De islam was deze week hot topic in de Europese en Nederlandse media. In de eerste plaats was daar het Berlijnse onderzoek naar de vraag of en in welke mate moslims in Europa fundamentalistisch zijn. De onderzoeker van het rapport, Ruud Koopmans, concludeerde op basis van een enquête onder 9.000 mensen in Europa waaronder rond de 4.500 moslims van Turkse en Marokkaanse komaf in zes Europese landen, waaronder Nederland en Duitsland, dat de bevraagde moslims inderdaad sterke fundamentalistische tendensen vertonen. Grote groepen van de ondervraagde moslims in kwestie zouden weinig op hebben met joden als buren of homoseksuelen, bovendien vreesden zij dat het Westen erop uit was de islam te vernietigen.
Over de enquête werd in NRC Handelsblad bericht en later in Trouw. Het was ook Trouw dat een bijdrage van mijn hand over de zaak publiceerde. Een Engelstalige versie van het artikel verscheen later op een blog van de Amerikaanse krant de Washington Post, die zelf ook al aandacht aan het onderzoek had besteed. Ik ga de gegevens en redeneringen in genoemde artikelen niet herhalen maar wil ze wel leggen naast andere ontwikkelingen.
Afgelopen dinsdag stond er een paginagroot artikel in de Volkskrant waarin moslimvoormannen Ibrahim Weibenga en Yassin Elforkani centraal stonden. Kern van het verhaal was dat zij beiden van mening waren dat jonge Nederlandse moslims niet naar Syrië zouden moeten afreizen om daar op jihad te gaan, maar dat zij er veel beter aan deden hun talenten in Nederland in te zetten en er naar zouden moeten streven de Nederlandse samenleving als moslim te dienen. Hun stellingnameis volkomen verkeerd gevallen bij de hard core jihadisten in Nederland die begonnen zijn beide mannen op internet te bedreigen. Het gaat zelfs zo ver dat genoemde jihadisten bijeenkomsten waar Weibenga en Elforkani optreden verstoren en hen beiden daadwerkelijk fysiek bedreigen.
In de Volkskrant van donderdag 19 december verklaart minister Asscher van Sociale Zaken zich solidair met beide moslimvoormannen. ‘Het is nu het moment om partij te kiezen’. De gematigde islam bestaat namelijk wel degelijk en die verdient onze steun, aldus de bewindsman. Het is goed dat Asscher deze uitspraken doet. Overigens had ikzelf de politiek daar op woensdag 18 december al toe opgeroepen in het EO-programma Dit is de Dag: de moslims die er wat van willen maken in dit land verdienen onze publieke steun.
Het is een heel goede zaak dat de islamitische gemeenschappen bewegen en zich profileren als voorstanders van een bouwende islam en van moslimjongeren die investeren in de eigen Nederlandse samenleving.
Maar het muisje kent nog een staartje. Geert Wilders, die immer roept niets tegen moslims te hebben en alles tegen de islam, meldde op donderdag 19 december via Twitter dat mensen een door de PVV ontworpen sticker gratis kunnen bestellen. De groene sticker leest in het Arabisch ‘De islam is een leugen. De profeet een crimineel. De Koran is vergif’. De sticker doet verdacht veel denken aan de vlag van Saoedi-Arabië, die eveneens groen is en waarop in Arabische letters van hetzelfde lettertype de islamitische geloofsbelijdenis staat: ‘Er is geen God dan Allah en Mohammed is zijn profeet’.
Met het publiceren eerder al van genoemde alternatieve vlag op internet en nu dan de sticker overtreedt Wilders zijn eigen stelregel van ‘alles tegen de islam en niets tegen moslims’. Immers, op de sticker wordt een mens, een moslim, beledigd: de profeet en die profeet zou een crimineel zijn. En beledig je de persoon van de profeet, dan beledig je feitelijk alle moslims. Meer dan ooit laat Wilders zijn ware gezicht zien. Hij zegt dat het hem gaat om een islamloos Nederland, maar in feite is het een moslimloos Nederland.
De komende jaren zullen we zien hoe zich het debat over de islam en de moslims verder gaat ontwikkelen. We hebben nu te maken met twee extreme partijen: de jihadisten en de PVV. Godzijdank horen we ook gematigde stemmen vanuit de islamitische gemeenschappen en is er steun vanuit de politiek voor wat de gematigde islam genoemd wordt. Laten we hopen dat de heethoofden afkoelen en de Nederlandse polder ook in dit debat zal triomferen.
