Ooit, in de idyllische jaren ’50, luisterde elke Nederlander naar Hilversum 1. Zo werd de radio het instrument dat al die Nederlanders een gevoel van saamhorigheid bood binnen de verschillende zuilen. Een revolutie voltrok zich met de komst van het internet. Het bood onbeperkte informatietoegang voor iedereen, maar wel met een keerzijde. Het internet geeft mensen de mogelijkheid zich terug te trekken in hun eigen wereldje, zich af te sluiten van de omgeving.
Waar sommigen hun heil bij Het Vrije Volk zoeken, trekken anderen liever de digitale geitenwollen sokken aan van Stichting Waterland. Getracht om verschillen te overbruggen wordt er duidelijk niet. Een simpele verwijzing naar de bron is doorgaans voldoende om de mening permanent in de ban te doen. Of, zoals Francisco van Jole het formuleerde in de Volkskrant: “Wie geblokkeerd wordt, bestaat kortom voor de ander niet meer. Het is alsof een kwelgeest weggetoverd kan worden.”
Waar deze gescheiden leefwerelden vreemde muzieksmaken of opponente voetbalclubs betreft kunnen ze niet veel kwaad. Maar als de opinievorming zelf echter niet meer op een gedeeld platform plaatsvindt is dat wel degelijk een reden tot zorg. In onze verzorgingsstaat moeten we het nu eenmaal met zestien miljoen mensen min of meer eens worden over waar we ons belastinggeld aan uitgeven en over wie wat verdient. Gedeelde solidariteit, zo u wilt. Voor de democratie is het dus wel belangrijk dat mensen niet langs elkaar, maar mét elkaar praten. Meningen behoren te botsen en gedeelde problemen erkend te worden.
Zijn we dan definitief verloren? Glijden we door het wereld wijde web daadwerkelijk af naar een samenleving die niets meer gemeen heeft, waar de hooivorken op elkaar gericht zullen worden?
Ik geloof het niet. Maar dan moeten we wel werk maken van die gedeelde opinieplatformen. Van plekken waar we elkaar ontmoeten, elkaar proberen te overtuigen en elkaars problemen bespreken. Ik geloof dat DeJaap deze functie kan hebben. Links en rechts, jong en oud.
Hoe anders is het bij DeJoop. Die is opgericht door de VARA als “progressieve tegenhanger van GeenStijl”. Dit mag misschien interessant klinken in de oren van de linkse medemens, wie bovenstaande constateringen in acht neemt begrijpt dat het de grootste fout is die de VARA had kunnen maken. Want wat denkt men daadwerkelijk te bereiken met het opdreunen van linksprogressieve meninkjes voor linksprogressive mensen?
Dat Francisco van Jole alle GeenStijl-lezers de oorlog heeft verklaard en ze het liefst nooit meer tegenkomt op zijn nieuwe weblog begreep ik dan ook pas toen hij mij mailde dat: “GeenStijl lezen en links zijn dat is net zoiets als milieuvriendelijk leven en een Formule 1 auto rijden”.
Oftewel: slechte woorden zijn slecht voor de wereld. In de wereld van Van Jole moeten foute meningen dus verbannen worden. Zie daar DeJoop: oud-linkse censuurpolitiek 2.0.
Doe mij maar DeJaap, waar af en toe getracht wordt de PvdA ten gronde te richten. Ze hebben het er tenminste nog over.
Arne Mosselman studeert sociologie, schrijft mee aan het verkiezingsprogramma van de PvdA in Amsterdam en twittert.
CC-foto: Gerard M.