Vanaf een jaar of twaalf wordt het opeens super belangrijk dat een dier kopjes kan geven of een frisbee kan vangen met zijn bek. Een cavia kan dit allemaal niet en daarom is dit dier vanaf die leeftijd niet meer cool. Gelukkig voor deze beestjes zijn er nog mensen die er anders over denken.
Dana Jansen uit Zaltbommel is zo iemand. Dana is ouder dan twaalf (zelfs ouder dan dertien) en heeft honderd cavia’s. Al deze langharige beesten maken deel uit van haar caviastal, genaamd Hopeful Farm. Inderdaad, een caviastal. Dat is een plek waar veel cavia’s van bepaalde rassen wonen waarmee gefokt wordt om de meest superieure cavia te creëren. Soms zitten er een paar bij met ‘fouten’, zoals Dana dat zelf noemt. Die worden verkocht. De rest wordt klaargestoomd voor de talrijke caviashows in binnen-en buitenland die zij bezoekt. Aan de prijzen op de kast in de woonkamer te zien, doen haar beesten het daar best aardig.
Zeker 50 blinkende trofeeën staan er. “Die zijn van anderhalf jaar tijd”, vertelt Dana terwijl ze de webcam bij een van haar cavia’s aansluit. Via de site van haar stal kunnen mensen de bevalling van haar Tiana live volgen. Twaalf jaar geleden begonnen zij en haar man Theo met nul bekers, zonder livestream en twintig cavia’s hun stal. In 2003 deden ze hun voor het eerst mee aan een show en wonnen ze meteen de eerste prijs. Sinds die tijd hebben ze hun sporen ruimschoots verdient. Zowel de stal als de bijbehorende cavia’s zijn een begrip. Ze zijn zelfs zo bekend dat cavia’s uit Hopeful Farm over de hele wereld gewild zijn.
“Er zijn cavia’s van mij in Dubai, Hong Kong, Polen, Oekraïne en nog veel meer landen”, zegt ze terwijl ze het tabje ‘Nieuws’ op haar website open klikt. Er opent zich een pagina die volledig gewijd is aan de reis van de cavia’s naar Dubai in 2005. Op een zwarte achtergrond met bewegende sterrenhemel ontvouwt zich een fotoverslag van elke stap die genomen moest worden om de knaagdieren naar de oliestaat te krijgen.
Toch komt het meest bijzondere verhaal uit Oekraïne. Daar is een van Dana’s cavia’s een soort van nationale beroemdheid. “Degene aan wie ik de cavia verkocht stuurde me laatst een filmpje van een tv-uitzending op nationale televisie waar de presentatrice mijn cavia op haar schoot had. Ook stond er een heel artikel over dat meisje en mijn cavia in een tijdschrift”, vertelt ze terwijl ze de foto’s van het artikel laat zien. Drie pagina’s lang plus foto’s.
Hoewel cavialiefhebbers wereldwijd staan te kwijlen bij haar beesten, houdt ze de echte kampioen zelf. Broken Arrow heet hij en hij woont in caviaschuur van Hopeful Farm in een flat van vijf hoog. Arrow woont op de vierde etage. Naast de flat van Arrow staan er nog drie blokken hoogbouw die bewoond worden door potentiële kampioenen. Op elke etage wordt met blauwe naambordjes aangegeven wie er woont.
Dana pakt Arrow uit zijn hok en zet hem op een presenteerplankje. In zijn carrière heeft deze cavia al een tiental prijzen gewonnen. Terwijl Arrow daar zit en alles behalve in paniek raakt, legt Dana uit waarom hij zo geweldig is. “Een goede cavia heeft de bouw van een baksteen. De schouders en de billen moeten even breed zijn”, zegt Dana. “Arrow heeft dat, voel maar”, spoort ze mij aan. Inderdaad, ergens onder het vele haar is deze super cavia een baksteen.
We verlaten de caviawijk en gaan weer naar binnen. Na een uurtje cavia kijken is me wel duidelijk dat dit niet zomaar iets is. Dit is serieuze business. Oh nee, een serieuze hobby, want geld verdienen doet Dana er niet mee. “Op shows win je alleen maar blik, geen geld”, lacht ze. “Het kost me ongeveer 200 euro per maand”, zegt ze. Maar dat heeft ze er wel voor over. “Elke hobby kost toch geld?”
Een cavia kan geen high five geven als je hem een koekje belooft. Ze rennen ook niet achter een speeltje in de vorm van een muis aan. Ondanks het ontbreken van spannende functies, zijn ze meer dan een levende zakdoek voor zesjarige met chronische snottebellen. Ze winnen prijzen en hebben een schouderpartij waarbij die van Sylvester Stallone uit zijn goede dagen verbleekt. Dat is ook een verdienste.