Politici grijpen de Olympische Spelen aan om goede sier voor zichzelf te maken. Dat schrijft Sven Kramer vandaag in zijn column in de papieren versie van De Telegraaf. Nederlands belangrijkste Olympische troef stelt wel blij te zijn met de komst van de koninklijke familie, omdat Willem-Alexander en Máxima volgens hem échte schaatsfans zijn.
“Het was leuk geweest als men ook eens op andere momenten bij het schaatsen was komen kijken of interesse had getoond in plaats van alleen aan de finish te staan wanneer er iets te vieren valt”, haalt Kramer uit. “Het kabinetsbeleid op het gebied van topsport is erg pover en dat stoort me. Normaal kijken ze in de politiek niet om naar sport, zeker niet naar topsport, maar nu het zo uitkomt proberen ze over de rug van de sport wél politieke statements te maken”, raast de Fries door. “Het is mooi dat politici hun zorg uitspreken over bijvoorbeeld de homorechten in Rusland, maar waarom hoor ik ze daar normaal niet over?”
Kramer reageert als eerste Nederlandse sporter op de keuze van het kabinet, dat naast het Koninklijk paar ook minister-president Rutte en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Schippers naar Sotsji stuurt. Rutte gaf eerder aan dat hij in Sotsji met de Russische president Poetin wil praten over de homorechten. Amnesty International en het COC gaven eerder al aan niet blij te zijn met de relatief grote afvaardiging van Nederland.
