We doen vandaag een Cannabistoer. Of coffeeshoptoer, zoals ik het liever noem, want dat is wat het eigenlijk is: je vertelt een beetje hoe het gedoogbeleid in elkaar zit, je zoekt een leuke coffeeshop uit, en daar ga je dan nog een uurtje zitten blowen op kosten van de toeristen.
Vandaag zijn er maar twee mensen komen opdagen voor de coffeeshoptoer. Het is een bejaard Amerikaans echtpaar.
Ik kan me moeilijk voorstellen dat deze twee kleine oudjes – van die typische Amerikaanse toeristen met een heuptasje – naar Amsterdam gekomen zijn om te gaan blowen in een coffeeshop. Het gebeurt wel eens dat toeristen te laat zijn voor de fietstoer aan het begin van de middag, en dat ze dan maar de cannabistoer doen, die pas aan het eind van de middag van start gaat. Ik vermoed dat dat vandaag het geval is.
“Willen jullie gewoon een beetje door de stad wandelen en wat horen over het gedoogbeleid, of willen jullie ook echt blowen?”, vraag ik ze. Ze kijken elkaar aan. Het meneertje geeft eerst een beetje een ontwijkend antwoord, maar zegt dan “Well actually, I’d like to try it again.”
Hij is wel al vijfentwintig jaar geleden gestopt met roken, en wil liever geen rook inhaleren. Is er ook een manier waarop je stoned kunt worden zonder te roken?
Ja die is er: Een vaporizer verhit de wiet zodat de thc eruit dampt. Die damp kun je opzuigen door een slangetje, dan hoef je geen rook te inhaleren. Ik ben ervan overtuigd dat we makkelijk een coffeeshop moeten kunnen vinden waar ze een vaporizer hebben, dus we gaan op pad.
Tijdens onze stadswandeling babbelen we heel wat af. Ze hebben vijf kinderen, vertellen ze. De jongste is nu negenendertig dus de oudjes zijn vast dik in de zeventig. Zij is een Democrat, hij een Republican. Zijn republikeinse mindset ligt er bij alles wat hij zegt nogal dik bovenop, ik heb nog nooit zo’n stereotype Republican ontmoet: “I’ve worked for fifty years in my life, and I’ve never been without a job. Never! I only lost my job once, but I found a new one within two weeks!”
Ik vraag of een Democrat en een Republican wel goed samen gaan, en of ze veel over politiek praten. “Well”, zegt zij “we discuss it every now and then, but when I get tired of it I just smack him.”
Duidelijk. Als Mitt Romney ter sprake komt, zegt ze “Honestly, I really don’t know where they come up with these people.”
We zijn ondertussen al een uur onderweg, maar geen enkele coffeeshop waar we aankloppen lijkt een vaporizer te hebben. Het begint opeens te regenen, dus ik loods ze snel de dichtstbijzijnde shop in. Dan maar geen vaporizer.
We gaan naar binnen bij Tweedy, bij de Vondelkerk. Een gezellige coffeeshop, waar aan het eind van de middag altijd stonede Surinamers naar de herhaling van Pauw & Witteman zitten te kijken. Als we gaan zitten lijkt mevrouw ergens van te schrikken. “Oh dear”, zegt ze verbaasd, bij het zien van de grote poster van Obama die er aan de muur hangt.
Meneer heeft zich erbij neergelegd dat hij rook zal moeten inhaleren om weer eens wiet te kunnen proberen. Hij steekt de joint op, en paft hem weg alsof hij nooit anders heeft gedaan.
Als we na een half uurtje buiten staan schijnt de zon weer. We wandelen het Vondelpark een stukje door. Of nou ja, je kunt het eigenlijk nauwelijks wandelen meer noemen. Het meneertje schuifelt aan de arm van zijn vrouwtje door het park. Hij zegt niets meer, en kijkt met grote ogen naar de wereld om hem heen. “Yes dear, come on now”, zegt zijn vrouw, iedere keer dat hij stil wil blijven staan om ergens naar te kijken. Bloemen of zo, of een vijvertje. En zo schuifelen ze saampjes langzaamaan weer terug de stad in.
Marie Hemelrijk studeert in Amsterdam en heeft een bijbaan als tourguide.