“Vrienden,” zegt D66-Europarlementariër Sophie in ’t Veld tegen de zaal. Ze wenst de tientallen aanwezigen dinsdagmiddag een gelukkig nieuwjaar. Ze denkt dat er ook een webstream is. Ook aan de kijkers van de stream een gelukkig nieuwjaar dus. De sessie van vandaag gaat over terrorisme en hoe dat gestopt kan worden. Worden de juiste maatregelen wel genomen, vraagt Sophie zich hardop af. Ondertussen komt er onder leiding van een D66-medewerker een grote groep jongeren binnen.
Vandaag gaat het om de vraag hoe mensen besluiten geweld te gaan gebruiken. Sophie spreekt bij voorkeur over “gewelddadig extremisme” en niet over “radicalisering” omdat haar eigen standpunten vaak radicaal worden gevonden. Verreweg de meeste mensen met radicale standpunten zijn niet gewelddadig, weet Sophie. Religieuzen hebben ook geen monopolie op radicalisering. Daarom gaat het vandaag óók over de deradicalisering van neonazi’s, meldt ze.
De assumptie bij radicalisering is vaak dat mensen hiervoor in contact moeten komen met een voor hen overtuigend verhaal, meldt Sophie. Maar tegelijk worden de meeste andere mensen door hetzelfde verhaal niet gewelddadig. Sommigen zijn er kennelijk gevoelig voor. Vandaag kijken we hoe dat komt. Het verwijt is vaak dat dit “een zachte aanpak” is, meldt Sophie, maar je kunt niets aan radicalisering doen als je de wortels niet kent. Een Spaanse Europarlementariër meldt dat dit een prima moment is om te leren van “best practices”. Er is een heel intelligent panel op komen draven.
Fernando Reinares is hoogleraar politicologie in Madrid en weet hier kennelijk veel van: het gaat meestal om mannen tussen de twintig en de dertig. Stereotypen kloppen niet, want in Spanje zijn het niet de armste mensen die aanslagen plegen. Ze komen uit betere milieus en rijkere delen van het land. Het zijn ook geen eenzame vrijgezellen want vaak zijn ze juist getrouwd. De reden om te radicaliseren is dat deze mensen in een identiteitscrisis zitten en dat terroristen hen een “fraaie” nieuwe identiteit verschaffen.
Terwijl de koffie rondgaat begint Maurits Berger, hoogleraar in Leiden, aan zijn verhaal. Volgens hem is de theologische rechtvaardiging van terrorisme heel nieuw. Er is al veertien eeuwen islam maar pas sinds 33 jaar wordt deze rechtvaardiging voor terreur gebruikt. De discussie of de islam de oorzaak of rechtvaardiging van terreur is brengt ons nergens, vindt hij.
Berger laat een ISIS-promotiefilmpje zien, waarin romantisch heldendom wordt getoond. Berger zegt dat je “zo naar ISIS wilt” als je het ziet. Het filmpje heeft dan ook niets te maken met het huidige Midden-Oosten. Volgens Berger is Assad veel erger dan ISIS maar hij is nooit gebombardeerd. Terroristen denken daarom dat het het Westen om de islam te doen is.
Linda Woodhead is hoogleraar in Lancaster. Ze noemt verschillende factoren die kunnen leiden tot radicalisering, vooral als ze allemaal tegelijk voorkomen. Het gaat om mislukte staten (“failed states”), het gevoel van mensen niet serieus te worden genomen, interesse in geweld, fundamentalistische religie, persoonlijke grieven en nieuwe media, zoals gaming, propaganda en porno.
Er moet volgens Woodhead niet gedacht worden dat religie altijd maar vredig en goed is. Extremisme is er in alle religies, wat ook te zien is in bijvoorbeeld de strijd van het christendom tegen abortus. Er moeten meer gematigde krachten binnen alle religies komen. Gematigde religie moeten de ruimte krijgen, er moet meer scholing over religie komen en de media moeten minder oppervlakkig met religie omgaan. Simpele wereldbeelden over religie moeten worden tegengesproken.
De wetenschappers in deze sessie vullen elkaar mooi aan. Er is veel kennis over radicalisering. De grote vraag is: wat moet je met al die kennis in het Europees Parlement? Er is geen enkele aanleiding te denken dat Brussels beleid verschil gaat maken. Want wat een ironie dat Fernando Reinares vrijwel meteen zegt dat er lokale initiatieven nodig zijn tegen radicalisering. De liberalen in het Europees Parlement – die deze sessie organiseren – lijken dat eigenlijk ook wel te weten: het tweede deel van de middag gaat over die lokale strategieën.
Kennisdeling tussen lokale gemeenschappen over radicalisering is ongetwijfeld zeer nuttig. Waarom die kennisdeling via het Europees Parlement moet lopen is minder duidelijk.
Dit jaar doet Chris Aalberts onder de titel Bruslog – Brusselse logica – verslag van Europese politiek in Brussel, in Den Haag en in het land. Voor zijn verslaggeving is ook jouw financiële steun essentieel.