De Partij van de Arbeid zakt nog verder weg en houdt nog maar 14 (-1) zetels over van de 38, die 10 maanden geleden gehaald werden bij de verkiezingen. De VVD doet het iets beter. Met 21 zetels (+1) worden er 20 zetels in totaal verloren.
De PVV scoort 30 zetels. Een dergelijke score werd voor het laatst behaald in oktober 2011.
Het verlies van 10 procent (4 zetels) van PvdA naar PVV kwam in het verleden niet voor. Ook niet toen de PvdA in februari 2010 (in de eindfase van het laatste kabinet Balkenende) op maar 14 zetels stond.
De slechte electorale positie van de twee regeringspartijen (samen nog maar 35 zetels), hangt samen met het gebrek aan steun voor de aanpak van de crisis van de regering. En dat is bij de PvdA-kiezers nog sterker het geval dan bij de VVD-kiezers.
Van de VVD-kiezers uit 2012 die nog steeds aangeven VVD te kiezen is 52 procent voor de extra bezuinigingen van 6 miljard en 16 procent wil geen extra bezuinigingen. Terwijl van de VVD-kiezers uit 2012, die nu niet meer VVD aangeven te kiezen, wil maar 16 procent 6 miljard extra bezuinigen en 52 procent geen extra bezuinigingen.
Bij de PvdA-kiezers zijn de cijfers electoraal gezien nog duidelijker. Zelfs van degenen die nu nog steeds aangeven PvdA te stemmen geeft maar 19 procent aan voor extra bezuinigingen te zijn van 6 miljard. Van degenen die nu aangeven geen PvdA meer te stemmen wil nul procent 6 miljard extra bezuinigen en 63 procent wil geen extra bezuinigingen.
Uit het rapport van vandaag (pdf) blijkt dat maar 23 procent van de kiezers vindt dat het sociaal akkoord ongewijzigd moet blijven bestaan.
59 procent van de kiezers vindt dat VVD en PvdA een fout hebben gemaakt om niet voor een meerderheid in de Eerste Kamer te zorgen bij de vorming van de regering. Ook de VVD- en PvdA-kiezers vinden dat in meerderheid.
33 procent van de kiezers vindt dat de regering op deze manier moet doorgaan met het vinden van meerderheden in de Eerste Kamer. 41 procent wil nieuwe verkiezingen en 20 procent een nieuwe kabinetsformatie, waarna wel een meerderheid in de Eerste Kamer is.
Van de PvdA-kiezers uit 2012 die nu geen PvdA meer stemmen geeft 71 procent aan nieuwe verkiezingen te willen. Bij de VVD is dat 49 procent.
Het is lastig in te zien, hoe – zolang de economie niet duidelijk aantrekt- de regering, PvdA en VVD, meer steun bij de bevolking krijgen.
Daarbij is het ook nog maar een ruime 7 maanden tot de gemeenteraadsverkiezingen. (Hoewel daar de uitgangspositie van de VVD en PvdA relatief “gunstiger” is, omdat in maart 2010 de PvdA en de VVD er beduidend slechter voor stonden dan ze in 2012 bij de Tweede Kamerverkiezingen scoorden. Hun landelijke cijfers waren toen samen 45 zetels (en niet de 79 van september 2012). Vergeleken met de 35 van vandaag is dat ‘slechts” een daling van minder dan 25 procent en niet de meer dan 50 procent verlies ten opzichte van de Tweede Kamerverkiezingen.)
Tot half augustus zullen we eens in de twee weken met deze peiling komen, tenzij er redenen zijn om toch die frequentie te doorbreken.