Schande! De oud voorzitter van Alpe D’Huzes heeft zijn zakken gevuld. Hij heeft een kleine drie ton gedeclareerd voor advieswerkzaamheden. Heel Nederland in rep en roer. Het moest niet mogen. De oud-voorzitter krijgt nu een hele berg shit over zich heen en wordt als zondebok de woestijn in gejaagd. Beetje schijnheilig, want laten we wel wezen, wat de Heer Veenendaal geflikt heeft, dat flikt toch vrijwel de hele goededoelenbranch. Directeur Unicef 2 ton. Rode kruis en Hartstichting een 2,5 ton. Nierstichting en Kerk in Actie beiden bijna 2,4.
En zo voorts.
Laten we het perspectief eens wat verruimen. Misschien is Alpe D’Huzes wel een topje van een onzichtbare berg met mest. We constateren mitsgaders dat de hele goededoelen-industrie in dit land is verziekt. En waarschijnlijk net zo hard bij de buren Ze werken als heuse winstgerichte bedrijven. Inclusief dik betaalde directeuren, vette CEO’s, rijk tafelende Raden van Advies, en snelle managementlagen. Plus ‘adviseurs’ tegen toptarieven. En ook nog de secretariaten en extensieve administraties die uiteraard ook behoorlijke salarissen betaald krijgen.
Het ongezonde van de situatie is het simpele feit dat het geen reële bedrijven zijn. Ze produceren niets concreets, alleen maar verhalen en bankrekeningnummers. Ze doen een beroep op de ach-en-wee factor, het medelijden en de barmhartigheid van de schuldbewuste burger. Met reclamebureaus worden deerniswekkende beelden geproduceerd, arme kindertjes, ernstig zieke oudjes, ongeneesbare medemensen. Brok-in-de-keeltrekkende reclamefilmpjes doen een beroep op de portemonnee, en die wordt door vele landgenoten dan ook flink opengetrokken. Als het nodig is worden er een paar dik betaalde TV-koppen tegenaan gejensd. Met emotievol stemgeluid verhalen ze van ziekte, armoede, pijn en ellende in de door ons rijke stinkerds uitgebuite derde wereld en elders. Oud politici, die het spel graag meespelen, worden voorzitter van deze of gene medegevoel-stichting en reizen, uiteraard goed betaald en uitstekend verzorgd, de hele wereld af met een cameraploeg achter de bips.
Of we maar even willen overmaken.
Maar het gaat dieper. Er zit iets ernstigs verdorvens in de mateloosheid van de menselijke inhaligheid, die aan de wortel ligt van al deze huichelarij. We zullen moeten graven naar de oorsprong van de zucht naar steeds meer, steeds groter, steeds vetter. We zullen moeten spoorzoeken naar de menselijke aandrift naar een pathologische opeenhoping van materieel bezit en macht.
Laten we vaststellen dat vrijwel alles dat met een mooi ideaal begint neigt te eindigen in een puinhoop. De prachtige beloften van Sovjet revolutie eindigden in vervolgingen, concentratiekampen, moordpartijen en een volstrekt decadente partijleiding. De DDR eindigde in Stasi en kelders vol kaviaar voor de partijbonzen. Een Rooms katholieke Kerk die start als een zoektocht naar het ware geloof en een godvruchtig leven eindigt in massale knapenschending en corruptie. Politieke partijen die uit idealen en bezieling worden opgericht veranderen in vriendjespolitiek, banenjagerij en nepotisme.
In de menselijke aard zit kennelijk de drang naar verdorvenheid opgesloten. De verleiding van het vleesch en de macht is te groot. De Italiaanse socioloog Robert Michels heeft de neiging naar macht en corruptie onderzocht en kwam tot een IJzeren Wet. Elke organisatie zal vroeg of laat eindigen in een kleine groep oligarchische machthebbertjes, stelt hij. De mens neigt nu eenmaal naar heerschappij van weinigen over velen en wie de kans krijgt zal zich losmaken van het gepeupel en de macht naar zich toe trekken.
Hetzelfde geldt voor materieel bezit. De neiging “de zakken te vullen” is heus niet weggelegd voor een enkele ontspoorde bestuurder, adviseur of directeur. Het zit in de mens, en meneer Van Veenendaal is het even zichtbare topje van de onzichtbare onderliggende mestberg.
Het vullen der portemonnee zit dus in de menselijke natuur. En al helemaal in de Hollandse geaardheid. Slavenhandel, bierhandel, bouwondernemen, specerijenhandel of elektronica, de Nederlander heeft in de loop der eeuwen de zakken stevig mogen vullen. Zowel in het verleden als in het heden. De Amsterdamse grachtengordel getuigt nog immer van de eeuw der Goud. Zolang het maar met een ethisch sausje overgoten wordt, en daar leverde de Kerk weer nuttige diensten. Uiteraard goed betaald.
Of een “Goed Doel”, de 21ste eeuwse variant van de kerk.
Waar de honger naar materieel bezit en macht vandaan komt is nog altijd gissen. Misschien is het de menselijke onzekerheid. Hoe meer ik bezit, hoe meer bestaansrecht ik heb. Misschien is het verslaving: hoe meer hoe lekkerder, de heroïne dus van het grote geld. Misschien is het de vroegste jeugd: mamma gaf me te weinig aandacht en liefde, dus wil ik materiele genoegdoening.
We moeten terug naar Plato om de oplossing te vinden. De geestelijke aristocratie zal ons bevrijden uit deze materialistische gevangenis. “Wie het aardse goud is ontgroeid en slechts genoeg heeft aan het geestelijke goud, die zal heersen.”, zegt de Griekse wijsgeer in de Politeia. De begeerte kan pas worden afgelegd als de ware wijsheid is ingetreden. En dat lukt pas op oudere leeftijd.
Ik vrees dat Plato weinig voet aan de grond krijgt in ons landje van onnozele en schuldbewuste burgers en naar macht en geld hunkerende bestuurderstiepjes.