De onrust in het Midden-Oosten neemt toe. Na Saudi-Arabië breken ook andere Arabische landen met Iran. Bahrein zet de Iraanse diplomatieke vertegenwoordiging het land uit. De Verenigde Arabische Emiraten zetten de betrekkingen op een laag pitje. Ook Sudan verbreekt de banden met Iran. De drie landen zijn bondgenoten van de Saudi’s.
Directe aanleiding is de executie van een sjiitische geestelijke, Nimr al-Nimr, door de aartsconservatieve soennitische machthebbers in Saudi-Arabië. Na de executie werd de Saudische ambassade in het sjiitische Iran bestormd. Demonstranten drongen het gebouw zondag binnen en staken delen in brand. Als reactie daarop verbrak Saudi-Arabië de banden met Iran. De Saudi’s haalden hun ambassademedewerkers terug en zetten die van Iran uit.
Iran beet maandag van zich af. Volgens Teheran profiteren de Saudi’s van de huidige situatie en willen ze alleen maar olie op het vuur gooien.
In Irak zijn twee soennitische moskeeën aangevallen en verwoest. Daarbij viel zeker een dode. De moskeeën werden in de nacht van zondag op maandag verwoest door aanvallen met bommen. Irak is overwegend sjiitisch. Die groep heeft het tegenwoordig voor het zeggen, sinds de val van de soenniet Saddam Hoessein in 2003.
Saudi-Arabië en Iran zijn grootmachten in het Midden-Oosten, die elkaar al jaren proberen te overtreffen. Een van de strijdtonelen is Syrië. Iran steunt het bewind van Bashar al-Assad, Saudi-Arabië steunt soennitische opstandelingen die hem willen verdrijven. In Jemen steunt Iran de sjiitische Houthi-minderheid, die in opstand is gekomen, terwijl Saudi-Arabië de Houthi’s bombardeert.
Anp
