Weten & Tech

Boston: twee bommen en drie doden en toen was het stil

17-04-2013 09:46

Maandag ontploften twee bommen bij de finish van de marathon in Boston. Al snel startten vele nieuwsmedia met ‘live verslaggeving’. Websites openden met grote foto’s, vette koppen en zogenaamde liveblogs waar elk moment nieuwe informatie op kon worden geplaatst. RTL4 kwam met een ingelaste nieuwsuitzending. Vrijwel alle media doen eraan mee: live verslaggeving over gebeurtenissen die zich nog maar net daarvoor hebben voltrokken. Onlangs discussieerden de makers van de podcast Onder Mediadoctoren over deze kwestie. Wat is de meerwaarde van ‘live’? 

 

Wat gebeurt er?

De aanslagen in Boston zijn een typisch voorbeeld dat gebeurtenissen zich al hebben voltrokken voordat journalisten ‘live’ verslag komen doen. Er is dus niets echt ‘live’. Er is wel een kans dat zich nieuwe ontwikkelingen voordoen of dat er meer bekend wordt over wat er al is gebeurd. Hierbij bestaat het risico dat verslaggevers alleen geruchten verspreiden en die niet kunnen controleren omdat er ‘live’ wordt verslagen.

Bij RTL Nieuws speculeerde Erik Mouthaan over het verloop van de gebeurtenissen. In vrijwel elke zin kwamen woorden voor als ‘lijkt’, ‘kennelijk’ en ‘zou kunnen’. ‘Het zou kunnen zijn dat terroristen succesvol zijn’, zei Mouthaan, om vervolgens te melden dat er eigenlijk nog niets bevestigd of bekend was. Uit een inhoudsanalyse van Charlie Tuggle blijkt dat de inhoudelijke meerwaarde van de verslaggever ‘op locatie’ meestal nihil is. Speculeren kan ook vanuit de studio of – zoals bij Mouthaan – vanaf een hele andere plaats in de VS.

Wat is de kwaliteit?

Is dit muggenzifterij? Nee: een onderzoek van Tuggle onder journalisten laat zien dat zij zich niet altijd prettig voelen bij ‘live’ verslaggeving. Meer dan de helft van de journalisten stelt dat hun medium aan live verslaggeving doet ‘omdat het live is’. Meer dan drie kwart van hen denkt dat de concurrenten dit (ook) doen. Meer dan de helft denkt bovendien dat als er eenmaal ergens een satellietverbinding is, er nieuws over de gebeurtenis blijft komen omdat er een satellietverbinding is en niet omdat het verhaal dat rechtvaardigt.

Meer dan de helft van de journalisten vindt dat bij live verslaggeving feiten minder worden gecheckt en bijna drie kwart ziet het risico dat journalisten ongecontroleerde informatie de wereld in helpen. Kijk met die blik terug naar de ingelaste RTL Nieuws-uitzending: er wordt volop gespeculeerd over wat er aan de hand is, maar geen van die speculaties was op dat moment bevestigd. Veel speculaties zijn zelfs een dag later nog niet bevestigd.

Wie wil deze informatie?

Maar misschien dat dit allemaal niet erg is omdat kijkers graag ‘live verslaggeving’ willen? Tuggle deed ook onderzoek onder jongeren. Zij blijken live verslaggeving veel minder belangrijk te vinden dan televisiestations aannemen. Jongeren weten nauwelijks welke televisiezender de meeste live verslaggeving heeft en zij baseren hun kijkgedrag hier nauwelijks op. Vrijwel alle jongeren vinden dat een ‘live verslag’ een verhaal belangrijk laat lijken en het idee geeft dat het station bovenop het nieuws zit.

De helft van de jongeren zegt dat als een verslaggever op de plaats van een gebeurtenis aanwezig is, dit helpt de context van het verhaal te begrijpen. Een derde van de jongeren vindt dat nog steeds als er eigenlijk niets gebeurt op het moment dat er verslag wordt gedaan. Maar tegelijk zegt bijna zeventig procent van de jongeren dat ‘live verslagen’ regelmatig betekenisloos zijn. Bijna de helft zegt dat ‘live verslagen’ plaatsvinden omdat het technisch kan, terwijl er geen andere reden is.

Stop met live verslaggeving

Hoe kunnen we de verschrikkelijke gebeurtenissen in Boston samenvatten? Er zijn twee bommen afgegaan waarvan we niet direct wisten wie die had geplaatst. De bommen hebben drie doden en tientallen gewonden geëist. Erg veel meer is er anderhalve dag later niet bekend en het zal ook nog wel een tijdje duren voordat er meer bekend wordt. Toch speculeerde RTL Nieuws over allerlei verbanden met moslimterroristen en andere gekken, terwijl er geen begin van een aanwijzing was.

Dat zou te rechtvaardigen zijn als dit soort verslaggeving in een enorme behoefte zou voorzien. Maar die behoefte is er nauwelijks. Ook journalisten zelf voelen zich onprettig bij al deze speculaties. Zij weten dat alle speculaties achteraf onjuist kunnen zijn. Er is dus veel reden om te doen wat journalisten horen te doen: eerst checken wat er echt is gebeurd en pas daarna nieuws verspreiden.

Chris Aalberts maakt samen met Vincent Crone en Linda Duits de tweewekelijkse podcast Onder Mediadoctoren. Beluister de podcast over het fenomeen ‘live’ hier