Afgelopen week moest ik aan Monty Pythons Life of Brian denken. Aan het verhaal van Brian Cohen, in wie iedereen bij misverstand de messias ziet. Ik moest denken aan Brian die uit zijn raam een menigte oproept om hem niet te volgen, om zichzelf te denken, omdat ze allemaal individuen zijn. De menigte antwoordt in koor dat ze inderdaad individuen zijn.
Ik moest ook denken aan de man die de Charlie Chaplin look-a-likewedstrijd won in plaats van Charlie Chaplin, die ook meedeed, zelf. Die man leek waarschijnlijk veel op Chaplin, maar nooit zoveel als Chaplin zelf natuurlijk.
Ik moest denken aan nieuwe Paul McCartney, de invalbassist van The Beatles die de oude Paul McCartney na een vermeend auto-ongeluk verving. De nieuwe Paul McCartney die ineens ook een begenadigd bassist en liedjesschrijver bleek.
Wie had gedacht, zes jaar geleden, dat de linksback van Southampton zou uitgroeien tot de duurste speler allertijden? Zoveel voorbeelden als er zijn van buitenspelers die omgeschoold worden tot back, zo weinig maakten de move die Bale maakte. En natuurlijk, het is een fantastische voetballer met een bak aan ervaring voor zijn leeftijd. Maar toch. Het wringt.
Kan iemand 99 miljoen waard zijn? Nee natuurlijk niet. Maar blijkbaar toch.
Kan iemand als Bale 99 miljoen waard zijn? Nee natuurlijk niet. Maar blijkbaar toch.
Ko van ‘t Hek is rechtsback, filosoof, scorebordjournalist, maar vooral ‘liefhebber van het spelletje’.