schrijft Taverne in een column op ThePostOnline. De Tweede Kamer debatteert deze week met minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Lilianne Ploumen (PvdA) over haar begroting.
Volgens Taverne moeten projecten en subsidies aan twee voorwaarden voldoen: bijdragen aan de stabiliteit van een land of aan de zelfredzaamheid van haar inwoners. Als voorbeelden noemt hij de opbouw van een goed functionerend rechtssysteem of het verstrekken van informatie en voorbehoedsmiddelen aan vrouwen.
Voor beide voorbeelden geldt volgens Taverne dat de vraag vanuit de landen die wij ondersteunen leidend moet zijn:
“Als we de keuze voor wat waardevol is en wat niet overlaten aan organisaties die hun eigen stokpaard berijden in een poging de wereld te verbeteren, zal het effect in de praktijk blijven tegenvallen. Als we die keuze daarentegen laten aan de mensen om wie het gaat, dan kunnen zij aangeven wat helpt en kan de minister toetsen of dat ook echt zo is. Op die wijze wordt hulp daadwerkelijk effectief.”
Ondertussen is het voor de Tweede Kamer onmogelijk vast te stellen of het budget voor ontwikkelingssamenwerking – 4,1 miljard euro per jaar – effectief wordt besteed. Dat is de conclusie van een interne notitie die de Tweede Kamercommissie voor Ontwikkelingssamenwerking maandag tijdens de begrotingsbehandeling bespreekt. De notitie is in handen van de Volkskrant.
Zorgwekkend: er is geen controle op de effectiviteit van ontwikkelingsuitgaven. Het is onmogelijk vast te stellen of geld effectief wordt besteed en daardoor kan de Tweede Kamer nauwelijks beoordelen of doelen zijn bereikt.
Joost Taverne – Het is tijd voor hulp die helpt