Twintig manshoge foto’s van één bij één meter. Een stal overvol met scharrelkippen. Een varken in een hok dat je met treurige ogen aankijkt. Ze zijn onderdeel van de fototentoonstelling Het Vergeten Dier, een initiatief van de stichtingen Dier&Recht en Varkens in Nood. De foto’s tonen het beeld van dieren die, net als mensen, gevoelens hebben. Tegelijkertijd laat het zien hoe de dieren worden behandeld alvorens ze als biefstuk of runderlap op uw en mijn bord belandden.
Het is het aanzicht op het plein voor de net verhuisde boekhandel Waanders in Zwolle. Een ouder echtpaar zit op een bankje met een bakje ijs in de handen. Ze genieten van de laatste zonnestralen die op hun plekje neervallen. Even verderop staat een moeder met een smartphone tegen haar oor. Voor haar staat haar jonge zoontje. Hij lijkt de enige te zijn die de foto’s opmerkt en wijst met zijn vingertje naar een aantal geiten die worden geoormerkt.
Ik loop langs de foto’s en blijf dan staan voor een foto van een wit konijntje. De foto is in zwart-wit en toont de boer die, naar het lijkt, een stalen pin in het lijfje steekt. De tekst ernaast luidt: Op de foto zie je een voedster (moederkonijn) die kunstmatig wordt geïnsemineerd. Per jaar produceert ze zo’n 70 vleeskonijnen. Hiervan sterven er gemiddeld 20 door ziektes en stress. De laatste zuil staat vol met tekst, voor de eerste hangt een roze bloemetjesgordijn. Dat gordijn hangt er met een reden. Wie het even opzij schuift, ziet de foto van een vleesvarken dat blind is geworden door de giftige gassen in de stallen. Te confronterend, vonden de omliggende winkeliers.
Momentopnames, aldus een vrouw met kort, donker haar en in een opvallend rode jas. Ze komt met haar collega’s net het plein Achter de Broeren opgelopen. Lichtelijk verrast, want ze werken allemaal op het Ministerie. Afdeling Dierregistraties, een dienst die onder het Ministerie van Economische Zaken valt. “Ik houd wel van een lekker stukkie vlees!” lacht ze. “Ik kom van de boerderij, ik ben dit gewend.” Ze knikt naar de foto waar geiten in een ruimte bijeen staan. “Ja, dit is mijn werk. Ik herken vooral de foto van de geiten die geoormerkt worden. Dat is iets dat wij dagelijks doen.”
Echt onder de indruk zijn ze niet. Het is hun werk, normaal, het moet gebeuren. Doeke Kloppenburg is één van de mannen die de boekhandel nog niet in hoeft en hij blijft nog even staan om de foto’s goed te bekijken. “Ons eten kopen we anoniem in de supermarkt. Zo’n tentoonstelling is wel goed voor de bewustwording en de acceptatie ervan.” Voor de foto van het witte konijntje staat hij stil. Hij is het met mee eens: de foto ziet er confronterend uit. Maar, zegt hij ook: “Wij krijgen zelf ook prikjes als we jong zijn.”
De groep loopt over het plein en verdwijnt dan in de boekhandel. Het is een toeval dat juist deze mensen deze tentoonstelling in Zwolle tegenkomen. Het teamuitje van vandaag gaat straks verder met een bezoekje aan museum de Fundatie. Kloppenburg: “Deze foto’s zijn momentopnames. Veel mensen verwachten dat dieren als mensen behandeld moeten worden.” Daar is hij het niet helemaal mee eens. “Ze hebben een ander leven, het valt niet te vergelijken.” De foto’s wijken volgens hem niet heel erg af van de werkelijkheid. “Maar de foto’s zijn natuurlijk wel gekleurd.”
De bewustwording van de werking van de voedselindustrie krijgt een gezicht. Goed, volgens Kloppenburg. De organisatoren van de tentoonstelling nemen volgens een tekst op het plein, u mee naar het dier achter uw voedsel. Het dier dat we vergeten zijn, omdat ze met duizenden anderen is weggestopt in donkere en kale stallen. Eronder de tips. Koop diervriendelijker vlees, vis en eieren. En: Eet minder dierlijke producten. Kloppenburg neemt afscheid en volgt zijn collega’s boekhandel Waanders in. Hij zal waarschijnlijk gewoon vlees blijven eten. Ook al weet hij wel op welke manier dat vlees op zijn bord tot stand komt.
De fototentoonstelling Het Vergeten Dier stond eerder in onder andere Amsterdam, Breda en Utrecht. Zwolle is de laatste stad die de tentoonstelling aandoet. Tot en met 11 oktober zijn de foto op het plein Achter de Broeren te zien.