Het mes zal linksom of rechtsom in de overheidsuitgaven moeten worden gezet. Dat zei directeur Job Swank van De Nederlandsche Bank (DNB) maandag in een toelichting op de jongste economische prognoses van de centrale bank. “Je kunt niet eindeloos doorgaan met het verhogen van lasten voor burgers”, zei hij.
Nederland heeft nog altijd een zogenoemd primair tekort. Dat betekent dat de overheid, ook wanneer rentebetalingen op de staatsschuld niet worden meegerekend, structureel meer uitgeeft dan er binnenkomt.
Momenteel profiteert ons land nog van een extreem lage rente op staatspapier. “Maar zo’n lage rente houd je alleen maar vast met gedegen overheidsfinanciën”, zei Swank.
Lastenverzwaringen zijn de snelste manier om het overheidssaldo te verbeteren, maar raken direct de burger in zijn portemonnee. En die heeft het de afgelopen jaren al ongekend hard voor de kiezen gehad.
Onder invloed van de recessie en oplopende werkloosheid daalt de koopkracht dit jaar met 3,8 procent, na een afname met 3 procent in 2012.
De lagere koopkracht vertaalt zich in een aanhoudende krimp van de consumptie. De bestedingen door huishoudens dalen al 4 jaar op rij. Dat is in de afgelopen 6 decennia niet eerder voorgekomen.
Huishoudens teren ook op uitzonderlijk grote schaal in op hun spaartegoeden. “We sparen nog wel, maar vooral verplicht, via de pensioenen”, aldus Swank.
Economisch herstel zal vooral uit het buitenland moeten komen. Dat is op zich niet uitzonderlijk.
“Op eigen houtje groei je niet uit deze crisis”, zei Swank. Maar de consumptie kan best een steuntje in de rug gebruiken.
“Het liefst zonder de begroting te belasten”, aldus de DNB-directeur.
Zo vindt DNB het een “aantrekkelijke” gedachte om het premiegeld dat vrijvalt door de voorgenomen verlaging van de belastingvrije pensioenopbouw, in te zetten ten behoeve van de koopkracht.
De pensioenfondsen zouden een steentje kunnen bijdragen aan herstel op de woningmarkt, door in hypotheken te beleggen. Daardoor kan de hypotheekrente dalen, wat het besteedbaar inkomen van veel huishoudens ten goede komt.