Asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen komen massaal niet aan het werk. Van de asielzoekers die tussen 1995 en 1999 een verblijfsvergunning kregen had slechts 25 procent na twee jaar een baan, en dat is dan ook nog een baan van ‘minimaal acht uur per week’ (iets meer dan een uur per dag). Dit blijkt uit het Sociaal en Cultureel Planbureau-onderzoek Geen tijd te verliezen: van opvang naar integratie van asielmigranten (complete rapport in pdf) wat woensdag verscheen en waarover Elsevier bericht.
Momenteel, dus tussen de 15 en 20 jaar later, heeft nog steeds maar 50 procent van die onderzochte groep asielzoekers een baan. De werkloosheid onder deze groep is veel hoger dan onder arbeidsmigranten of migranten die hierheen zijn gekomen voor gezinshereniging. Met name Somaliërs lijken massaal buiten de arbeidsmarkt te vallen.
Ook het criminaliteitspercentage is onder de onderzochte groep is enorm: het precentage bij de onderzohte groep is maarliefst drie keer zo hoog als het landelijke gemiddelde. Dit lijkt vooral te maken te hebben met het feit dat de onderzochte groep vooral uit alleenstaande jonge mannen bestaat.
Wel blijkt dat asielmigranten niet vaker van een delict worden verdacht dan autochtonen met een vergelijkbare demografische en sociaaleconomische kenmerken.
De asielmigranten die met criminaliteit in aanraking komen worden vooral verdacht van vermogensdelicten zoals diefstal. Drugs, wapens en geweld komen minder voor.
Heden ten dage komt opnieuw een grote groep vergelijkbare asielzoekers Nederland binnen. Vandaar ook dat het SCP aanbevelingen doet om herhaling van deze problemen te voorkomen. Vooral integratie is belangrijk. Het SCP beveelt aan dat asielzoekers direct na binnenkomst beginnen met het leren van de taal, bijscholing of het zoeken naar passende arbeid en het zoeken naar een woning.
Gebeurt er niets dan zitten straks opnieuw 35.000 asielzoekers van de huidige 50.000 die onlangs naar Nederland zijn gekomen in de bijstand. Of in de criminaliteit.
Bron: SCP, Jaarrapport integratie 2013; CBS, Jaarrapport integratie 2014.