(Transcriptie oriënterend gesprek tussen directeur Tepco en milieuambtenaar, ca. 1970)
“U wilt een kerncentrale bouwen?”
“Ja dat leek ons een aardig idee. Misschien wel een paar bij elkaar. Dat is voordeliger met de kabeltjes en zo. En misschien ook wel handig voor een arbeidspool. Kunnen we de medewerkers een beetje uitwisselen.”
“Loffelijk streven meneer. Een mooi initiatief. U helpt ons land vooruit. Mag ik eens vragen, waar wilt u die centrale bouwen?”
“We hebben een mooi plekje gevonden aan zee. Niet ver van Fukushima.”
“Idyllisch! Mijn favoriete streek… En een vis dat ze daar hebben…”
“Voor ons is het natuurlijk altijd prettig om voldoende water in de buurt te hebben. Koelen. Blussen. Lozen.”
“Dat hoeft u mij niet uit te leggen. U buigt hier aan het juiste bureau. Wij doen alle nucleaire vergunningen. Landelijk. U bent toch niet de eerste die hier langskomt. Alle kerncentrales in Japan staan aan zee.”
“U bent op de hoogte. Respect. Inderdaad. Alle kerncentrales in Japan staan aan zee.”
“Een vergunning. Daar komt natuurlijk het nodige bij kijken. Kernenergie ligt wat gevoelig in dit land. Dat weet u ook. Hiroshima. Nagasaki.”
“Ik ben blij dat u hier over begint. Onze plannen zijn afgestemd op het bereiken van de grootst mogelijke veiligheid. We hebben zelfs reservoirs geplaatst, hoog in de reactorgebouwen, waar de afgewerkte splijtstofstaven rustig kunnen afkoelen. Stelt u zich voor, wat een voordelen! Geen opzichtige transporten. Geen extra bewaking.”
“Dat bevalt mij wel. Integrale aanpak. Reactor en afval bij elkaar. Daar zie het voordeel wel van in.”
“Maar ik ben nog niet klaar. U moet eens weten hoe wij de koeling gaan waarborgen. Onder alle omstandigheden!”
“Daar ben ik inderdaad benieuwd naar. U weet waarschijnlijk dat wij een reservesysteem eisen, voor het onwaarschijnlijke geval dat de stroomvoorziening naar de koelpompen zou uitvallen.”
“Precies, daar heb ik het over. In ons geval een dubbel noodsysteem. Uiteraard dieselgeneratoren die de stroomvoorziening kunnen overnemen. Volledig geautomatiseerd. Maar dat is nog niet alles. We denken zelfs aan extra accu’s. Voor het geval dat. Niet dat we ze ooit zullen gebruiken. Het is het idee hè? Zodat de omgeving een beetje gerustgesteld is. En vooral de voordelen ziet. We gaan natuurlijk heel wat werkgelegenheid naar Fukushima brengen. Welvaart!”
“Welvaart!”
“Santé!”
“Saké!”
“Ik ben werkelijk onder de indruk. Ik zal de documenten snel regelen. Bent u al bij mijn collega geweest voor de bouwvergunning? Ik sein hem vast in.”
“Ach, als u dat doen wilt. Zeer voorkomend van u. Het is voor ons natuurlijk van belang dat we snel van start kunnen. Dat heeft grote voordelen. Mocht dat lukken dan eh, zullen we u niet vergeten.”
“Ik had niet anders verwacht. Het is altijd prettig zaken doen met uw firma.”
“Het is altijd een eer om voor uw bureau te buigen.”
“Goedemiddag!”
(Buigt terug. Knoopt mondkapje vast.)
Menno Spiro schrijft onder andere voor het Parool, Business Week en Computable. Hij blogt dagelijks over Fukushima en bewaart halve waarheden voor Twitter.