“Ik wil graag vrienden met je blijven, maar op deze manier is dat niet mogelijk,” zei ze tegen hem. “Dit is al de derde keer in twee weken dat je ’s nachts voor mijn huis staat te schreeuwen.”
“Waarom liet je me dan niet binnen?” vroeg hij.
Ze had hem dit keer wel binnengelaten. Ze zaten in haar woonkamer op de bank. Zijn haren waren nog nat van de regen.
“Omdat je het recht niet meer hebt om hier zo laat te komen. Het is voorbij.”
Hij zat stil voor zich uit te staren, in zijn handen hield hij een warme kop thee. De woorden kwamen niet, hoewel hij ze de afgelopen weken zo vaak had geoefend.
Ze had hem deze keer binnengelaten, omdat ze het zag als een kans om te zorgen dat het de laatste keer was.
“Je moet het accepteren,” zei ze. “Het was nooit iets geworden. Ik voelde me alleen bij je. Alsof ik voor een kind moest zorgen dat niet van mij was.”
“Ik heb zo mijn best gedaan,” fluisterde hij.
“Dat weet ik, maar dat is niet altijd genoeg. En soms te veel.”
Hij dacht aan wat zijn vrienden hadden gezegd. Als je wil dat een vrouw naar je aandacht verlangt, moet je haar niet teveel aandacht geven.
Ze stond op en liep de kamer uit. Hij bleef roerloos zitten. Bang om te bewegen, alsof zijn bewegingen iets konden veroorzaken waardoor het moment zou vervliegen. Toen ze terugkwam, had ze een deken en een kussen in haar handen. Ze legde ze naast hem op de bank.
“Je mag hier vannacht op de bank blijven slapen. Het regent en het is te laat om nog weg te gaan. Morgen als ik opsta, wil ik dat je er niet meer bent. Dit is de laatste keer. Ik ga nu slapen. Je kunt de dekens zelf klaarleggen.”
Ze kuste zijn voorhoofd.
“Welterusten. Ik zie je over een tijdje wel weer in de kroeg,” zei ze.
Zonder achterom te kijken, liep ze weg. Hij deed zijn kleren uit, nam plaats op de bank en ging onder de deken liggen. Veel had hij niet kunnen zeggen, dacht hij, maar hij was toch mooi binnengekomen. Ze had opengedaan en zijn voorhoofd had een kus gekregen. Hij kneep met zijn vingers in de deken en was blij dat hij eindelijk weer iets had om zich aan vast te klampen.
Mark Thiessen ziet soms dingen en schrijft daar Proza van Mark over.
Beeld: shutterstock