Weten & Tech

Mans En Garde: Defensiedeskunde voor Dummies II

07-02-2016 14:00

Leo2A6Defensiefront
 
Er vliegt, knalt, rolt en ratelt in de wereld een hoop rond op militair gebied. Je zou denken dat na decennia oorlog, van Desert Storm tot ISAF-operaties in Afghanistan, van burgeroorlogen op de Balkan tot de huidige in Syrië, iedereen die het op de buis, in de krant of op een blog uitlegt inmiddels wel enigszins weet wat er zoal vliegt, knalt, rolt en ratelt. Niets is minder waar. Daarom is de stukjeduiding serie Defensiedeskunde voor Dummies op herhaling. Na het eerste deel over het kleinere spul deze keer de tanks. Want niet alles op rupsbanden is er een. Verre van.

Na ze te hebben afgeschaft is Nederland momenteel bezig om zestien Duitse Leopard 2A6 leasebakken opnieuw te integreren bij de Landmacht. Elders komen tanks stukken overvloediger voor. Bijvoorbeeld in Egypte en Pakistan, waar onze gulle ontwikkelingshulp regeringen lang hielpen om enorme tankbestanden op te bouwen voor de nooddruftige bevolkingen (Egypte 4000+ tanks, Pakistan 2900 tanks). Om ze daar dik in tanks te krijgen, vermagerden wij onze bestanden in een serie bezuinigingen compleet weg. Dacht u hieraan toen u op het journaal de laatste Leopards zag verdwijnen bij de Landmacht?

Tanks in het kort

In vooroorlogs Nederlands praten we over een ‘vechtwagen’, wat de lading prima dekt. Beter dan ‘tank’, de oorspronkelijke Britse codenaam (1915). Inmiddels slaat de benaming voornamelijk op de Main Battle Tank (MBT), een zware tank voor alle gevechtsdoeleinden. Van de vroegere keur aan lichte, middelzware en zware tanks zijn de soorten na WOII grotendeels vervangen door de MBT.

Tank Destroyer

Dit zijn de op tanks lijkende gespecialiseerde klasse van gemechaniseerde (rupsbanden) tank destroyers. Bij de buren vaak een torenloos voertuig aangeduid als panzerjäger. Een nagenoeg uitgestorven soort. Zoals de benaming al doet vermoeden waren dit primair antitank voertuigen.

Lichte tank

De huidige, inmiddels wat vaag geworden klasse van lichte tanks bestaat qua (vroegere) gebruiksaantallen voornamelijk uit vijftiger jaren ontwerpen zoals de Franse AMX-13, de Amerikaanse M41 en Russische PT-76. De iets latere Amerikaanse oddball M551 Sheridan is sinds 1996 uitgefaseerd. Bij nieuwere ontwerpen zoals de CV90120T (.pdf) gaat het veelal om een infanteriegevechtsvoertuig waar een toren met een flink kanon voor is ontwikkeld. Oorspronkelijk primair een verkenningstank, hebben lichte tanks soms een antitank taak of worden als kleintje MBT voor alle doeleinden gebruikt.

PT-76. Bij het westerse publiek wat minder bekend, maar met een oplage van circa 12 duizend stuks is het de talrijkste naoorlogse lichte tank (foto: wiki, upload van Владимир Саппинен).
PT76VerkhnyayaPyshmaTankMuseum

 

MBT

Er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen, maar je kunt een MBT ruwweg definiëren als een zwaar gepantserd voertuig op rupsonderstel, uitgerust met een ongeveer midscheeps geplaatste 360 graden draaibare toren voorzien van een groot kanon. Een lichte tank doet het fors minder bepantserd, maar heeft soms wel een vergelijkbaar zwaar kanon. De M551 had qua kaliber zelfs een dikker kanon, dat bovendien geleide raketten kon lanceren uit de korte 152 mm schietbuis. Een kaliber waar MBTs tot op heden onder blijven. De bovengrens ligt momenteel bij 120 mm aan ‘westerse’ en 125 mm aan ‘niet-westerse’ kant. Wel wordt er geëxperimenteerd met 140 mm ontwerpen.

Russisch versus westers

De talrijkste MBT series zijn afkomstig uit de USSR (verder Russisch) of hiervan afgeleid. Oudere Russische MBTs (T54/T55) hebben 100 mm kanonnen met een loop voorzien van trekken-en-velden (rifled bore). In hun latere tanks groeide het geschut stapsgewijs naar 125 mm gladloops (smooth bore) ontwerpen. Waar niet zelden hiervoor ontwikkelde geleide raketten uit worden gelanceerd.

Russische tankontwerpen hebben vrij ronde basisvormen. De ronde vormen zijn het gevolg van een gegoten metaal-productieproces. Gelast pantser en meerlaagse (spaced armour, composiet) constructies, zoals bij veel westerse naoorlogse tanks, is rechtlijniger.

De voorgaande T-54/55 serie is talrijker (tot 100 duizend), maar de T-72 series plus evoluties zoals de T-90 (totaal 27 duizend+) zijn momenteel de meest gebruikte niet-westerse moderne MBTs. Afwijkende maar er op lijkende parallele ontwikkelingen zijn de T-64/T-80 series, waar tegen de 20 duizend van zijn gebouwd (foto’s: Vitaly Kuzmin).

T-72B3
T-72B3

T-80U
T-80U

T-90A
T90A

De vormen worden soms verstoord door aanvullend composiet en-of reactief (ERA) pantser. Reactief pantser bestaat veelal uit blokvormige delen die met een tegenexplosie het effect van binnenkomende HEAT-projectielen (shape charge aka holle lading) verminderen. Nieuwere Russische tanks zoals de T90 serie ogen met dergelijk geïntegreerd composiet-ERA pantser een stuk vierkanter. Het laatste Russische ontwerp, de T14 Armata, op basis van een multifunctioneel platform en beoogd opvolger van eerdere T-series, ziet er westers gelijnd uit.

T-14 Aramata (foto: screenshot parade-video, hier meer)
T14Armatavoids
 

Westerse MBTs zijn deels vanwege de hogere prioriteit voor bescherming veelal zwaarder dan Russische ontwerpen. Het gebruik van auto-laders, resulterend in een drie- i.p.v. vierkoppige bemanning, maakt Russische ontwerpen eveneens lichter. Waar Russische T-series tussen de veertig en vijftig ton wegen, wegen westerse tegenhangers tien tot inmiddels twintig+ ton meer. Nieuwe of geupgrade westerse tanks benaderen het gewicht van de kolossale Duitse Königstiger uit WOII, die ruim 68 ton klokte.

Bewapening

De meeste naoorlogse westerse MBTs zoals de Centurion, Leopard I en M-48/60 serie schoten al-dan-niet na modificaties met een versie van het Britse L7 105 mm kanon (rifled). De huidige generatie westerse tanks schiet in 120 mm, veelal gebaseerd op een Duits gladloops ontwerp van Rheinmetall. Wel blijven de Britten vooralsnog op de trekken-en-velden vertrouwen van hun eigen 120 mm L30A1 kanon. De gedraaide groeven in de loop van het L30 kanon zorgen voor de spinstabilisatie van HESH projectielen (High Explosive Squash Head), waar de Britten lang op vertrouwden. Het gaf HESH projectielen een groter effectief bereik dan vingestabiliseerde sabot-projectielen waar gladloopwapens optimaal voor zijn. Volgens het laatste nieuws zijn de Britten echter (opnieuw) om, en gaan gladlopig Duits voor hun 227 overgebleven Challenger II tanks.

Beide stabilisatiemethoden hebben voor- en nadelen, maar het was makkelijker om vingestabiliseerde projectielen aan te passen voor trekken-en-velden dan spin te realiseren in een gladloopsbuis. HESH projectielen zijn echter minder effectief tegen meerlaags (composiet) pantser. Het lanceren van geleide raketten, waar westerse landen op Israël (.pdf) na mee achterlopen op Rusland, is eveneens eenvoudiger vanuit een gladloops kanon.

Challenger 2 met diverse upgrades zoals anti-IED antenneplatform en ECM-modules weerzijde front (foto: wiki-MOD – door Cpl Russ Nolan RLC)
Challenger Main Battle Tank with Improved Armour
 

Secundaire bewapening en uitrusting

De secundaire bewapening van een tank bestaat meestal uit een parallel (coaxiaal) met het kanon gericht machinegeweer plus een of twee flexibele exemplaren bovenop de toren. Dit worden in toenemende mate complexe wapensystemen op zich, met afstandsbediening vanuit de toren.

Een toren vol randapparatuur en bedieningspanelen voor lichtversterkers en-of warmtebeeldapparatuur (IR), de ballistische computers met hun ingeplugde sensoren zoals laserafstandsmeters, atmosferische sensoren en loop-referentie systemen (MRS). Deze laatste meten onder andere (thermische) vervormingen van de loop.

Naast actieve en passieve tegenmaatregelen om laser- of infraroodgeleiding van antitankwapens te storen of om IED ontstekingen te ontregelen of voortijdig te laten exploderen, is een eigen actief antiraket- of zelfs antiprojectiel-systeem een recente stap (1, 2) in de ontwikkeling van tanks. Een andere vrij recente ontwikkeling betreft allerhande aanpassingen om tanks beter geschikt te maken voor stadsgevechten, de schrik van elke tankbemanning, zo niet iedereen in uniform.

Challenger 2 trekken-en-velden inkijk. De module bovenop de loop is onderdeel van het MRS (foto: wiki-MOD – door Cpl Ross Fernie RLC)
Challenger 2 Tank

M1A2 Abrams met TUSK stadskit (foto: wiki-US Army)
M1A2TUSK
 

Al was het maar vanwege de tsunami aan Engels-Amerikaanse termen voor dit ‘optreden in verstedelijkt gebied’ (OVG). Van MOUT voor Military Operations in Urban Terrain (US) tot UO voor Urban Operations (US-nieuw). De Britten doen met OBUA aan Operations in Built-Up Areas, wat vermoedelijk hetzelfde gevaar oplevert als FIBUA –Fighting In Built-Up Areas. Het zijn echter Britten dus praten ze bij dit soort gevechten soms luchtig over FISH&CHIPS –Fighting In Someone’s House&Causing Havoc In People’s Streets.

Tot zo ver de tanks. De volgende Defensiedeskunde gaat over de voor tankherkenning zeer verwarringstichtende non-tanks.
 

Michiel Mans is een ‘nukubu’. Een nutteloze kutburger in een leunstoel. De nachtmerrie van elke professional. Een bd-soldaat der 1e Klasse die vrijwillig als verkenner met zijn jeep, en later als zandhaas bij de Nationale Reserve, de Rode Horden tegenhield. Daarnaast leest Mans wel eens een Sun Tzu, Liddell Hart, Marshall of van Creveld. Of trekt Keegan en Holmes of The encyclopedia of Military History van Dupuy&Dupuy uit de kast. Mans weet dus alles. Helaas luistert niemand naar hem.

 
De potentieel op een na dodelijkste panzerjäger, de Jagdpanther.

Voorbij Leopard 2A7 evo-revolutie van Rheinmetall (kmweg).


Pools OBRUM PL01 concept op basis van de CV90120T van BAE Systems Hägglunds AB.


 
Titelfoto: Leopard 2A6 (foto: Defensie)