‘We gaan nu terug,’ zei Willem-Alexander beslist tegen de paniekerige beveiligers.
Beatrix perste haar lippen op elkaar. Er was niets gebeurd. Toch? Een schreeuwende gek en toen wat paniek. Meer niet. Alexander had gelijk. Als ze nu zouden vluchten, was het gedaan met hen. Hoe bang ze ook was voor wat er zou kunnen gebeuren, moed was de enige rechtvaardiging van hun bestaan. Haar oudste zoon begreep dat.
‘Dit is geen discussie,’ zei Alexander.
Hij begon al te lopen en trok Máxima en Beatrix met zich mee. De beveiligers weken uiteen voor hem – hun koning.
Daar liepen ze – haast net zo snel als ze weggevlucht waren – terug naar daar waar ze eerder stonden. Eensgezind en doelgericht. Geen spoor van twijfel op hun gezichten of in hun bewegingen. Beatrix negeerde alle geschrokken blikken en zocht houvast bij haar zoon. Toen ze opnieuw haar plaats innam op De Dam legde hij nog even zijn handen op haar schouders.
Ze glimlachte opgelucht. Ze was klaar.
Het Wilhelmus ving aan. Aarzelende klanken die zich een weg door de spanning baanden. Ze ademde diep in en liet de lucht daarvan als een zucht ontsnappen. Alles mocht komen nu. De monarchie was gered. Leve de koning!
In 50 Shades of Orange publiceert schrijver Mariëtta Nollen tot aan de kroning iedere dag een fragment uit haar roman Ik, Beatrix. Zo maar wat scènes uit het leven van onze koningin, die zo maar echt gebeurd kunnen zijn. Het ebook is hier te bestellen. Mariëtta publiceert ook op De Nieuwe Pers en twittert.