We zijn dinsdagavond bij het German Marshall Fund of the United States, een onafhankelijke denktank die de samenwerking tussen de EU en Amerika wil versterken. De sessie vindt zoals gebruikelijk middenin de Europawijk plaats, in een gebouw waar dit soort sessies aan de lopende band worden gehouden. Zo is op de begane grond een conferentie van internetmagazine Politico.eu bezig, terwijl wij op de achtste etage luisteren naar een sessie over de douane-unie van de EU en Turkije.
Onafhankelijk is in de EU altijd een discutabel begrip en dat blijkt ook vandaag. De sessie vindt plaats omdat een Turkse club van ondernemers en industriëlen – TUSAID – een rapport heeft opgeleverd over de douane-unie. Er zijn heel veel vertegenwoordigers van de organisatie aanwezig, aangevuld met allerlei EU-personeel. We noteren ambtenaren van de Europese Commissie, medewerkers uit het Europees Parlement en diverse medewerkers van de permanente vertegenwoordigingen, ofwel de ambassades van de lidstaten bij de EU. Uit het zoenen blijkt dat hier veel onderlinge bekenden zijn.
Veel burgers weten het ongetwijfeld niet, maar er bestaat al heel lang een douane-unie tussen de EU en Turkije. Deze is er al sinds 1995. De EU is de belangrijkste handelspartner van Turkije en andersom is Turkije op vijf landen na de belangrijkste handelspartner van de EU. Een douane-unie betekent dat er vrij verkeer van goederen is en dat er bij de invoer van goederen uit andere landen een gemeenschappelijk buitentarief geldt. Dit is dus al heel lang staande praktijk: een intensieve samenwerking met Turkije.
Het doel van deze sessie is duidelijk te maken dat de douane-unie verouderd is. We leren hier door vijf sprekers dat de douane-unie heel belangrijk is voor Turkije en dat werkelijk elke sector in de Turkse economie erdoor wordt geraakt. De sprekers komen onder meer van ondernemerslobby Business Europe (zit o.a. VNO-NCW in) en een ambtenaar van de Europese Commissie. Geheimzinnigheid is hier verplicht want er mag niet worden opgeschreven wie welke uitspraken doet. Dit is wat we in Den Haag kennen als de Nieuwspoortcode, waardoor van transparantie helemaal geen sprake is.
De bestaande douane-unie moet gemoderniseerd worden, leren we. Dit is vooral omdat diensten niet in de douane-unie zijn opgenomen terwijl daar veel groei zit. Men realiseert zich in deze ruimte terdege dat dit idee zeer politiek is. Een man in het publiek meldt dat er een relatie bestaat met een mogelijk EU-lidmaatschap van Turkije. De conclusie is dat dat “een andere discussie” is. Er moet sowieso een betere douane-unie komen, ongeacht het al dan niet doorgaan van een Turks EU-lidmaatschap. “Op het Turkse lidmaatschap gaan we niet in, dat is politiek!” zegt een spreker.
Zo wordt de relatie tussen de EU en Turkije enerzijds “te politiek” gevonden om kunnen te bespreken, terwijl anderzijds handel met Turkije “onpolitiek” en daarmee vanzelfsprekend wordt gevonden. Eigenlijk is die handel geen discussie waard, zo is de teneur. Niemand twijfelt aan het nut van een verdere versterking van de douane-unie. Sommige discussies rond Turkije zijn “politiek”, roepen discussie op en blijven daarom onbesproken, andere zaken worden echter “onpolitiek” gevonden terwijl ze minstens zoveel discussie kunnen oproepen. Ze zijn in de ogen van de aanwezigen “niet politiek”, al zijn ze dat juist wel.
Zo wordt dit een sessie vol algemeenheden. “Het zou goed zijn als de relatie tussen Rusland en Turkije verbeterd want dat is goed voor ondernemers”. En: “er ligt een geweldige kans de relatie tussen Turkije en de EU te versterken, nu door de vluchtelingencrisis duidelijk is geworden dat de belangen van de EU en Turkije grotendeels gelijk lopen”. Een ander begint te pleiten voor visumliberalisatie voor Turken, want “de Turken snappen niet dat die er niet allang is”.
Zo zien we hoe lobbyisten binnen de EU te werk gaan. Thema’s die voor hen te moeilijk zijn, worden tot “politiek” verklaard zodat ze daar hun vingers niet aan hoeven te branden. Thema’s waarbij lobbyisten denken een verschil te kunnen maken, worden juist zo onpolitiek mogelijk gepresenteerd in de hoop dat niemand doorheeft dat hier de ene na de andere controversiële maatregel wordt voorgesteld. Het is de bedoeling dat niemand ziet dat er aanzienlijke maatschappelijke weerstand is tegen al deze zaken, zoals visumliberalisatie.
Het is bijna niet voor te stellen dat de mensen aan deze tafel dat niet weten. Niet zo gek dus dat ze niet geciteerd willen worden.
Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel en Den Haag. Voor zijn verslaggeving is ook jouw financiële steun essentieel.