Politiek

Opiniepeiling Maurice de Hond: PVV duidelijke de grootste partij

18-08-2013 11:00

Ook deze twee weken zijn de verschuivingen gering geweest. Inmiddels staat de PvdA op 13 zetels (-1) en daarmee een evenaring van het all-time-low van oktober 2009. De PVV is met 30 zetels duidelijk de grootste partij, met de SP op de 2e plaats (24). VVD+PvdA staat nu op het laagste punt sinds de verkiezingen (34), dat is 45 zetels minder dan bij de verkiezingen in september 2012.

peiling-18-augustus-2013

Lossere band tussen kiezers en politieke partijen

In de rapportage van deze week (pdf) wordt een analyse getoond van de uitslag nu vergeleken met die van de verkiezingen naar een aantal demografische kenmerken. Dan valt o.a. het volgende op:

  • PVV+SP zijn het grootst bij de kiezers tussen 45 en 54 jaar (47 procent), terwijl de regeringspartijen bij die kiezers slechts 18 procent scoren. (Bij de verkiezingen scoorden de regeringspartijen 51 procent bij deze leeftijdgroep en PVV+SP 26 procent). Bij de kiezers onder de 35 jaar is D66 met 20 procent de grootste partij. Bij de verkiezingen was dat de VVD met 26 procent 50PLUS is met 15 procent de een na grootste partij bij de kiezers van 55 jaar en ouder. (De PVV is de grootste partij).
  • PVV+SP scoren 49 procent bij de kiezers met lage opleiding.  VVD+PvdA scoren daar nog maar 15 procent (was 37 procent tegen 42 procent).  Hoewel PVV + SP bij de kiezers met hoge opleiding beduidend lager scoren (21 procent) is dat toch een grote stijging ten opzichte van de 5 procent bij de verkiezingen.
  • Het verschil tussen PVV en SP ligt (zoals al eerder is geconstateerd) bij de factor inkomen.  De PVV scoort 22 procent bij de kiezers met midden inkomens en 16 procent bij kiezers met laag inkomen.  De SP scoort 24 procent bij de kiezers met laag inkomen, terwijl dat 15 procent is bij kiezers met een midden inkomen. Onder kiezers met een hoog inkomen is de VVD nog steeds de grootste partij.  Maar de score 22 procent is 25 procent lager dan de 47 procent bij de verkiezingen.

Dergelijke grote verschuivingen binnen het electoraat in de periode van minder dan een jaar is in deze mate niet voorgekomen. Zelfs gedurende 2001-2002 niet met de snelle opkomst van Fortuyn.

Dit wijst wel op de steeds lossere band tussen kiezers en politieke partijen, waarbij verkiezing op verkiezing vooral specifieke omstandigheden in de aanloop naar die verkiezingen de uitslag zullen bepalen. Met als gevolg dat de steun voor het te vormen bestuur landelijk of in de gemeenten, na die verkiezingen bijna per defnitie laag zal zijn.

Artikelfoto: PVV-Kamerlid Fleur Agema en PVV-leider Geert Wilders tijdens het debat over het zorgakkoord. (ANP / Martijn Beekman)