Sorry – even een personeelskwestie. Als scepticus met een flinke hoeveelheid dienstjaren, die vreemde bulten op zijn huid krijgt bij alles wat naar Paars en richtingloosheid riekt, ben ik al een tijdje op zoek naar iemand waar in ieder geval een geloofwaardig oppositioneel geluid tegen Rutte II uit opstijgt. Iemand die op wat voor manier dan ook een glimp laat zien van hoe het óók zou kunnen, zonder al te opzichtig in private hobby’s (Wilders-moslims, Thieme-dieren) te vervallen.
Natuurlijk zijn er lezers – ik sluit niet uit: verstandige lezers – die op voorhand al menen dat het helemaal niet anders kan en Rutte II de ultieme vertaling is van de politieke realiteit van nu, dat wil zeggen: oppassen op de winkel, oppassen op de winkel en, last but not least, oppassen op de winkel.
Niet voor niets zong het tijdens de kabinetsformatie rond dat er ‘Dreesiaanse’ ministers en staatssecretarissen werden gezocht, ofwel: mannen-en-vrouwen-van-stavast die ongehinderd door oncontroleerbare bevliegingen van bevlogenheid, inderdaad, ‘op de winkel zouden gaan passen’.
Ik vrees dat we deze gortdroge filosofie over wat een kabinet zou moeten zijn, thans voor onze ogen zien ontrollen. Men houdt elkaar vast, doet geen gekke dingen, haalt een doekje tevoorschijn als er iets op de dweilen valt en stelt bij gebleken rotte plekken vrijwel op de automatische piloot adviescommissies in.
Fantasie? Inspiratie? Durf? Dat is leuk voor op het toneel, maar niet voor in de Tweede Kamer of het Catshuis. Daar dicteert de putlucht van de rekenmeesters strenger dan ooit! De Volkskrant typeerde deze minimalistische kabinetscultuur onlangs als ‘ze houden het klein’.
Zoals ik al zei: als kiezer en burger van dit land wil ik een personeelskwestie aan de orde stellen, want zoek ik iemand, die op zijn minst een geloofwaardig alternatief biedt voor deze coalitie en daar een goed verhaal over kan houden. (Ik zal niet snel roepen ergens ‘recht’ op te hebben, maar op een politieke keuze heb ik als kiezer, meen ik, toch echt wel ‘recht’, zoals een consument ‘recht’ heeft op meer dan één graaiende bank om zijn geld naartoe te brengen.) Helaas, helaas…
Ik zie de personificatie van het gedroomde alternatief vooralsnog niet. Het meest pijnlijke is dat de SP – toch nog steeds dé partij bij uitstek, die fundamenteel andere afwegingen maakt, of moet ik zeggen: probéért te maken? – met Emile Roemer een mankepoot door laat strompelen, die tijdens de verkiezingen al heeft aangetoond slappe knieën te krijgen als de vragen rechtstreeks, to-the-point en kritisch van toon worden. En wanneer de BBC of ITV in de doodenge wereldtaal, genaamd ‘Engels’, op hem losgaan, weet Emile niet hoe snel hij naar zijn stulpje in Brabant terug moet vluchten.
Toegegeven, het is een wat onvriendelijke manier om te concluderen dat Roemer gezakt is voor zijn examen van geloofwaardig oppositieleider. Elke dag dat hij op zijn post blijft, met zijn bekende riedel over ‘kapot bezuinigen’ en ‘het verergeren van de economische situatie’ is hij eerder het symbool van de loopgraven ín deze crisis dan van de mogelijke oplossing ván deze crisis.
Waar Roemer is, zie je laagopgeleide huishoudens met goed gevulde ijskasten opdoemen: betaald dankzij door de SP zeker gestelde uitkeringen en toelagen, maar zonder ‘drive’ om een nieuwe weg te vinden in de 21-ste eeuw. Roemer is helaas – ik zeg ’t met pijn in het hart – de belichaming van de materialistische agenda en daarmee van de antwoorden van gisteren.
Op Pechtold (te zelfgenoegzaam), Van Ojik (té slaapverwekkend) en Buma (té burgemeesterszoon) hoef je voor een serieuze oppositie niet te rekenen. Wie de laatste wel eens een speech heeft horen uitspreken, weet dat zelfs als de medische wetenschap ons binnenkort toestaat 150, 300 of 500 jaar te worden, dit keurig gecoiffeerde CDA-hoofd nooit iets zal weten te formuleren dat boven de taaie zinnen in een bleue afstudeerscriptie uit zal stijgen.
Bij hem plakken begrippen als ‘samen’, ‘de schouders eronder’ en ‘dat mogen we niet laten gebeuren’ zo lusteloos tegen elkaar aan, dat Buma meer toekomst lijkt te hebben als spierverslappend middel dan als krachtbouillon voor de oppositie. Vandaar dat we voor de serieuze oppositieleider die ik zoek, na luttele omzwerving, automatisch terugkeren naar de SP. Loopt daar niet ene Ronald van Raak rond?
Hij is, tenminste, ánders
Ik geef onmiddellijk toe: het is hachelijke business en wellicht een ultiem bewijs van naïviteit ergens je hoop op te vestigen, zeker als dat ‘ergens’ een feilbare persoon is die ervoor gekozen heeft politicus te worden. Maar dat gezegd hebbende, word ik enthousiast van ‘historicus en filosoof’ Ronald van Raak, die in ieder geval steeds blijkt heeft gegeven van de culturele en ideologische dimensie van politieke beslissingen.
‘Is vrijheid de basis voor rijkdom, of rijkdom een voorwaarde voor vrijheid?’ is één van de vragen, die hij in zijn laatste boek, getiteld ‘Op zoek naar vrijheid’ stelt. Zijn antwoord komt er, kort door de bocht, op neer dat meer staat helemaal niet minder vrijheid betekent, maar door het vervullen van basisbehoeften er juist voor kan zorgen dat een maximale hoeveelheid burgers van een maximale vrijheid kunnen proeven. (Van Raak: ‘Want één ding weet ik zeker: vrijheid en armoede gaan niet samen.’)
Op zo’n staatsgeoriënteerde visie valt zeker in tijden van PRISM best het één en ander af te dingen, maar het vormt – hoe dan ook – een breuk met de heiligverklaring van de markt, zoals die van GroenLinks tot VVD en van PVV tot CDA heeft toegeslagen.
Van Raak’s bijna aan liefde grenzende benadering van de staat lijkt misschien tegen de tijdgeest in te gaan, maar biedt, dóórgedacht, uitzicht op een aantal zeer nastrevenswaardige zaken: onderwijs, wetenschap en omroep, bijvoorbeeld, die onder het juk van commercie vandaan worden gehaald en weer hun eigen, onafhankelijke (en daarmee vertrouwenwekkende) rol kunnen spelen.
Is dat alles? zult u misschien reageren. Een boekje schrijven over de nieuwe heilstaat? Moet dat het entreeticket zijn van een serieuze oppositieleider? Ik begrijp uw scepsis. Maar toch zeg ik u: wees anno 2013 niet té schamper over een politicus die fundamenteel tegen de rijrichting in probeert te sturen. Het is een zeldzaamheid!
Dus daarom, SP, geef ons snel een serieuze oppositieleider met een doordacht verhaal. Hierbij nomineer ik Ronald van Raak.
Alvorens Hans van Willigenburg voor ThePostOnline ging schrijven, leverde hij onder meer bijdragen aan De Volkskrant, De Groene Amsterdammer,HP/deTijd, Nieuwe Revu, Elsevier,Bright, Quote en De Pers.